Energierekening te hoog? Geen probleem: je kan bijklussen bij Deliveroo! Dat is de oplossing van het kapitalisme om je rekeningen te betalen. Maar in werkelijkheid levert het vooral meer snertjobs op.
“72 % van de Amerikanen geeft aan voor Uber te willen rijden vanwege de inflatie. Het leven wordt duurder, dus wij halen daar voordeel uit.”1 Aan het woord is Dara Khosrowshahi, de CEO van Uber. In een zeldzaam moment van eerlijkheid wijst hij erop dat voor platformbedrijven als Uber of Deliveroo de stijgende armoede vooral een business opportunity is. Ook in België komen door de energiecrisis gezinnen en alleenstaanden steeds moeilijker rond, maar daarvoor heeft hij een oplossing: bijklussen bij een platformbedrijf. Leve het digitaal kapitalisme!
De hippe marketing van platformbedrijven gaat dan ook vooral over vrijheid, zelfstandigheid … kortom, één grote goednieuwsshow. De klant verkrijgt een dienst, de platformwerker voert die uit wanneer hij wil, het platform faciliteert de transactie en verdient er iets aan. Iedereen tevreden. Je hoeft gewoon je app te openen, een opdracht te accepteren en aan de slag te gaan, wanneer je wil en hoe vaak je wil. Bijklussen klinkt niet slecht zo.
Het algoritme is de baas
Dat discours staat echter haaks op de realiteit van duizenden platformwerkers. Aan de ene kant ben je als werknemer verantwoordelijk voor alles: van je eigen materiaal tot je eigen werkuren. Aan de andere kant neemt het platform geen enkele verantwoordelijkheid op zich: geen sociale bijdragen, geen sociale bescherming, geen rechten die elke werknemer moeten worden toegekend. De statuten van platformwerkers zijn pure schijnzelfstandigheid, niet meer en niet minder.
Neem als case maaltijdbezorger Deliveroo, dat ik een tijd bestudeerde en waar ik zelf kort voor aan de slag ging. Er bestaan twee statuten. Of je bent een zelfstandige, met alle regels daaraan verbonden en zelfs een eigen nummer in de Ondernemingsbank. Of je werkt met een peer-to-peer statuut. Dat is in 2018 in het leven geroepen door de Zweedse regering om je de kans te bieden jaarlijks tot ongeveer 6.000 euro onbelast bij te verdienen in de platformeconomie. Wat beide statuten gemeen hebben, is dat je geen sociale rechten opbouwt, dat je geen ontslagvergoeding kan krijgen, geen ziekte-uitkering bij arbeidsongevallen krijgt, een heel ondermaatse ongevallenverzekering hebt, enzovoort. Bovendien moet je het meeste materiaal zelf aankopen: van Deliveroo krijg je een jas, fietshelm, een tas en een houder voor je smartphone, maar een fiets, smartphone en telefoonabonnement betaal je uit eigen zak.
Waar het om draait is of je effectief je eigen baas bent, dan wel feitelijk voor een baas werkt. Het antwoord daarop is duidelijk het tweede. Heel het systeem van Deliveroo bestaat erin je werk zo efficiënt mogelijk te controleren en de opbrengsten voor het bedrijf zo groot mogelijk te maken. Dat doet het dan misschien niet met een ploegbaas op een fysieke werkplaats, maar met een doordacht algoritme dat werk zo efficiënt en snel mogelijk moet organiseren en uitdelen. Dit algoritmisch management leert zichzelf via machine learning (het mechanisme waarbij het algoritme zich op basis van informatie constant verbetert) ook efficiënter te zijn. Het is een wonderbaarlijk staaltje technologie, maar het organiseert efficiëntie uiteraard niet in belang van de fietskoerier. Het gebruikt technologie om de opbrengsten van Deliveroo te maximaliseren door fietskoeriers zo hard mogelijk te laten werken op de momenten waarop klanten het meeste maaltijden bestellen.
Hoe meer je inkomen afhangt van een platformbedrijf als Deliveroo, hoe meer je merkt dat je ‘vrijheid’ in feite slavernij is, opgelegd door een algoritme.
Bovendien is er geen enkele zekerheid over hoeveel je elk uur verdient. Dat komt omdat niemand weet op basis van welke criteria mensen deze of gene bestelling krijgen. De exacte informatie zit onzichtbaar in wat we een ‘zwarte doos’ noemen. Enkel het algoritme en de software-ontwikkelaars weten hoe orders aan wie worden uitgedeeld. Ongetwijfeld spelen factoren als hoe druk het is, hoeveel andere fietskoeriers online zijn, waar je precies bent, enzovoort, een rol. Maar in de praktijk kan je soms mijlenver gestuurd worden om een bestelling te leveren zonder dat je op voorhand weet dat je zo lang zal moeten fietsen. Heel frustrerend voor een koerier, want je verliest er kostbare tijd mee voor andere bestellingen die minder lang duren. Soms krijg je meerdere bestellingen tegelijkertijd, soms heb je pech en moet je minuten wachten. Het is moeilijk bestaanszekerheid op te bouwen als je niet eens weet hoeveel je elke dag verdient.
Een precair loon doet je harder werken, dat wist Marx al
Een verloning per bestelling in plaats van per uur noemen we een stukloon. En het idee om op die manier arbeiders zo hard mogelijk te laten werken is al eeuwen oud. “Het stukloon is de vorm van het arbeidsloon die het meest harmonieert met de kapitalistische productiewijze”, zei Marx al in de 19e eeuw.2
Het heeft namelijk twee grote voordelen voor de werkgever. Ten eerste zet het werknemers zeer kostenefficiënt aan het werk. Ter vergelijking: een fietskoerier bij TakeAway, een ander koerierbedrijf, krijgt sowieso een deel van zijn loon per uur. Dat wil zeggen dat je ook betaald wordt wanneer je pakweg aan het wachten bent op een nieuwe bestelling of aan het rusten tussen twee orders door. Deliveroo wil geen geld aan koeriers geven wanneer ze niet aan het fietsen zijn. Time is money, dus is een loon betalen wanneer een koerier niets doet pure geldverspilling.
Ten tweede zet het de fietskoeriers onder druk om zo hard mogelijk te werken, want hun inkomen is volledig afhankelijk van hun productiviteit. Tijd wordt voor fietskoeriers heel letterlijk geld. De druk wordt zo hoog dat ze soms zelfs zware risico’s lopen om toch zoveel mogelijk te kunnen leveren. Het stukloon is een disciplineringsmechanisme op zich. Marx verwoordt het zo: “Aangezien hier kwaliteit en intensiteit van de arbeid door de vorm van het arbeidsloon worden gecontroleerd, wordt een groot deel van het toezicht op de arbeid overbodig.”3 Het stukloon vervangt voor een deel de rol van een voorman die de koerier ophitst harder te werken. De zogezegde vrijheid om zelf zoveel te verdienen als je wil, is in werkelijkheid de grootste bron van stress en inkomensonzekerheid. Daarom dat vakverenigingen zich al meer dan honderdvijftig jaar tegen het stukloon verzetten. Nieuwe technologie zal dit achterhaalde idee niet plots draaglijk of beter maken.
Werknemers en vakbonden hebben er alle belang bij om nieuwe manieren te zoeken om zich te organiseren tegen deze uitbuiting. Want het gevaar schuilt erin dat Deliveroo een ijsbreker wordt voor de sociale wetgeving in het algemeen. De invoering van platformwerkstatuten, zoals het peer-to-peer contract in België dat onaangeroerd blijft door de arbeidsdeal van de Vivaldi-regering, is het misbruiken van technologie om sociale vooruitgang te fnuiken. Dat zien we bij andere platformbedrijven als taxibedrijf Uber, dat de harde concurrentie aangaat met taxibedrijven die wel vaste werknemers in dienst hebben. Maar het kan ook wel eens aantrekkelijk worden voor andere sectoren om op dezelfde manier mensen te beginnen aannemen en betalen.
We zien dat vandaag al in meer ‘traditionele’ sectoren. Neem bijvoorbeeld havenarbeiders in Antwerpen. Zij kregen tot 2018 elke ochtend hun opdrachten binnen in ‘het Kot’, een fysieke plaats waar de oversten het werk uitdeelden. Nu krijgen de arbeiders allemaal een iPad Mini, waarop een app genaamd Digikot hen telkens een nieuwe opdracht aanbiedt. Havenbedrijven besparen zo op managers die de taken verdelen en laten het over aan een algoritme.
Dankzij het statuut van de wet-Major hebben de havenarbeiders nog een uurloon en gegarandeerde arbeidsvoorwaarden. Maar havenbazen als Fernand Huts van KatoenNatie dienden al meermaals een klacht in bij de Europese Commissie om de wet te vernietigen en in 2016 werd de wet door de regering al versoepeld. De technologie die Deliveroo gebruikt, kan door het patronaat als stormram misbruikt worden om ons terug te katapulteren naar sociale wetgeving van de 19e eeuw.
Of denk aan pakjeskoeriers die als onderaannemers en schijnzelfstandigen voor pakjesbedrijven als PostNL werken. De grote bedrijven bepalen alles voor hen, maar ze worden betaald per pakje en vallen niet onder de sociale bescherming waar werknemers recht op hebben. Hier zit nog een hardnekkig neveneffect aan vast dat doelbewust door werkgevers wordt uitgespeeld: werknemers worden concurrenten die om ter meest opdrachten moeten accepteren. Op individueel niveau is het immers interessanter om harder te werken en meer te verdienen dan je collega. Collectieve actie houdt veel meer risico’s in: jij kan beslissen het werk neer te leggen, maar je verliest daardoor je inkomen en een andere koerier staat klaar om je werk over te nemen. Bovendien voorkomt het statuut van schijnzelfstandige dat je een vakbond kan oprichten op de werkvloer, syndicale afgevaardigden kan verkiezen, syndicale bescherming kan krijgen, enzovoort. Schijnzelfstandigheid is een klassieker geworden voor kapitalisten om sociaal verzet kapot te maken.
Werknemers, geen zelfstandigen!
Hoe meer je inkomen afhangt van een platformbedrijf als Deliveroo, hoe meer je merkt dat de vrijheid die je beloofd is, in feite slavernij is, beslist door een algoritme. Deliveroo stelt steeds meer mensen tewerk die geen ander perspectief hebben op een goede job met bestaanszekerheid. Uiteraard is er niets mis met mensen die tussendoor of op vrije avonden zelf willen kiezen wanneer ze gaan fietsen voor Deliveroo. Voor bijvoorbeeld studenten is dat ondertussen een populaire manier geworden om bij te verdienen, want het leven wordt ook voor ons echt heel duur. De technologie zelf is dan ook iets wat ons veel vooruitgang kan brengen: het kan het leven een pak comfortabeler maken.
We zouden innovatie beter gebruiken om stabiele jobs te creëren in plaats van vast te blijven zitten in het stukloonmodel van anderhalve eeuw geleden. Dat zou pas innoverend zijn.
Maar door de manier waarop de technologie werkt ontstaat er een steeds groter wordende groep enorm precaire werknemers. Ik ontmoette mensen die bovenop een voltijdse job maaltijden leveren om rond te komen. Mensen zonder papieren die via valse identiteiten zich aansluiten bij Deliveroo om toch maar een inkomen te hebben. Mensen die Deliveroo moeten combineren met verschillende andere interim- of flexijobs. En de slechte uitbetaling en werkomstandigheden van Deliveroo bieden geen uitweg. Integendeel, we creëren een alarmerend snel groeiende laag precaire werknemers die in een vicieuze cirkel van snertjobs blijft zitten. We zouden innovatie beter gebruiken om die vicieuze cirkel van snertjobs te doorbreken en stabiele jobs creëren in plaats van vast te blijven zitten in het stukloonmodel van anderhalve eeuw geleden. Dat zou pas innoverend zijn.
Door de inflatie groeit de groep mensen die gedwongen worden precaire werkomstandigheden te accepteren. Het antwoord hierop is enerzijds een politiek die de prijzen blokkeert om de stijgende armoede tegen te gaan. Maar anderzijds ook de strijd voor fatsoenlijke werkomstandigheden en lonen voor platformwerkers. En daar schiet de Vivaldi-regering fameus tekort. Minister van Economie en Werk Pierre-Yves Dermagne (PS) beloofde in de arbeidsdeal van maart vorig jaar het statuut van platformwerkers te verbeteren. Platformwerkers moeten kunnen aantonen dat ze effectief werknemers zijn. Maar die bewijslast legt de regering bij de werkers zelf. Hoe kunnen we nu in hemelsnaam verwachten dat precaire platformwerkers zelf ellenlange juridische procedures aangaan om te bewijzen dat ze werknemer zijn en hun rechten af te dwingen? In de praktijk zal onder Vivaldi schijnzelfstandigheid onder Deliveroo en co gewoon de norm blijven.
De linkse partij PVDA diende een wetsvoorstel in die de bewijslast omdraait: platformwerkers zijn juridisch automatisch werknemers en het is aan het platformbedrijf zelf om zelfstandigheid aan te tonen. Zo krijgen deze werknemers de sociale rechten, ontslagvergoedingen, ziekte-uitkeringen, pensioenrechten, enzovoort, die ze verdienen. Zo’n overwinningen kunnen alleen afgedwongen worden op straat. Dat wist de arbeidersbeweging in Marx’ tijd al en zo hebben we altijd onze werkomstandigheden verbeterd.
Die strijd die voor ons ligt is helder. Nieuwe technologie kan gebruikt worden om nuttige dingen te doen, onze arbeidsomstandigheden net beter te maken en er als maatschappij op vooruit te gaan. Of het kan gebruikt worden om verouderde negentiende eeuwse recepten zoals het stukloon weer van onder het stof te halen.
Het walhalla van de start-ups in de techsector lijkt trouwens voorbij: door de crisis dreigen steeds meer start-ups kopje onder te gaan. Ze kunnen worden opgeslorpt door de grootste tech-monopolies die overeind blijven. Dat kan een enorme druk zetten op de nu al slechte arbeidsvoorwaarden.4 Dat maakt de strijd vandaag nog belangrijker. De uitdaging van links en de vakbonden is om deze precaire werknemers, die tegen elkaar worden uitgespeeld en veel te verliezen hebben, te leren organiseren en strijden. Fietskoeriers aller landen, verenigt u !
Dit artikel verschijnt in de jongerenrubriek Magma van Lava Media. Hier vind je al de artikels verschenen in die rubriek: https://lavamedia.be/category/articles-nl/magma/
Footnotes
- “Uber CEO says the company may actually benefit from rising inflation”, CNBC, 13 september 2022.
- Karl Marx, Het Kapitaal, Deel I: het productieproces van het kapitaal, vert. Isaac Lipschits, Uitgeverij Boom, Amsterdam, 2010, p. 523.
- Ibid, p. 520.
- Tabby Kinder, “Silicon Valley start-ups race for debt deals in funding crunch”, Financial Times, 20 december 2022.