Artikel

Een storm in een glas water: de Nederlandse stembusgang

Jouke Huijzer

—21 maart 2023

De nieuwe BoerBurgerBeweging stormde bij de laatste Nederlandse verkiezingen naar de eerste plaats. Maar de krijtlijnen van de bestaande machtsblokken blijven netjes gerespecteerd.

Shutterstock

‘Nergens de hemel zo grillig als boven Nederland’ zou Kerkhervormer Johannes Calvijn (1509-1564) ooit gezegd hebben, daarmee waarschijnlijk zinspelend op de vele religieuze twisten in de Lage Landen. Diezelfde grillige hemel zou tegenwoordig ook als goede metafoor kunnen dienen voor de verkiezingsuitslagen die even onvoorspelbaar lijken als de Hollandse luchten. Sinds begin vorige eeuw werd de Nederlandse politiek geduid aan de hand van vier zuilen: een socialistische, liberale, katholieke en protestantse zuil. Nadat de vertegenwoordigers van die laatste twee zuilen hun partijen fuseerden, sprak men eerder van ‘driestromenland’, maar door de groeiende versplintering verwerd het politieke landschap daarna vooral tot een delta met hoofdstromen (alleen de liberaal-conservatieve VVD nog) en zijstromen (de rest).1

Het Nederlandse politieke landschap bestond tot voor kort uit een hoofdstroom (de VVD) en zijstromen (de rest).

Jouke Huijzer is redacteur van Jacobin Nederland en doctoreert aan de Vrije Universiteit Brussel in de Politieke Wetenschappen.

De afgelopen paar verkiezingen voorziet niet het water maar de hemel eerder in de beste metaforen om de Nederlandse politiek te duiden. Zo trapte Rutte de afgelopen campagne voor de Provinciale Statenverkiezingen af door in een interview in De Telegraaf actief de confrontatie op te zoeken met wat hij ‘de linkse wolk’ noemde.2 Daarbij verwees hij vooral naar GroenLinks en de sociaaldemocratische Partij van de Arbeid (PvdA) die een gezamenlijke fractie in de Eerste Kamer die binnenkort door de leden van de juist verkozen Provinciale Staten worden gekozen. Die confrontatie met links was niet heel overtuigend, want op het gros van de beleidsdossiers en wetswijzigingen werkt de coalitie met deze ‘linkse wolk’ samen. Niettemin lukte het de VVD zo wel enigszins om de meeste andere rechtse(re) partijen buitenspel te zetten.

Stikstof

Maar de lucht beheerste de afgelopen campagne nog op een andere manier. Veruit de meeste aandacht ging uit naar het zogenoemde ‘stikstofdebat’. Sinds een kleine vier jaar is duidelijk dat, als Nederland nog iets van zijn natuur en biodiversiteit wil behouden, de veestapel zeker met de helft moet inkrimpen om op die manier de hoeveelheid stikstof in de lucht terug te dringen. Concreet betekent dit dat een heel aantal megastallen moet worden gesloten en veel boeren worden uitgekocht. Hoewel de veestapel sinds 2010 was verdubbeld, de meeste productie voor de export is bedoeld en één op de vijf miljonairs boer is, stuitte deze inzichten op veel verzet. Ten dele doordat er gewoonweg slecht en inconsistent beleid is gevoerd, ten dele omdat veel middelgrote boeren grote verplichtingen hebben aan met name de Rabobank die ze zo moeilijker na kunnen komen.

Vooral voor veevoerbedrijven betekent het halveren van de veestapel een aderlating omdat ze een groot deel van hun afzetmarkt verliezen. Om dat te voorkomen hebben ze heel wat financiële steun verleend en aan verschillende organisaties en actiegroepen die op hun beurt de trekkerblokkades op snelwegen in provinciehoofdsteden in gang hebben gezet. Ook werd een marketingbureau ingehuurd om de PR van de actievoerders te orkestreren zodat het stikstofdossier bovenaan de agenda stond deze verkiezingen.3

Veevoederbedrijven en kapitaalkrachtige boeren (1 op 5 miljonairs is boer!) wisten het stikstofdossier bovenaan de agenda te houden, bijgestaan door marketingbureau’s.

Een ander reclamebureau met veel agrarische klanten heeft – waaronder Bayer en Monsanto – besloot in 2018 een politieke partij op te richten om agrarische belangen te dienen en noemde die de BoerBurgerBeweging (BBB). Deze partij won in 2021 nipt één zetel in de Tweede Kamer die werd opgenomen door leider Caroline van der Plas. Die keuze voor Van der Plas, alleenstaande moeder, voorheen kandidaat voor het Christendemocratisch Appèl (CDA) en journalist voor een agrarisch vakblad, bleek een strategische meesterzet. Met haar down-to-earth nuchterheid bleek ze een prettige variatie op het hoogdravende verbale geweld waarmee haar electorale concurrenten de politieke arena betreden. Tegelijkertijd schuwt ze net zo min als andere radicaalrechtse partijen om feitenvrije beweringen te doen over dat het best goed zou gaan met de natuur.

BBB bewandelt een dun koord tussen radicaal rechts dat zich tegen het establishment af probeert te zetten en de Christen-Democratie van het CDA dat, vergelijkbaar met het CD&V, ruim een decennium terug nog het hart van het establishment vormde. Zo weet de BBB uit twee electorale vijvers te vissen: enerzijds van nationalistisch rechts en anderzijds van conservatieven en Christendemocraten. De BBB beantwoordt aan nostalgisch-nationalistische sentimenten door zich op te werpen als bewakers van het traditionele Nederlandse landschap. Ze zijn rechtser dan de (rechtse) coalitiepartijen als het om klimaatdoelstellingen gaat, maar stemmen op sociale thema’s geregeld met linkse partijen mee.

In die zin heeft de partij veel weg van wat het CDA ooit was, dat op haar beurt inderdaad een groot deel van de al fors geslonken achterban naar BBB zag vertrekken. Heel verrassend hoeven we dat niet te noemen, want zo gemakkelijk als veel mensen zich kunnen identificeren met Van der Plas, zo moeilijk gaat dat met de leider van het CDA, Wopke Hoekstra. Hoekstra was Praeses van het Leids studentencorps Minerva (historisch één van de meest elitaire studentenverenigingen) en maakte daarna carrière bij Shell en McKinsey.

BBB bewandelt een dun koord tussen radicaal rechts, dat zich tegen het establishment af probeert te zetten, en de behoudensgezinde Christen-Democratie.

Kort nadat hij vervolgens Minister van Financiën werd kwam zijn naam naar boven in de Pandora Papers omdat hij mede-eigenaar was van een brievenbusfirma op de Maagdeneilanden. De VVD loopt over van dit soort figuren, maar bij het CDA verwachten kiezers toch een socialer profiel van hun leider; minder markt, meer middenveld.

Media

Maar de afgelopen verkiezingen werden niet alleen gekenmerkt door de opkomst van de BBB en de verdere implosie van het CDA. Ook bevestigde deze verkiezing de rol die de media heeft in het bepalen van de politieke agenda, welke actoren de wind in de zeilen krijgen, en wie er van een afstandje toe mag kijken. Nu hadden de redacties besloten dat het niet te veel zou gaan over de torenhoge inflatiecijfers, het groeiend aantal financieel kwetsbaren, de inkrimping van Schiphol of de vernietigende resultaten van de parlementaire enquête die onlangs verscheen over de gasboringen in Groningen.4 Nee, het moest vooral over stikstof en de kloof tussen stad en platteland gaan en dat bleek vooral de (lijst)trekkers van de BoerBurgerBeweging vooruit te helpen. Even onwaarachtig als de ondoorzichtige keuze hier zoveel aandacht aan te besteden, is het om dezelfde politieke verslaggevers die deze keuzes maken vervolgens bij de campagneterugblik te horen constateren dat het ook wel erg veel over stikstof is gegaan; alsof ze daar zelf geen rol in speelden.

Deze twijfelachtige rol van de media is niet nieuw: vier jaar geleden hadden de verschillende nieuwsredacties bedacht om vooral Thierry Baudet met een bijna messiaanse verbeelding aan het Nederlandse publiek te presenteren, ondanks de vele waarschuwingen en signalen dat hij er wel een heel fascistoïde ideeën op nahield. Het resulteerde in een verkiezingsoverwinning waarin zijn partij, het Forum voor Democratie, in één klap de grootste werd met een kleine 15 % van de stemmen. Toen vervolgens bleek dat Baudet inderdaad heel wat racistische ideeën erop nahoudt (of ‘een paar bruine laarzen thuis heeft staan’ zoals PvdA-leider Attje Kuiken hem afgelopen verkiezingscampagne toebeet) resulteerde dit in bijzonder weinig reflectie bij de publieke omroep of andere media.5 Nu ging alle aandacht gewoon naar de BBB en haalde die partij dus ruim 20 % van de stemmen, terwijl het FvD met slechts 3,5 % van de stemmen tot een schim van wat het vier jaar geleden was vervaagde.

Klasse

“Hollandse luchten vervelen nooit”, klinkt het vaak. Hetzelfde geldt voor Nederlandse verkiezingen, maar ze beginnen inmiddels wel steeds vermoeiender te worden. Want het zijn steeds weer (radicaal) rechtse partijen zijn die opstaan, kortstondig pieken, waarna ze het stokje weer overdragen aan de volgende rising star op rechts – Fortuyn, Wilders, Baudet en nu dus Van der Plas.

Een miljoen Nederlanders leeft onder de armoedegrens, 60% is financieel kwetsbaar, maar effectieve politieke verontwaardiging hierover blijft uit.

Doordat er vóór elke verkiezing vooral wordt gespeculeerd over wie ‘de grootste’ wordt en er na elke verkiezing vervolgens wordt geanalyseerd hoe het komt dat die of deze partij de grootste is geworden, zou je bijna vergeten dat politiek niet alleen gaat over ‘wie er wint’. De meerderheden en het gevoerde beleid dat zij ondersteunen hebben vergaande gevolgen voor mensen, samenleving en natuur. Dat die meerderheden de afgelopen jaren steeds rechtser werden betekent dat er op sociaal en ecologisch vlak dus op zijn best sprake was van stilstand, maar vaker nog van achteruitgang.

Onlangs kwam uit dat een miljoen Nederlanders (op 17 miljoen inwoners) onder de armoedegrens leeft, 42 % van de huishoudens in 2022 te maken had met één of meer betalingsproblemen en 6 op de 10 huishoudens financieel kwetsbaar is.6 Je zou zeggen dat dit een brede basis biedt voor een sterke klasse-georiënteerde politiek, maar vreemd genoeg blijft effectieve politieke verontwaardiging die grote massa’s op de been weet te brengen uit. Voor een deel omdat media maar zeer gedoseerd verslag doen van sociale mobilisaties, voor een deel omdat de toonzetting van linkse actoren veel te wensen overlaat.

Sociaaldemocraten (PvdA) en Groenen (GroenLinks) – die ‘linkse wolk’ – stellen zich vooral op als hoeders van de status quo en beschermen de bestaande consensus tegen aanvallen van extreemrechts. Maar moeizaam lijkt het besef door te dringen dat als ze meer willen bereiken dan enkel het in stand houden van ‘wat is’, ze een expansiever sociaal en ecologisch program voor moeten staan. En vooral dat ze niet steeds verbinding moeten preken, maar de confrontatie met het kapitaal op moeten durven zoeken als uitbuiter van mens en milieu. Want het aanwijzen van een boosdoener, een opponent, de vijand zelfs, is precies wat opkomend rechts wel lukt en wat aflatend links steeds verzaakt.

Het aanwijzen van een boosdoener, een opponent, de vijand zelfs, is precies wat opkomend rechts wel lukt en wat aflatend links steeds verzaakt.

De Socialistische Partij (SP) – ooit een belangrijke inspiratie voor de Belgische PVDA – zou een zeer geschikte kandidaat zijn om een breed klasseproject van de grond te krijgen. Echter, deze partij is wars van elke voorhoede-politiek en keert zich even makkelijk tegen wat ze ‘elitair links’ noemen – vergelijk in België met de hetze tegen ‘woke’ – als tegen kapitalistisch rechts.7 De partij wordt nu al zes verkiezingen – lokaal, nationaal en Europees – geleid door Lilian Marijnissen, dochter van partijoprichter Jan, die sinds haar verkiezing in 2017 via de priority line naar de cockpit van de partij werd gevoerd. Intussen zijn verschillende leden geroyeerd omdat ze volgens de partij te radicale ‘zolderkamercommunisten’ zouden zijn en is de partij gebroken met jongerenafdeling Rood.8

Marijnissen is veel te zien op televisie en welbespraakt, maar vooral te zien in uitdrukkelijk rechtse actualiteitenprogramma’s. Daar roept ze geregeld op tot een migratiestop omdat de lonen anders nooit zouden stijgen en is er weinig empathie met migranten die een beter leven voor zichzelf of hun familie zoeken.9 Omdat veel economisch kwetsbaren precies een migratieachtergrond hebben, resoneert haar verhaal slecht met de werkende klasse die de SP probeert te mobiliseren; Het zichtbaar gevolg is dat de steun voor de SP in vrije val lijkt te zijn en ze zes verkiezingen op een rij hebben verloren.

Cultuurpolitiek

Zodoende blijft Nederland beheerst door cultuurpolitiek. Van D66-leider Sigrid Kaag die het bij een bezoek aan een dorp in BBB-bakermat Overijssel door een boze massa met brandende fakkels onthaald werd, tot JA21 (een andere nieuwkomer) die zich net als zoveel andere partijen probeert te profileren op thema’s als migratie en ‘klimaatontkenning’.10 In de hoop ook deel te worden van de dominante tweestrijd zoekt vooral D66 actief de confrontatie met extreemrechts – en toegegeven, hun programma ziet er eigenlijk ook alleen een beetje fraai uit wanneer je dat afzet tegen dat van die partijen. Meer nog zoekt extreemrechts de confrontatie met Kaag door de achterban actief aan te moedigen seksistische haatberichten op haar af te vuren.11 De meeste electorale concurrentie krijgt D66 echter van de pro- en pan-Europese partij Volt (ook een nieuwkomer), die niet gebonden is aan een coalitieakkoord, maar verder ideologisch weinig van D66 verschilt.

Voor echte verandering is een klasseproject nodig dat zich niet laat verstoren door rechtse cultuurpolitiek, maar zelf de termen van het debat bepaalt.

De afgelopen verkiezingscampagne voorspelde een volgende politieke storm, maar uiteindelijk lijkt de schade mee te vallen. Verschuivingen in krachtsverhoudingen waren vooral waarneembaar binnen het linkse of het rechtse blok. De nieuwe verhoudingen in de Eerste Kamer hebben waarschijnlijk een versterkend effect op de tendensen die al gaande waren.12 De coalitie heeft hier geen meerderheid en moet voor steun dus ofwel linksom met GroenLinks-PvdA onderhandelen, ofwel rechtsom met de BBB in zee. Deze partijen zijn goed tegen elkaar uit te spelen waardoor er waarschijnlijk slechts beperkte aanpassingen op het beleid zullen komen. Echter, alle linkse partijen hebben, samen met de BBB erbij, ook een meerderheid. En hoewel de BBB lijnrecht tegenover de meeste linkse partijen staat op het gebied van natuur en klimaat, valt er op sociaal terrein wellicht nog iets te realiseren.

Verwacht geen forse ingrepen of grote verschuivingen, hooguit wat aanpassingen in de marge. Om echt structurele veranderingen in Nederland teweeg te brengen is een nieuw democratisch klasseproject nodig dat zich niet laat verstoren door rechtse cultuurpolitiek, maar zelf de termen van het debat bepaalt. Het lijkt erop dat dit project echter van de grond af aan op moet worden gebouwd.

Footnotes

  1. Van driestromenland tot delta? Beschouwingen over ontwikkelingen in de Nederlandse poilitiek, Leiden University Press. 2019.
  2. “VVD kraakt ’linkse wolk’: ’Dat zou slecht nieuws zijn voor de hardwerkende Nederlander’”, De Telegraaf, 27 januari 2023.
  3. “Grote geldverdieners in de boerenbusiness | Tot op de bodem | De Avondshow (S3)”, YouTube, 7 maart 2023.
  4. Marin Kuijt, Het kabinet probeert het gasdossier buiten de verkiezingen te houden”, Jacobin Nederland, 14 maart 2021.
  5. “Racistische uitspraken van Thierry Baudet op WhatsApp opgedoken”, RTLnieuws, 9 februari 2021.
  6. Thijs Rösken, “Miljoen Nederlanders, onder wie 230.000 kinderen, onder armoedegrens in 2024”, nu.nl, 9 maart 2023; en “Geldproblemen in Nederland”, NIBUD, 2023.
  7. Frank Hendrickx, “SP-leider Lilian Marijnissen zet zich af tegen ‘elitair links’”, De Volkskrant, 19 februari 2022.
  8. “SP zet ‘geradicaliseerde zolderkamercommunisten’ de partij uit”, NOS, 16 november 2020.
  9. Zie bijvoorbeeld Bas Altena, “Geen hogere lonen door arbeidsmigratie? Uitspraak Marijnissen onder de loep”, EenVandaag, 25 februari 2019; “Lilian Marijnissen wil tijdelijke stop op arbeidsmigratie”, NPO1, 22 november 2022; “Marijnissen (SP) wil arbeidsmigratie beperken: ‘Open EU-grenzen zijn het probleem’”WNL op Zondag, 24 februari 2019.
  10. “Minister Kaag opgewacht door demonstranten met brandende fakkels”, RTL Nieuws, 20 februari 2023.
  11. @geertwilderspvv, “Heks.”, Twitter, 29 juni 2021.
  12. “Bekijk hier alle resultaten van de provinciale kamerverkiezingen”, NOS, 15 maart 2023.