Artikel

De hybride oorlogen van de VS tegen China

De VS zal zich nog lang tegen zijn tanende invloed verzetten. De nieuwe koude oorlog die de Verenigde Staten tegen China is gestart past in dat nieuwe strategische scenario.

Toen Christoffel Columbus in 1492 in de Caraïben aankwam, was dat een kantelmoment in de geschiedenis. Daarvoor had geen enkel rijk zijn macht op de hele planeet kunnen laten gelden. Na 1492 gingen de grootste Europese machten de hele wereld domineren, en vanaf het einde van de zeventiende eeuw werd die dominantie georganiseerd en gelegitimeerd op basis van raciale criteria, een verzinsel met catastrofale gevolgen voor de mensheid.

De koloniale autoriteiten hadden voortdurend af te rekenen met verzet. Koloniale intellectuelen lieten zich inspireren door het Oude Griekenland en bestempelden zichzelf als Hercules in oorlog met de monsterlijke hydra van de rebellie.1 Toen het kapitalisme, zijn wortels stevig verankerd in de koloniale plantages, zijn klauwen uitstrekte naar de hele planeet, werden fabrieken en steden belangrijke strijdtonelen.

Als er één revolutie was die het begin van het einde van het koloniale tijdperk heeft ingeluid en die de aanzet was voor een nieuwe door werknemers geleide samenleving, dan was dat wel de Haïtiaanse Revolutie van 1804. Tot slaaf gemaakte Afrikanen versloegen de vier grootste Europese machten van die tijd, wonnen hun vrijheid terug en riepen een onafhankelijke republiek uit. Na die revolutie werd er hard teruggeslagen. In 1825 stuurde Frankrijk twaalf oorlogsbodems naar Haïti en eiste dat de nieuwe republiek de voormalige plantage-eigenaren compenseerde. Omgerekend naar vandaag moest Haïti meer dan 20 miljard dollar betalen.2 Vanwege de onafhankelijkheidsverklaring werd de republiek een boete opgelegd, een tactiek van neokoloniale dominantie die genadeloos gebruikt zou worden om de onafhankelijkheidsstrijden in de volgende eeuw te counteren.

Dick Cheney: “Ons eerste doel is te voorkomen dat een nieuwe rivaal opstaat”

De Tweede Wereldoorlog, het gevolg van pogingen van Duitse fascisten om de koloniale praktijken ook in Europa toe te passen, sleurde de Europese machten mee in een verwoestende oorlog. Na de oorlog waren de Europese machten sterk verzwakt en de Verenigde Staten, de machtigste door Europese kolonisten opgebouwde kolonie, nam het neokoloniale bewind over de planeet over. Nu, bijna tachtig jaar later, raakt de leidersrol van de Verenigde Staten langzaam uitgespeeld. Ook de Amerikaanse intellectuelen grijpen terug naar het Oude Griekenland en stellen dat de opkomst van China een gevaar is voor de VS en dat oorlog onafwendbaar is. Die theorie, de zogenaamde Val van Thucydides, berust op diens argumentatie in De geschiedenis van de Peloponnesische Oorlog waarbij de opkomst van Athene de stad Sparta dwong een oorlog te beginnen om haar belangen te verdedigen.3 De Verenigde Staten zijn een vijandig conflict aangegaan met China en met andere landen die ze als een bedreiging zien. China heeft niet de aspiratie om de rol van de VS over te nemen, om daarna alsnog een multipolaire wereldorde in te luiden. Het idee van de Val van Thucydides is een onderdeel van de hybride oorlogvoering die zich nu over de hele planeet verspreidt.

De Amerikaanse Eeuw

De afdeling Beleidsplanning van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken liet op het einde van de jaren 1940 een nota rondgaan waarin ze stelde dat “kiezen voor macht die niet absoluut dominant is, gelijk is met kiezen voor de nederlaag. Het beleid van de VS moet streven naar absolute hegemonie”.4

Na het vreselijk gewelddadige strijdtoneel van de Tweede Wereldoorlog had de Verenigde Staten de sterkste economie, een onbeschadigde infrastructuur en een indrukwekkende militaire macht die over het gevaarlijkste wapen ooit beschikte: de atoombom. De Verenigde Staten gebruikte die voordelen en richtte een reeks instellingen op om de macht van de VS wereldwijd te vergroten, zoals de Verenigde Naties, het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank, de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie, de Centrale Verdragsorganisatie en de Zuidoost-Aziatische Verdragsorganisatie en de Organisatie van Amerikaanse Staten.

De VS greep vlug in om de nieuwe staten die na de antikoloniale onafhankelijkheidsoorlogen waren ontstaan, in toom te houden. Patrice Lumumba, de kersvers verkozen president van Congo, werd in 1961 vermoord, een complot dat door de VS werd gesteund. Met radicale bewegingen werd ongenadig afgerekend. Na de staatsgreep van 1965 werden in Indonesië meer dan een miljoen mensen vermoord toen het leger, met steun van de VS, de Communistische Partij van Indonesië en haar aanhangers probeerde uit te roeien.5

Een groot deel van de Amerikaanse elite zag in dat de wetenschappelijke en technologische vooruitgang van China een existentiële bedreiging vormde voor de leiderspositie van de VS.

De Sovjet-Unie en andere communistische staten, en ook het radicale deel van de antikoloniale machten in de Derde Wereld, remden de ambities van de Verenigde Staten nog enigszins af. Toen de USSR in 1990 ineenstortte, verdween dat schild, en de dominantie van de VS werd in ijltempo opgevoerd. De commissie die, onder leiding van Dick Cheney, de US Defence Planning Guidance (1990, de leidraad voor de plannen van het Amerikaanse ministerie van Defensie) opstelde, was heel duidelijk over de doelstellingen: “Ons eerste doel is te voorkomen dat een nieuwe rivaal opstaat, ongeacht of dat op het grondgebied van de voormalige Sovjet-Unie is of ergens anders … Dat is de dominante factor in de nieuwe regionale defensiestrategie en dit vereist dat we ernaar streven te voorkomen dat om het even welke vijandige macht een regio gaat domineren waarvan de grondstoffen, als die onder diens controle komen te staan, volstaan om wereldwijde macht te verkrijgen … Onze strategie moet voortaan in het teken staan van het voorkomen dat een natie zich in de toekomst tot een potentiële, globale concurrent ontwikkelt.”6

In 2000 publiceerde Project for a New American Century Rebuilding America’s Defences. Dat rapport stelde dat het leiderschap van de VS “een veilige basis moet hebben, gedragen door de onbetwistbare militaire superioriteit van de VS”.7 Reeds voor de Al Qaeda-aanval van 11 september 2001 had de VS zijn budget voor het leger enorm opgevoerd. In 2002 schreef president George W. Bush in zijn National Security Strategy for the United States of America (strategie voor de nationale veiligheid van de Verenigde Staten) dat “onze legermacht sterk genoeg zal zijn om potentiële tegenstanders te ontraden hun leger te versterken in de hoop de macht van de Verenigde Staten te overtreffen of te evenaren.8

Tegen 2019 was het defensiebudget van de VS — 732 miljard dollar9(1 biljoen dollar als je er het geschatte, grotendeels geheim gehouden budget voor de inlichtingendiensten bij optelt) — groter dan dat van de tien volgende landen samen. Elke bekende lijst van wapenvoorraden maakt duidelijk dat de Verenigde Staten veel meer schade kan aanrichten dan om het even welk ander land. De veiligheidsdiensten van de VS zijn echter tot het inzicht gekomen dat de VS met zijn bommen een land met de grond gelijk kan maken, maar toch niet langer in staat is om, enkel met zijn militaire macht, alle landen naar zijn pijpen te laten dansen.

De spaken rond de Amerikaanse as

De Verenigde Staten gebruikte zijn beproefde “hub and spokes”-alliantiesysteem om zijn wereldwijde macht uit te breiden en te consolideren. Het is belangrijk om een aantal essentiële elementen van dat systeem te begrijpen. De Verenigde Staten vormde de hub, dus de naaf of het centrum, en de belangrijkste bondgenoten (het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland, Japan enz.) waren de spaken. Aan de andere kant van de spaken zaten minder belangrijke bondgenoten zoals Colombia, Egypte, Israël, Saoedi-Arabie, Thailand en zo voort. Al die bondgenoten zijn essentieel om de globale impact van de macht van de VS te vrijwaren. Zij treden immers op tegen tegenstanders van de VS, met volle steun van Washington, en ze leveren het Amerikaanse leger basissen, informatie en logistieke steun. Elke aanval tegen die bondgenoten wordt kordaat neergeslagen, dankzij de inzet van alle mogelijke machtsmiddelen waarover de VS beschikt, denk maar aan de VS-invasie in Irak (1991) en Plan Colombia (1999).

De opkomst van eender welke “potentiële toekomstige wereldconcurrent”, zoals het in de US Defence Planning Guidance van 1990 werd geformuleerd, moest verhinderd worden door het bondgenotensysteem te gebruiken. De druk tegenover China en Rusland werd opgevoerd door de NAVO uit te breiden naar Oost-Europa en door extra Amerikaanse troepen te stationeren in de Pacific Rim-regio. De verkiezing van Hugo Chávez in Venezuela (1998), de opkomst van een nieuwe reeks Zuid-Amerikaanse leiders met linkse sympathieën en het nieuwe momentum voor regionale integratie (bijvoorbeeld ALBA, de Bolivariaanse Alliantie voor de Volkeren van ons Amerika) waren zaken waar iets aan gedaan moest worden. Het begon met een mislukte militaire staatsgreep tegen de regering-Chávez in 2002; twee jaar later werd Jean-Bertrand Aristide, de progressieve Haïtiaanse president die met een overweldigende meerderheid was verkozen, met succes aan de kant gezet na een door de VS gesteunde staatsgreep. Daarna begonnen de hybride oorlogen.

De wereldwijde waardeketen,10 ontwikkeld om westerse multinationals te begunstigen, moest tot elke prijs beschermd worden. De elektronische revolutie luidde een nieuw tijdperk in waarin de rekenkracht van de computers elke achttien maanden tot twee jaar verdubbelde. Nieuwe productiesystemen luidden het einde in van het oude, gecentraliseerde systeem met grote industriële fabrieken. Het Amerikaanse Congres breidde de intellectuele eigendomswetten die het copyright beschermden uit, in 1976 verlengde het de duur van de bescherming een eerste keer, tot achtentwintig jaar, in 1998 tot honderd jaar. Dat verderfelijke systeem om intellectuele eigendom te beschermen werd in 1994 doorgedrukt door de Wereldhandelsorganisatie.

De mogelijkheid om grote fabrieken te demonteren, ze over de hele wereld te verspreiden en just-in-time voorraadbeheer in te voeren ondermijnde de soevereiniteit van landen en de macht van de vakbonden. Dankzij de inzet van diplomatieke en militaire macht zorgde men ervoor dat er geen alternatieven mogelijk waren voor die aanpak. Mechanismen zoals de War on Drugs en de War on Terror werden gebruikt om elke bedreiging voor de waardeketen in de kiem te smoren, bedreigingen die ontloken in de “sacrifice zones”, opoffergebieden waar grondstoffen gedolven of gekweekt worden.

Het IMF voorspelt dat bijna 60% van het geschatte wereldwijde BBP voor 2020-2021 op het conto van de Chinese groei zal komen te staan.

Men mocht niet toestaan dat de tandem van de dollar en Wall Street, die de economische en financiële systemen decennialang gedomineerd had, uitgedaagd werd door nieuwe sleutelvaluta. Zulke valuta vormden op verschillende manieren een bedreiging voor de tandem dollar-Wall Street: ze konden gebruikt worden om reserves aan te leggen en voor handel die de positie van de dollar zou ondermijnen; ze konden gebruikt worden door nieuwe ontwikkelingsbanken of procedures die het IMF en de Wereldbank zouden verzwakken; of ze konden gebruikt worden door nieuwe financiële instellingen om de door het Westen gedomineerde financiële netwerken te omzeilen, netwerken die nauwe banden hebben met het Amerikaanse ministerie van Financiën, met financiële banken in Wall Street, de Londense City en Frankfurt, en met de netwerken voor geldtransfers (zoals het SWIFT-systeem, met hoofdzetel in België).

De illegale oorlog van de VS in Irak (2003) en de kredietcrisis (2007) illustreerden dat de macht van de VS tanende was. De militaire pletwals van de VS kon met gemak de infrastructuur van een land van de kaart vegen — dat bewees de VS in Irak in 2003 en in Libië in 2011 — maar het lukte niet om de inwoners de wil van de VS op te leggen. Het lukte nog wel om veldslagen te winnen, maar lang aanslepende oorlogen niet. De kredietcrisis legde bloot dat de binnenlandse economie van de VS verzwakt was. Dankzij het grotendeels op krediet gebaseerde consumentisme lukte het nog lang om de mythe van de American Dream in stand te houden, ook al maakten loonstagnatie en een structurele banencrisis het leven van de werkende klasse en zelfs de middenklasse flink moeilijk. In 2018 lag het gemiddelde uurloon in de VS uitgedrukt in constante dollar lager dan in 1979.11

Die zwaktes leidden tot een debat over de achteruitgang van de Verenigde Staten, ook al bleven de reservoirs waaruit de VS voor zijn dominantie kon putten — militaire macht, economische en financiële macht, en culturele macht of soft power — intact. Het is de presidenten George W. Bush, Barack Obama en Donald Trump niet gelukt de afglijdende economie weer op het goede pad te brengen, ook al hield die eens te meer het hoofd boven water dankzij het wereldwijde gezag van de dollar en andere processen.

Tijdens zijn inauguratietoespraak in 2017 betreurde Trump het “bloedbad” dat de werkende klasse en de middenklasse van de VS had getroffen, die leefden in de buurt van “wegroestende fabrieken die als grafstenen verspreid liggen in onze natie”.12 Trumps oplossing voor dat “bloedbad” was schandelijk racistisch. Hij gaf migranten zonder papieren (en Mexico) de schuld en wees ook met een beschuldigende vinger naar de diefstal van intellectuele eigendom en gesubsidieerde productie in het buitenland (en China). De agenda van Biden verandert eigenlijk niks wezenlijks aan wat Bush, Obama en Trump nastreefden. Ook hij wil de economie van de VS heropbouwen en de macht van de VS gebruiken om de belangen van de VS te verdedigen. De campagnewebsite van Biden vermeldt: “Biden zal nooit aarzelen om het Amerikaanse volk te beschermen, en indien nodig zal hij daarvoor geweld gebruiken. Wij hebben het sterkste leger ter wereld — en als president zal Biden erop toezien dat dat zo blijft”.13

Alle voorspellingen geven aan dat de Verenigde Staten het moment nadert waarop het niet langer de grootste economie ter wereld zal zijn, en dat ogenblik situeert zich in de nabije toekomst.14 De verschuiving is nu al voelbaar; winkels en winkelcentra overal ter wereld ademen nog de cultuur van de Verenigde Staten, maar de goederen die er verkocht worden, zijn made in China. Met andere woorden, de Verenigde Staten blijft de vorm van het heden bepalen, maar China zorgt nu al voor de inhoud. Geleidelijk aan zal de vorm zich aanpassen aan de inhoud. Tien jaar geleden had China heel weinig merken die wereldwijd bekend waren, maar nu zijn Huawei, TikTok, Alibaba en andere merken bij iedereen bekend en in de economische media wordt er dagelijks over bericht.

Er wordt op veel verschillende manieren op die evolutie gereageerd, en de bekendste reacties zijn de meest extreme. Er is een nieuw vorm van catastrofisme ontstaan, de verwachting dat de VS zijn positie van grootmacht zal verliezen en zal instorten. Die strekking gelooft dat de economie van de VS zal imploderen, wat zal leiden tot een verlies van structurele macht van de instellingen waarachter de VS de stuwende kracht is, en de militaire macht van de VS zal vaker worden ingezet om de gezaghebbende stem van het land te beschermen. In contrast daarmee staat de revival-strekking, doorgaans gebaseerd op hoop op en projecties van een tweede ‘Amerikaanse eeuw’, zonder daarbij uit te gaan van echte data. Die strekking stelt dat de Amerikaanse economie veerkrachtig is. Ze beschouwt de macht van de dollar als onaantastbaar en heeft een niet-aflatend geloof in de vindingrijkheid van de Amerikaanse bedrijven. Deze strekking gelooft dat de macht van de VS niet van het oude General Motors zal komen, maar van de nieuwe Microsoft.

Geen van beide strekkingen schetst het volledige beeld. Ze bevatten allebei elementen die kloppen, maar slechts gedeeltelijk. De VS klampt zich vast aan zijn leiderspositie, maar heeft een groot probleem. Dat is duidelijk aan het licht gekomen toen de VS er niet in slaagde de wetenschappelijke en technologische vooruitgang van China — en andere landen — af te remmen, een evolutie die het monopolie van de VS op technologische innovatie bedreigt. Het is die spitstechnologie, samen met de opbrengsten uit de intellectuele eigendomsmonopolies, die de kracht zijn van de Amerikaanse economie. Het conflict van de VS met China is er gekomen omdat een groot deel van de Amerikaanse elite inzag dat de zich almaar sneller ontwikkelende wetenschappelijke en technologische vooruitgang van China een existentiële bedreiging vormde voor de leiders­positie van de VS. Obama’s ‘focus op Azië’, vanaf 2015 zijn nieuwe buitenlandstrategie, was ingegeven door angst voor die versnelde ontwikkeling en het besef dat er geen Chinese Gorbatsjov zou komen die China intern zou verwoesten.

De Chinese opmars vormt een existentiële bedreiging voor de hegemonie van de VS. Net zoals de Europese dominantie, die van start ging in 1492, put de VS bij zijn pogingen om zich staande te houden als dé wereldmacht uit raciale terminologie.

De historische neergang van de VS voltrekt zich terwijl het land nog altijd grote historische reserves heeft. Er zit een lange periode aan te komen waarin de VS tegen die neergang zal blijven vechten. Het is geen toeval dat Mao Zedongs On Protracted War (‘De langdurige volksoorlog’) opnieuw een van de boeken is waarnaar in China het vaakst wordt verwezen.

De oorlog in Eurazië

In april 2019 publiceerde het Indo-Pacifisch Commando van de VS een document met de titel Regain the Advantage (herwin de voorsprong). Het schreef: “We worden geconfronteerd met een hernieuwde dreiging van concurrentie tussen grootmachten. Zonder degelijke en overtuigende conventionele afschrikking zullen China en Rusland aangespoord worden om actie te ondernemen in de regio en de belangen van de VS te ondermijnen”. Admiraal Philip Davidson, hoofd van het Indo-Pacifisch Commando, vroeg het Congres middelen uit te trekken voor meer “vooruitgeschoven basissen met roterende coalitiestrijdkrachten”, want dat is “de meest geloofwaardige manier om potentiële tegenstanders de betrokkenheid en de vastberadenheid van de VS te laten zien”.15

Dat rapport heeft een verbluffend sciencefictiongehalte en verwoordt de wens om langs de Pacific Rim “netwerken voor precisieaanvallen te creëren die een uitstekende kans maken om stand te houden” met raketten — ook met kernkoppen — en radarinstallaties, van Palau tot de ruimte. Nieuwe wapensystemen, die nu al ontwikkeld worden, zouden de kusten van zowel China als Rusland extra onder druk zetten. Tot die wapens behoren ook hypersonische kruisraketten die Chinese en Russische doelwitten in slechts enkele minuten na de lancering kunnen bereiken.

Na de ineenstorting van de Sovjet-Unie en het communistische staatssysteem merkte de VS dat ze haar macht kon gebruiken zonder daarbij grote tegenstand te ondervinden. De VS kon bijvoorbeeld Irak en Joegoslavië bombarderen, en een handels- en investeringssysteem opdringen waar zijn bondgenoten de vruchten van konden plukken. De jaren 90 leken wel één onafgebroken zegerondje van de Verenigde Staten. En de toenmalige presidenten, George H.W. Bush en Bill Clinton, liepen zelfvoldaan rond op internationale bijeenkomsten, lachten stralend naar de camera’s en zorgden ervoor dat iedereen de wereld zag zoals zij ernaar keken, het vizier gericht op de “schurkenstaten” (o.a. Iran en Noord-Korea) en China en Rusland die zich naar het leiderschap van de VS leken te schikken.

In de decennia daarna is er veel veranderd. De Chinese economie is spectaculair gegroeid. Alleen al in de periode 2011-2019 steeg het reëel inkomen per capita met 96,6%.16 Op 23 november 2020 verklaarde China dat het in het hele land een einde had gemaakt aan extreme armoede. China benutte de vele investeringen om de binnenlandse infrastructuur uit te bouwen en gebruikte zijn enorme hoeveelheid buitenlandse valuta om wereldwijd hulp te verlenen, onder andere via de Nieuwe Zijderoute, die vanaf 2013 werd aangelegd. Terwijl de VS afgeremd werd door oorlogen die het voerde in Afghanistan, Irak en elders, bouwde China een handels- en economisch systeem uit en grote delen van de wereld haakten hun wagonnetje vast aan die economische locomotief. Tijdens de coronapandemie was China het eerste land dat de besmettingsketen doorbrak en waar de economische activiteit op een bijna normaal niveau kon worden hervat. Het gevolg is dat het IMF voorspelt dat bijna 60% van het geschatte wereldwijde BBP voor 2020-2021 op het conto van de Chinese groei zal komen te staan.

Een reeks agressieve acties van het Westen dwong Rusland de banden met China aan te halen.

Essentieel voor dit nieuwe tijdperk is niet alleen de bloeiende Chinese economie, ook China’s verbeterde relaties met Rusland zijn belangrijk. De nieuwe banden die China smeedt, worden gedragen door de Nieuwe Zijderoute, en China weeft ze van Zuid-Azië tot Europa en Afrika. De relaties met Rusland zorgen ervoor dat China zich ook in het noorden van Azië kan profileren. De nieuwe banden tussen China en Rusland resulteerden de voorbije vijf jaar in een reeks economische en militaire overeenkomsten.

Sinds het begin van de eenentwintigste eeuw proberen landen in het zuidelijk halfrond — ook China — regionale en multilaterale instellingen te creëren, gebaseerd op internationaal recht en met de bedoeling de gewone mens wereldwijd echte vooruitgang te brengen. Het is de bedoeling dat die instellingen zullen schitteren nu het einde van de absolute hegemonie van de VS in zicht komt, een periode die begon na de val van de Sovjet-Unie.17 De veertiende top van de Beweging van Niet-gebonden Landen, in Havana in 2006, stond in het teken van regionalisme en multilateralisme. Op de bijeenkomst van de BRICS-landen in 2013 ondertekenden de leiders de Verklaring van eThekwini, die de geest van de top samenvatte en waarbij de landen zich engageerden voor het “bevorderen van internationaal recht, multilateralisme en de centrale rol van de VN” en waarin ze ook de behoefte formuleerden aan “efficiëntere regionale” inspanningen om conflicten te beëindigen en de vooruitgang te bevorderen.

De BRICS-landen werkten een reeks voorstellen uit om nieuwe multilaterale instelingen te creëren als vervangers van de instellingen waarin de Verenigde Staten, het IMF en de Wereldbank het voor het zeggen hadden. Maar het volledige BRICS-project ging vanaf het begin gebukt onder zijn beperkingen: het had geen ideologisch of politiek alternatief voor het neoliberalisme, het had geen belangrijke onafhankelijke instellingen (zelfs de Contingency Reserve Arrangement gebruikte data en analyses van het IMF) en het had geen politieke of militaire macht die een tegengewicht kon zijn voor de militaire dominantie van de VS.

Regionale projecten zoals ALBA ontwikkelden alternatieve manieren voor integratie en experimenteerden met het opbouwen van relaties tussen staten en met het oprichten van nieuwe instellingen. ALBA was de aanzet voor de oprichting van nieuwe regionale samenwerkingen. Daarnaast ontstonden er ook een nieuwe regionale bank (BancoSur), een nieuwe virtuele munt (de sucre), een nieuw communicatienetwerk (met als belangrijkste component TeleSur) en een nieuwe houding waarbij de zuidelijke landen zich onafhankelijk opstelden tegenover de macht van de VS.

Dat is waarom de Verenigde Staten veel moeite en geld investeerde in het ondermijnen van verschillende bewegingen binnen ALBA, onder andere met een ouderwetse staatsgreep in Honduras (2009) en een juridische coup in Brazilië (2016).18 Dat soort aanvallen tegen sociale en politieke regionale integratie in Zuid-Amerika en de onderwerping van de zuidelijke landen aan de macht van de VS zijn kenmerkend voor de politiek die de Verenigde Staten de voorbije twee eeuwen in het Caraïbische gebied en Zuid-Amerika heeft gevoerd.

De interne beperkingen van het BRICS-project ondergroeven het potentieel ervan toen de politieke ontwikkelingen in India (2013) en Brazilië (2016) rechtse partijen aan de macht brachten. Beide landen stemden hun buitenlands beleid meteen af op Washington en wilden niets meer te maken hebben met welke vorm van regionalisering of multilateralisme ook. De elites in landen zoals Brazilië en India namen genoegen met hun positie van vooruitgeschoven posten van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken en hadden geen zin meer om in hun regio een eigen politieke koers te varen.

Brazilië en India trokken zich terug als leiders van het BRICS-blok en op datzelfde moment ging Zuid-Afrika gebukt onder politieke wantoestanden. In de voorbije vijf jaar is het BRICS-project er niet in geslaagd een echte agenda te voeren, ook al blijft het bestaan als een groep waar de grootste opkomende economieën deel van uitmaken en heeft het nog altijd enige betekenis. Ondanks meningsverschillen zijn China, India en Rusland blijven samenwerken in de Shanghai Samenwerkingsorganisatie.

Dat is de context van de toenadering tussen China en Rusland, en die wordt zowel aangemoedigd door aanvallen van de Verenigde Staten en andere westerse machten als door de tanende invloed van het BRICS-project. Eerder probeerden Amerikaanse beleidsmakers het verzwakte Rusland te strikken voor een project om China te omsingelen. Het Westen overspeelde zijn hand toen het Rusland op de knieën probeerde te krijgen door de NAVO uit te breiden naar Oost-Europa, waarmee het een belofte verbrak die was gemaakt naar aanleiding van de opheffing van de Duitse Democratische Republiek. Rusland leek al zijn macht te gaan verliezen toen het Westen dreigde Ruslands enige twee ijsvrije havens, in Sebastopol (de Krim) en in Tartus (Syrië), in te palmen. Het Westen deed nog een reeks agressieve zetten tegen Rusland — zo werd Rusland in 2014 uit de G8 gezet en de Verenigde Staten legde het land geregeld strenge sancties op — en raakte daarmee vitale Russische belangen, wat bij de Russische publieke opinie zwaar in het verkeerde keelgat schoot, zeker op een moment dat die fel betrokken was bij de gebeurtenissen in Oekraïne. Dat dreef Rusland ertoe meer op één lijn te gaan zitten met China.

In 2019 gaven de Chinese president Xi Jinping en de Russische president Vladimir Poetin in Sint-Petersburg een toespraak op het Internationaal Economisch Forum, een jaarlijks zakenevenement dat voor het eerst plaatsvond in 1997 en dat zich steeds meer verdiept in de relatie van Rusland met Azië en het Westen. Xi en Poetin spraken over de hechte banden tussen de twee landen en benadrukten dat zij elkaar sinds 2013 al zeker dertig keer persoonlijk hadden ontmoet. De twee leiders sloten een heleboel akkoorden af om de handel uit te breiden, onder andere een akkoord om de bilaterale handel te versterken door voor grensoverschrijdende betalingen de roebel en de yuan te gebruiken — en niet de dollar.

Dat affront was niet het enige wat Washington alarmeerde — ook de toename van de wapenverkoop tussen beide landen en het opvoeren van het aantal gezamenlijke militaire oefeningen zorgden voor onrust: in september 2018 namen een derde van alle Russische soldaten en een Chinese legerdelegatie deel aan de militaire manoeuvres in Vostok-2018.19 In oktober 2020 kreeg Poetin de vraag of China en Rusland van plan waren een militaire alliantie aan te gaan en hij antwoordde: “Dat is niet nodig, maar in theorie zou dat wel kunnen”.20

Rusland politiek en militair verzwakken was zonder enige twijfel een van de bedoelingen toen de NAVO zich naar het oosten uitbreidde, maar voor de VS en zijn bondgenoten was China het belangrijkste economische doelwit. Ze maakten zich vooral ongerust over de evolutie van de Chinese hoogtechnologische bedrijven die telecommunicatieapparatuur en software produceren, die actief zijn op het vlak van robotica, artificiële intelligentie en zo meer. Dat China de fabriek van de wereld werd, was tot daaraan toe. De multinationals konden gebruikmaken van Chinese arbeidskrachten en de Chinese bedrijven zelf hielden het bij eenvoudige technologie. Maar nu staat China op het punt een toonaangevende technologieproducent te worden en dat is een heel ander verhaal.

Om die reden besloot de Amerikaanse regering, op aandringen van bedrijven uit Silicon Valley, Huawei en ZTE het leven zuur te maken. In april 2019 schreef de US Defence Innovation Board, een onafhankelijke adviesraad die innovaties en praktijken uit Silicon Valley naar het leger brengt:

“De marktleider op het vlak van 5G mag in de komende tien jaar rekenen op honderden miljarden dollars inkomsten en een groot aantal nieuwe jobs in de sector van de draadloze technologie. 5G heeft het potentieel om ook in andere industrieën een revolutie te ontketenen, omdat technologieën zoals zelfrijdende voertuigen enorm veel baat zullen hebben bij de snellere en uitgebreidere overdracht van gegevens. 5G zal ook het Internet of Things (IoT) een boost geven doordat de hoeveelheid data die tussen verschillende apparaten wordt verstuurd en de snelheid waarmee dat gebeurt, zal toenemen en misschien zal het zelfs het netwerk van glasvezelkabels vervangen waar zoveel gezinnen nu op rekenen. Het land dat toonaangevend is op het vlak van 5G zal veel van die innovaties controleren en voor de rest van de wereld de normen bepalen.”21

Het ziet er niet naar uit dat de VS dat land zal worden. Zelfs het Defence Innovation Board geeft toe dat AT&T noch Verizon in staat zullen zijn de zendmasten te produceren die voor de nieuwe systemen nodig zijn. En ook Zweden (Ericsson) en Finland (Nokia) maken weinig kans, de Chinese bedrijven liggen immers mijlenver op hen voor. Dat vormt een ernstige bedreiging voor de toekomst van de Amerikaanse economie en daarom heeft de Amerikaanse regering alle mogelijke middelen in de strijd geworpen om de Chinese groei te beperken.

Dat China de fabriek van de wereld werd, was tot daaraan toe; maar nu staat China op het punt een toonaangevende technologieproducent te worden en dat is een heel ander verhaal.

Geen van de grotendeels valse beschuldigingen tegen Chinese bedrijven (zoals diefstal van intellectuele eigendom en risico’s voor de privacy) hebben klanten wereldwijd afgeschrikt. De commerciële vooruitzichten van die bedrijven zijn een halt toegeroepen door de rechtstreekse politieke druk die de VS op regeringen heeft uitgeoefend om de aanwezigheid van Huawei en ZTE aan banden te leggen of te verbieden. De VS beseft dat de snelle technologische groei in China een generationele bedreiging vormt voor het grootste voordeel dat de VS de voorbije decennia heeft gehad, namelijk zijn technologische superioriteit. De VS wil China’s steile technologische opmars een halt toeroepen en heeft daarvoor elk mogelijk middel benut, van diplomatieke druk tot militaire druk, maar het lijkt allemaal niets uit te halen.

En China blijft zich tot dusver resoluut opstellen. Het wil niet inbinden en zijn technologische voordeel uit handen geven. Een oplossing lijkt onmogelijk te zijn, tenzij men de werkelijkheid erkent: dat China de gelijke is van of zelfs vooruitloopt op het Westen wat betreft de technologische productie in bepaalde sectoren, dat dat voor almaar meer sectoren zal gelden en dat dat niet meer mag of kan teruggedraaid worden door oorlog te voeren.

In 2001 vertelde Hu Jintao, de toenmalige vicepresident van China, dat “multipolariteit een belangrijk element is in het buitenlandbeleid van China”.22 China blijft inzetten op multipolariteit, het staat afkerig tegenover het idee van een “Chinese eeuw” als vervolg op de “Amerikaanse eeuw”. De positie van China zien we ook terug in sommige strategische documenten van de VS, zoals in het verslag dat de US National Intelligence Council in 2012 schreef. Daarin staat: “tegen 2030 zal geen enkel land — noch de VS, noch China of om het even welk ander groot land — de dominante macht zijn”.23 In de plaats daarvan komt er een “verspreiding van de macht”.

Maar andere stemmen in de VS die zich over strategische analyse buigen, zoals Richard N. Haass, de directeur van de Council of Foreign Relations, beweren dat, als de VS zich niet blijft opstellen als “wereldleider”, dat niet zal uitmonden in een tijdperk waarin China of een ander land dominant zal zijn, maar in een tijd van chaos, waarin regionale en globale problemen de collectieve bereidheid en bekwaamheid van de wereld om die het hoofd te bieden zullen overstijgen.”24 Multipolariteit, of de ondergang van de hegemonie van de VS, zal volgens Haass tot chaos leiden: “In zo’n wereld zouden de Amerikanen niet veilig zijn en ook niet welvarend. Onze middeleeuwen waren een nare periode, het laatste wat we willen is dat we nog eens zo’n periode moeten doormaken”.25 Voor liberalen zoals Haass, maar ook voor neofascisten zoals Trump, bestaat er geen alternatief voor de VS-hegemonie. Omdat de elites in de VS niet inzien dat we onvermijdelijk afstevenen op een multipolaire wereld, kiezen ze voor nieuwe koude oorlogen, riskante militaire interventies en allerlei vormen van hybride oorlogvoering.

Hybride Oorlog

In 2015 schreef Andrew Korybko een fascinerend boek, Hybrid Wars: The Indirect Adaptive Approach to Regime Change. Aan de hand van publieke en gelekte militaire documenten schetst Korybko de verschillende strategieën die worden gebruikt om regeringen omver te werpen die een hinderpaal vormen voor de macht van de VS.

Korybko legt het doel van een hybride oorlog uit door te citeren uit het geheime opleidingsdocument van het Amerikaanse leger over Special Forces Unconventional Warfare: “het veiligheidsapparaat van de regering (het leger en de nationale politiediensten) zodanig ondermijnen dat de regering verslagen kan worden”. Het is niet altijd nodig om een regering die de Amerikaanse belangen vijandig gezind is te vervangen door een die ze wel gunstig gezind is. “In essentie,” schrijft Korybko, “is een hybride oorlog gecontroleerde chaos”.26 Een conflict met lage intensiteit, dat de veerkracht van het land verzwakt en voor verwarring zorgt in de regio, is misschien wel het echte doel van conflicten die worden uitgevochten via informatieoorlogen en sancties, twee belangrijke instrumenten in het wapenarsenaal van de hybride oorlog.

De VS voert een hybride oorlog en richt momenteel zijn pijlen vooral op Iran en Venezuela, twee landen die verzwakt zijn door de informatieoorlog die tegen hen gevoerd wordt en door de chaos op de oliemarkt. Wat voorkomt dat die landen onder de druk begeven, zijn de bronnen van legitimiteit waar ze door hun eigen sociale en politieke processen uit kunnen putten. In Venezuela bijvoorbeeld bevestigt de regelmatige mobilisatie van het volk voor zowel betogingen als voor praktische zaken zoals sociale reproductie, en dat doorheen de hele samenleving, dat het revolutionaire proces legitimiteit geniet bij het volk. Hybride oorlogen lukken niet altijd, maar — ook al zijn ze niet succesvol — ze vormen steeds een bedreiging voor de essentiële sociale banden tussen mensen.

Uit het werk van Korybko en verschillende overheidsdocumenten van de VS distilleren we vier van de belangrijkste aspecten van hybride oorlogvoering:

Informatieoorlog

In 1989 schreef William Lind, een auteur die de theorie van de vierde generatie oorlogvoering (een synoniem voor hybride oorlogvoering) hielp ontwikkelen dat “tv-nieuws weleens een machtiger wapen zou kunnen worden dan tankdivisies”.27 Controle hebben over de informatie en mensen en gebeurtenissen in een bepaald daglicht plaatsen, stuurt de manier waarop we naar conflicten kijken. Controle hebben over het verhaal is essentieel, maar die controle kun je niet als pure propaganda zien. Het verhaal wordt zo zorgvuldig ingekleed dat alles wat afkomstig is van een “schurkenstaat” beschouwd wordt als een leugen en dat wat de Verenigde Staten en hun bondgenoten verkondigen waar is. En zelfs als er leugenachtige verklaringen worden afgelegd — zoals toen beweerd werd dat Irak massavernietigingswapens bezat — worden die afgedaan als een vergissing en zegt men niet dat het een moedwillige leugen is.

Er wordt een beroep gedaan op diepgewortelde racistische gevoelens om sommige leiders weg te zetten als dictators — of zelfs genocideplegers — terwijl de westerse leiders die bommenwerpers uitsturen om steden met de grond gelijk te maken als humanitaire leiders worden afgeschilderd. Die eenvoudige oefening, waarbij politieke leiders een imago krijgen opgekleefd, is typisch voor de macht van de informatieoorlog. De Verenigde Staten zijn verantwoordelijk voor misschien meer dan één miljoen doden in Irak, maar de schuld zal altijd in de schoenen worden geschoven van Saddam Hoessein — en niet in die van George W. Bush —, Hoessein zal altijd gezien worden als een oorlogsmisdadiger die zijn lot heeft verdiend. Moslims zijn altijd terroristen, Russen zijn altijd gangsters en spionnen, en een land dat een tegenstander is, wordt niet geleid door een regering maar door een “regime”. Vaak ongefundeerde beweringen over de schending van mensenrechten worden een belangrijk instrument om afwijkende meningen in diskrediet te brengen, en worden gretig gebruikt door zowel landen als sociale bewegingen. Er bestaat een echte draaideur tussen Human Rights Watch, een organisatie die tijdens de Koude Oorlog door organisaties in de VS is opgericht, en functionarissen van de Amerikaanse overheid die zich met buitenlands beleid bezighouden.

Diplomatieke oorlog

De legitieme vertegenwoordiger van een land uitsluiten uit een multilaterale organisatie is een gewiekste manier om de legitimiteit van de regering van dat land te ondermijnen. In 1962 liet de VS Cuba verwijderen uit de Organisatie van Amerikaanse Staten om te laten zien dat elk land dat de degens kruiste met de Verenigde Staten gestraft kon worden. Maar Cuba heeft geen invasie gedaan in de VS, het was de VS die in 1961 een invasie opzette in de Varkensbaai, en — volgens het charter van OAS — zijn zitje in de OAS had moeten verliezen. Maar omdat de OAS een organisatie is waarbinnen de VS de lakens uitdeelt, was het Cuba dat plaats moest ruimen. De ambassadeur het land uit zetten, bondgenoten onder druk zetten hetzelfde te doen, een land binnen de Verenigde Naties isoleren — het zijn allemaal efficiënte manieren uit de trukendoos van de diplomatieke oorlog.

Economische oorlog

De VS vaardigt sancties en secundaire sancties uit tegen een tegenstander en die heeft het moelijk om te ontkomen aan het embargo dat zo wordt opgelegd. Die sancties verhinderen dat het land dat ze krijgt opgelegd de normale financiële kanalen kan gebruiken, zoals het SWIFT-systeem en het internationale bankennetwerk; ze maken het voor dat land onmogelijk om essentiële goederen in te voeren en transportfirma’s te betalen voor het vervoer van goederen die anderen maar wat graag verkopen; ze verhinderen het land de toegang tot zijn bankrekeningen in andere landen; en ze verhinderen de toegang tot belangrijke ontwikkelingsfondsen die de Wereldbank aanbiedt en tot noodfondsen van het IMF. In januari 2019 was er een poging tot staatsgreep in Venezuela.

De marktleider op het vlak van 5G mag in de komende tien jaar rekenen op honderden miljarden dollars inkomsten.

Ambassadeur Idriss Jazairy, de speciaal rapporteur van de VN over de negatieve impact van de unilaterale dwangmaatregelen, zei: “Ik maak me heel grote zorgen. Rapporten geven aan dat die sancties bedoeld zijn om in Venezuela een nieuwe regering aan de macht te brengen. Dwang, ongeacht of die militair of economisch is, mag nooit gebruikt worden om in een soevereine staat een regeringswissel door te drukken. Buitenlandse machten die sancties gebruiken om een verkozen regering van de macht te verdrijven, schenden alle internationale rechtsregels.”28

Politieke oorlog

Het hele wapenarsenaal voor informatieoorlogen en diplomatieke oorlogen wordt gebruikt om de politieke legitimiteit van een regering te ondermijnen en om twijfel te zaaien over het volledige politieke systeem van het land dat wordt aangevallen. Verkiezingen worden afgeschilderd als frauduleus, politieke leiders als verderfelijk, het juridisch systeem wordt gebruikt tegen populaire politieke leiders (een proces dat lawfare wordt genoemd, oorlog voeren met de wet in de hand), men probeert het volledige politieke systeem te ondergraven. “Oppositiegroepen” worden financieel gesteund, daaronder ook niet-gouvernementele organisaties die vaak machtsinstrumenten van de oude elites zijn. De moeilijke economische situatie, het gevolg van de economische oorlog, zorgt voor interne spanningen, en de “oppositie” zegt dan dat die de schuld zijn van de regering en niet van de economische oorlog. Vervolgens wordt er financiële en politieke steun verstrekt aan de misnoegde bevolking, die door de druk van de politieke oorlog warm begint te lopen voor het idee van een ander regime. Sociale media worden ingezet als een wapen tegen de regering, precies zoals beschreven wordt in Special Forces Unconventional Warfare, de uit 2010 daterende handleiding van de Amerikaanse overheid.

Dit is een kleurenrevolutie, een in scene gezette revolutie, niet een revolutie die van de basis uitgaat. Als de politie optreedt tegen het protest, zelfs wanneer ze tussenbeide komt tijdens betogingen waarbij arbeiderswijken geterroriseerd worden en de inwoners fysiek worden aangevallen, wordt dat voorgesteld als autoritair optreden, of zelfs genocide. De volgende stap is de roep om een “humanitaire interventie” en dat is de aanzet tot een militaire tussenkomst van de Verenigde Staten. In Joint Vision 2020, een Amerikaans document dat is opgesteld door de Joint Chiefs of Staff, staat dat het onder andere de bedoeling is in de geviseerde samenleving chaos te creëren door middel van zogenaamde “informatieacties” (inclusief “psychologische acties” en “aanvallen op computernetwerken”).

In een hybride oorlog richt de agressor zich op de kwetsbare punten van een samenleving en viseert hij die met niet-militaire oorlogsmiddelen (op het vlak van informatie, diplomatie, economie en politiek). En hij vergroot de chaos door sabotagedaden te plegen en te dreigen met een invasie. De druk in de geviseerde samenleving neemt toe en die roept op tot solidariteit en verzet in de hoop de totale sociale en politieke ineenstorting te voorkomen.

Een van de technieken voor een langdurige hybride oorlog die de VS gebruikt tegen China is het doen van vijandige uitspraken tegen de Chinese regering en het Chinese volk, gebeurtenissen in Hongkong, Taiwan en Xianjiang verdraaien en het coronavirus dat tot de pandemie heeft geleid omschrijven als het “Chinese virus”. Het is niet nodig om die uitspraken te bewijzen, men speelt gewoon in op oude racistische en anticommunistische ideeën om China te demoniseren. Maar die technieken zijn geen succes in China, waar de middenklasse — het doelwit van elke kleurenrevolutie — helemaal geen zin heeft om de regering omver te werpen. Zij is tevreden met de koers die de regering vaart en ziet dat de regering de levensstandaard heeft verbeterd en dat ze erin geslaagd is — in tegenstelling tot de westerse regeringen — de coronapandemie efficiënt aan te pakken.

Het tijdperk van de Europese dominantie over onze planeet begon in 1492, maar er zal een einde aan komen. En eigenlijk zien we het einde naderen. Maar er rijzen heel wat belangrijke vragen. We weten niet hoelang het aftakelingsproces zal duren, hoe efficiënt en verwoestend het door de VS geleide verzet zal zijn en wat er in de plaats zal komen. Het is onze taak door te gaan met het verzet, het verzet dat in 1804 de op slavernij gebaseerde koloniale machthebbers in Haïti versloeg. We moeten ons blijven verzetten, tot er een nieuwe datum is die we naast die van 1492 kunnen plaatsen, de datum waarop er een einde komt aan het tijdperk waarin Europa en de VS de wereld overheersten.

Artikel eerder verschenen als studie van Tricontinental, een instituut voor sociaal onderzoek. Zie: “Twilight: The Erosion of US Control and the Multipolar Future”, Tricontinental, Dossier 36.

Footnotes

  1. Peter Linebaugh et Marcus Rediker, The Many-Headed Hydra: The Hidden History of the Revolutionary Atlantic, Boston, Beacon Press, 2000.
  2. Dan Sperling, “In 1825, Haiti Paid France $21 Billion To Preserve Its Independence — Time for France To Pay It Back”, Forbes, 6 december 2017.
  3. In zijn De Peloponnesische Oorlog beschrijft Thucydides de eerste 20 jaar van de oorlog tussen Athene en Sparta (431-411 v. Chr.). Dit werk wordt algemeen aanschouwd als het eerste waarheidsgetrouw geschiedkundig onderzoek. Voor Thucydides is de fundamentele oorzaak van deze oorlog te zoeken bij het Atheens imperialisme en de vrees die het opwekte bij grootmacht Sparta. In het vakgebied Internationale Verhoudingen wordt een dergelijke machtsstrijd de “Val van Thucydides” genoemd. Thucydides, History of the Peloponnesian War, trans. Rex Warner, Baltimore, Penguin Books, 1968.
  4. Melvyn Leffler, A Preponderance of Power: National Security, the Truman Administration, and the Cold War, Palo Alto, Stanford University Press, 1992, p. 18–19.
  5. Wie meer wil lezen over de campagne van de Communistische Partij van Indonesië na de staatsgreep van 1965, zie “The Legacy of Lekra: Organising Revolutionary Culture in Indonesia”, Tricontinental: Institute for Social Research, 1 december 2020, www.thetricontinental.org/dossier-35-lekra/
  6. “Excerpts From Pentagon’s Plan: ‘Prevent the Re-Emergence of a New Rival’”, New York Times, 8 maart 1992.
  7. Vijay Prashad, Washington bullets, Delhi, LeftWord Books, 2020, p. 118.
  8. “U.S. National Security Strategy: Transform America’s National Security Institutions To Meet the Challenges and Opportunities of the 21st Century”, U.S. Department of State Archive, 20 september 2001.
  9. Nan Tian, Alexandra Kuimova, Diego Lopes da Silva, Pieter D. Wezeman en Siemon T. Wezeman, Trends in World Military Expenditure, 2019, Stockholm International Peace Research Institute, April 2020.
  10. Met de waardeketen wordt bedoeld het geheel aan productieve activiteiten gerealiseerd door ondernemingen in verschillende geografische domeinen, op een globaal niveau, om tot product of dienst te komen; van het originele ontwerp en productie tot transport en eindverkoop.
  11. John Schmitt, Elise Gould, and Josh Bivens, “America’s slow-motion wage crisis”, Economic Policy Institute, 13 september 2018.
  12. Donald J. Trump, “Inaugural Address: Remarks of President Donald J. Trump – as prepared for delivery”, The White House, 20 januari 2017.
  13. The Power of America’s Example: The Biden Plan for Leading the Democratic World to Meet the Challenges of the 21st Century”, Joebiden.com, juli 2019.
  14. Uit de koopkrachtpariteit (de reële, fysieke stroom van goederen en diensten) blijkt dat de Chinese economie al 16% groter is dan die van de VS; het IMF voorspelt dat die tegen 2025 al 39% groter zal zijn. Zoals voor bijna alle ontwikkelde landen geldt dat de omvang van de Chinese economie onderschat wordt wanneer ze volgens de huidige wisselkoersen wordt berekend, maar tegen de huidige wisselkoersen haalt ze nu al het niveau van 73% van de economie van de VS, en volgens berekeningen van het IMF zal ze tegen 2025 het equivalent hebben van 90% van de economie van de VS. Tegen het einde van het decenium zal het BBP van China groter zijn dan dat van de VS, ongeacht de manier waarop het wordt becijferd.
  15. National Defense Authorization Act (NDAA) 2020 Section 1253 Assessment Executive Summary: Regain the Advantage”, U.S. Indo- Pacific Command5 april 2020.
  16. Factbox: How close is China to complete building a moderately prosperous society in all respects”, Xinhua, 2 augustus 2020.
  17. Een aantal van die initiatieven, zowel regionale platformen — zoals de Shanghai Cooperation Organisation (Shanghai Samenwerkingsorganisatie) in Azië (2001) en ALBA in Latijns-Amerika en de Caraïben (2004), als wereldwijde — bijvoorbeeld IBSA, de India-Brazil-South Africa Dialogue (2003), en BRICS, de samenwerking tussen Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika (2009).
  18. Voor meer over de lawfare coup in Brazilië, lees “Lula and The Battle for Democracy”, Tricontinental: Institute for Social Research, 1 Juni 2018, www.thetricontinental.org/lula-and-the-battle-for-democracy/
  19. Russia and China hold the biggest military exercises for decades”, The Economist, 6 september 2018.
  20. Vladimir Isachenko, “Poetin: Russia-China military alliance can’t be ruled out”,  AP News, 22 oktober 2020.
  21. Milo Medin and Gilman Louie, The 5G Ecosystem: Risks & Opportunities for DoD Defense Innovation Board, Bijdragen van: Kurt DelBene, Michael McQuade, Richard Murray, Mark Sirangelo, Defense Innovation Board, 3 april 2019.
  22. Multipolarity Plays Key Role in World Peace: Chinese Vice President”, People’s Daily6 november 2001.
  23. National Intelligence Council, Global Trends 2030: Alternative Worlds, Washington, DC: Office of the Director of National Intelligence, 2012, p. iii.
  24. Richard Haass, “How to Build a Second American Century”, Washington Post, 26 april 2013; en Stephen Brooks en William C. Wohlforth, World Out of Balance: International Relations and the Challenge of American Primacy, (Princeton: Princeton University Press, 2008).
  25. Richard Haass, Foreign Policy Begins at Home, New York, Basic Books, 2013.
  26. Andrew Korybko, Hybrid Wars: The Indirect Adaptive Approach to Regime Change, Moscow, Peoples’ Friendship University of Russia, 2015.
  27. William S. Lind en Gregory A. Thiele, 4th Generation Warfare Handbook, Kouvola, Castalia House, 2015.
  28. “Venezuela sanctions harm human rights of innocent people, UN expert warns’”, United Nations Human Rights, Office of the High Commissioner31 januari 2019.