Artikel

Oorlog verbrandt de aarde

Natalie Eggermont

—22 juni 2022

De ongemakkelijke waarheid voor alle politici die duurzaamheid hoog in het vaandel zouden dragen, maar in tussentijd heftig mee de oorlogstrom roeren, is dat er voor het klimaat maar één uitweg is: vrede.

Westerse politici willen in sneltempo af van Russische fossiele brandstoffen. “We zullen er alles aan doen om Putin’s capaciteit deze vreselijke oorlog te financieren aan banden te leggen”, tweette Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie. Sommigen zien dit als een opportuniteit voor de ecologische transitie. Wouter De Vriendt (Groen) sprak in de Kamer van een “marshallplan om van fossiele brandstoffen af te raken”.1 De realiteit is echter niet zo zwart-wit. De Russische fossiele brandstoffen worden ingeruild voor andere fossiele brandstoffen, soms nog vervuilender dan hun voorganger. Bovendien is militarisering en oorlog voeren een belangrijke bron van broeikasgassen wereldwijd. Terwijl we om het klimaat te redden voor een cruciaal nu-of-nooit kantelpunt staan, met nog maar enkele jaren om radicaal van koers te veranderen, maken wereldleiders zich warm voor een nieuwe reeks investeringen in fossiele-brandstofinfrastructuur. Om het tij te keren is een sterke beweging van onderuit nodig.

Klimaatkosten van oorlog

De oorlogsindustrie is zeer vervuilend. Naar schatting van enkele wetenschappers is de uitstoot van legers en de industrie die hen van materiaal voorziet, verantwoordelijk voor ongeveer 5 % van de wereldwijde uitstoot, meer dan lucht- en scheepvaart gecombineerd.2 Het onderzoeksproject “Cost of War” berekende dat de oorlogsactiviteiten in Irak, Afghanistan, Pakistan en Syrië alleen al goed waren voor meer dan 400 miljoen ton CO2.3

De Verenigde Staten zijn absolute koploper, zowel in militaire uitgaven als in uitstoot. Goed voor een gewapende macht van meer dan twee miljoen manschappen, elf nucleaire vliegdekschepen, ‘s werelds meest geavanceerde militaire luchtmacht en een ruimteprogramma. Ze is sinds 2001 continu in oorlog en is momenteel actief in meer dan tachtig landen. Al deze operaties hebben energie nodig en die komt voornamelijk van fossiele brandstoffen. Zoals David Petraeus, oud-generaal van het Amerikaanse leger stelde, “energie is het levensbloed van onze militaire kracht”. Het Amerikaans ministerie van Defensie is daardoor ‘s werelds grootste institutionele gebruiker van olie en de grootste institutionele bron van broeikasgassen. Het Amerikaans leger stoot meer uit dan landen als Spanje, Portugal of Zweden.4

De levenslijn tussen de militaire en de fossielebrandstofindustrie werkt ook in de andere richting. Overheden zetten hun legers massaal in om fossielebrandstofroutes te beschermen. De lidstaten van de Europese Unie zijn extreem afhankelijk van de import van fossiele brandstoffen, bijna 90 % van de olie en 70 % van het gas wordt geïmporteerd. Fossielebrandstofgiganten en overheden hebben er dus alle belang bij om de importroutes te beveiligen en de stabiliteit in de exporterende landen te verzekeren. Greenpeace publiceerde vorig jaar een rapport waaruit blijkt dat bijna tweederde van de militaire missies van de Europese Unie gelinkt zijn aan fossiele brandstoffen.5

De twaalf grootste oliebedrijven spenderen 103 miljoen dollar per dag aan de exploitatie van nieuwe gas- en olievelden.

Er is een moedwillige geheimhouding over de klimaatimpact van de militaire industrie. Ze is een van de laatste sterk vervuilende industrieën wiens uitstoot niet moet gerapporteerd worden aan de Verenigde Naties. De Verenigde Staten zetten hiervoor de hakken in het zand tijdens de Kyoto-klimaatonderhandelingen in 1997. De Amerikanen vreesden dat het Kyoto-protocol limieten zou stellen aan militaire operaties en druk zou zetten op toekomstige administraties om militaire training en operaties te verminderen. De politieke boodschap van de delegatie was duidelijk: klimaatinspanningen mogen geen bedreiging zijn voor militaire ontwikkeling. Militaire uitstoot kreeg zo een ‘uitzonderingsstatuut’ en moest niet gerapporteerd worden.6 In 2015 maakte het Akkoord van Parijs een einde aan de militaire uitzondering, maar de rapportering is vrijwillig en niet verplicht.7 Het blijft een olifant in de kamer van de klimaatonderhandelingen.

Fossiele brandstoffen zijn booming

Door de escalatie van de oorlog neemt de EU verregaande maatregelen om zo snel mogelijk onafhankelijk te worden van Russische brandstoffen. Dat is een hele opgave: momenteel komt een kwart van onze olie, de helft van onze steenkool en 40 % van ons gas van Rusland. Politici stellen het voor als een opportuniteit om een versnelling hoger te schakelen in de ecologische transitie. Op 18 mei lanceerde de Europese Commissie het REpowerEU plan: nieuwe maatregelen om sneller en op korte termijn los te komen van Russische fossiele brandstoffen met verhoogde ambities qua energie-efficiëntie en versnelde uitrol van hernieuwbare energie.8

In realiteit zien we dat landen teruggrijpen naar steenkool en dat Russisch gas wordt ingeruild voor Amerikaans schaliegas. De gas- en olieprijzen hebben een recordhoogte bereikt waardoor het goedkoper is voor sommige centrales om steenkool te verbranden, zelfs rekening houdend met de prijs van koolstofcertificaten. Zowel Tsjechië, Bulgarije, Roemenië, Italië en Duitsland hebben aangekondigd dat ze door de oorlog op korte tijd misschien meer steenkool zullen verbranden. De Tsjechische commissaris voor energie windt er geen doekjes om: “Er is een tijdelijke rol voor steenkool, waarvan we gehoopt hadden dat het uit de energiemix ging verdwijnen”.9 De grootste Italiaanse energiespeler, Enel SpA, zette de plannen om haar twee grootste steenkoolcentrales om te bouwen naar gascentrales on hold.10

Door de hoge gas- en olieprijzen is er bovendien een nieuwe golf aan investeringen in deze brandstoffen. De grote energieconcerns stopten de voorbije jaren nog heel wat plannen in de koelkast, omdat ze onrendabel geworden waren. Door de hoge prijzen ligt er veel meer geld op de plank voor investeringen in meer of nieuwe productie. De twaalf grootste oliebedrijven spenderen 103 miljoen dollar per dag aan de exploitatie van nieuwe gas- en olievelden.11

Een derde van deze nieuwe investeringen gaat naar niet-conventionele bronnen zoals fracking en ultra-diepzeeboren.12 Fracken is een relatief nieuwe vorm van energieontginning, die een enorme opmars maakte de laatste jaren en van de Verenigde Staten op amper een paar jaar tijd de grootste gasproducent ter wereld maakte. In tegenstelling tot pijpleidingen, kunnen de lng-tankers hun gas alle kanten uitsturen. Dat maakt ze uiterst flexibel. Ze kennen maar één weg: die naar het grote geld. Het gebeurt zelfs dat schepen de oceaan opgaan zonder dat hun lng-lading al is verkocht. De prijzen worden gewoon onderweg onderhandeld.13

Waar de VS tot 2016 nog een netto importeur van aardgas waren, is dat in vier jaar tijd drastisch veranderd. Nu halen de Amerikanen op hun eentje meer aardgas boven dan alle Arabische landen bijeen. Alleen Rusland komt nog in hun buurt. De VS kunnen probleemloos heel de gasconsumptie van de EU dekken.14 Maar de Amerikaanse economie snoept wel heel wat van dat aardgas zelf op, de overschotten om te exporteren zijn beperkt. De VS zijn de op één na grootste exporteur van aardgas ter wereld. Ver op kop staat de grote rivaal Rusland. De Verenigde Staten zoeken al lang een manier om de band tussen Europa en Rusland door te knippen en zo een afzetmarkt te creëren voor hun schaliegas.15

Voor de Amerikaanse fossielebrandstofindustrie is het momenteel money-time. Door het Oekraïne-conflict staan de prijzen ongezien hoog. Dat was de laatste jaren niet het geval. Schaliegas en -olie maakten een opmars maar de meeste maatschappijen kenden zware verliezen. Door de hoge productiekosten konden ze niet opboksen tegen Russisch gas, olie uit Saoedi-Arabië en hernieuwbare energie. Door de forste stijging van de prijzen maken ze nu woekerwinsten. Ruw gerekend kan één standaard lng-tankschip met schaliegas uit de VS op de Europese dagmarkt momenteel makkelijk 100 miljoen euro winst maken.16

De productie steeg dan ook aanzienlijk: van 22 miljard kubieke lng naar 37 miljard dit jaar, tegen 2030 willen ze naar 50 miljard per jaar. Nooit eerder werd er zo veel vloeibaar gas geïmporteerd via de haven van Zeebrugge als vorige maand.17 Steeds meer grote energiegroepen zoals Edf, Engie, Eni, TotalEnergies en RWE zijn gretige afnemers van het goedkope schaliegas uit de Verenigde Staten. Fluxys, de beheerder van de Belgische hogedrukgaspijpleidingen, speelt daarin een sleutelrol.18 Er wordt naarstig geïnvesteerd in bijkomende infrastructuur. Polen pompt geld in nieuwe lng-pijpleidingen naar Noorwegen en Litouwen. België, Duitsland, Frankrijk, Spanje en Griekenland, de VS en Qatar investeren in nieuwe lng-terminals of de uitbreiding van bestaande lng-terminals.

Engie, het moederbedrijf van Electrabel, sloot recent een langetermijncontract af met een Amerikaanse producent van schaliegas om vanaf 2026 vijftien jaar lang 1,75 miljoen ton af te nemen. Nog geen twee jaar geleden moest Engie na aanhoudende kritiek onderhandelingen over een vergelijkbare deal met dezelfde producent afblazen. Engie haalde toen bakzeil, omdat de Franse overheid — de grootste aandeelhouder met een belang van bijna 24 % — tegen de deal gekant was. In Frankrijk zelf is er een verbod op de exploratie en productie van schaliegas.

Nu probeert het bedrijf het er in alle stilte door te krijgen. Het is al het tweede Amerikaanse schaliegascontract van Engie in goed twee maanden tijd.19 Ook in ons land wordt naar lng gekeken als alternatieve energiebron in het dossier over de kernuitstap en recent stelde minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen) dat Russisch gas makkelijk vervangen kan worden door extra lng-schepen vanuit de VS.20 Nochtans vraagt Groen zowel in België21 als in Europa een verbod op schaliegasontginning.22

Kiezen tussen de pest en de cholera

Fracking is bijzonder destructief: het vergiftigt grondwaterlagen en drinkwater, het gas ontsnapt ongecontroleerd op plaatsen waar je dat niet wil, het leidt tot grondverzakkingen en aardbevingen en exploderende gasbronnen maakten al meerdere dodelijke slachtoffers. Door grote methaanlekken tijdens de exploratie is het qua broeikasgaseffect bovendien schadelijker dan steenkool, hoewel het wordt gepromoot als een overgangsbrandstof in de energietransitie. Voor fracking zijn grote hoeveelheden water nodig. Dat water is licht reactief en zit vol chemicaliën die zeer moeilijk te verwijderen zijn. Net zoals met ons kernafval weet men geen raad met al dat vervuild water en wordt het diep ondergronds geïnjecteerd. Soms ontstaan er tijdens het boren breuken en komt het water terecht in grond- en drinkwaterlagen. Er waren meerdere incidenten waarbij rivieren, vijvers en bronnen plots vergiftigd raken omdat het chemisch verontreinigde water van fracking-activiteiten kilometers verderop zich via de grondwaterlagen had verspreid.

Maar niet alleen de chemicaliën lekken weg op plaatsen waar niemand ze had verwacht, ook het schaliegas zelf komt aan de oppervlakte via onverwachte barsten. Zoals uit een waterkraan in een woning bijvoorbeeld. Er komt bij de booractiviteiten ook heel wat vervuild boormateriaal naar boven. Geregeld duiken er schandalen op van illegaal gestort vervuild puin. De destructieve techniek van het fracking veroorzaakt daarnaast grondverzakkingen en aardbevingen. Ook voor de arbeiders is de ontginning van schaliegas en olie een erg risicovolle activiteit. Er zijn al tientallen doden gevallen bij de Amerikaanse schaliegasontginning.23

Tot slot ontsnapt bij het fracken ook veel methaan, een krachtig broeikasgas. Dat gas wordt niet opgevangen. Het wordt ofwel afgefakkeld zodat er CO2 vrijkomt. Ofwel gebeurt dat niet en verdwijnt het in de atmosfeer. Zodra je die gigantische lekkages hebt, is al het voordeel van schaliegas ten opzichte van steenkool verloren.24

De oorlog en de energiecrisis die deze met zich meebrengt komen dus vooral de fossielebrandstofindustrie ten goede en veroorzaakt een verschuiving richting steenkool en niet-conventionele bronnen zoals fracking en diepzeeboren. De verschuiving is niet van fossiel naar hernieuwbaar, maar wel van de ene naar de andere grootmacht. Het klimaat heeft hier absoluut niets bij te winnen, integendeel.

De G20 gaven 14 biljoen dollar uit aan economische stimuli tijdens en na de coronacrisis. Slechts 6 % daarvan ging naar projecten die zorgen voor een daling van de uitstoot.

De klimaatbeweging moet bedacht zijn om niet in de val te trappen van dit geopolitieke schaakspel door een eenzijdige boycot van Russische olie en gas. Wat met olie uit Saoedi-Arabië die de oorlog in Jemen financiert? Of het schaliegas van de grootste imperialistische macht met verschillende oorlogen op haar conto? Zoals Joeri Thijs van Greenpeace stelt: “Onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen wakkert oorlogen en de klimaatcrisis aan en zadelt ons op met steeds hogere energieprijzen. Het zou onverantwoord zijn om onze import van Russisch fossiel enkel te verschuiven naar meer olie uit Saudi-Arabië of vervuilend schaliegas uit de VS. Als onze regeringen in tijden van oorlog, klimaat- en energiecrisis nog geen drastische energiebesparende maatregelen kunnen nemen, wanneer dan wel?”25

Voor het klimaat is het nu of nooit

Kort na de invasie in Oekraïne verscheen deel drie van het zesde rapport van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC). De alarmbellen van de klimaatwetenschappers werden grotendeels overstemd door de oorlogstrom tegen Putin. De situatie is nochtans extreem alarmerend.

Het rapport is duidelijk: de kans dat de opwarming van de aarde beperkt blijft tot 1,5 °C lijkt zo goed als verkeken. De totale wereldwijde uitstoot blijft stijgen. De gemiddelde jaarlijkse uitstoot steeg met 12 % ten opzichte van 2010, de hoogste stijging over tien jaar ooit gemeten. Die stijging is vooral te wijten aan de uitstoot van de fossiele brandstoffen en de industrie. Deze kende een korte dip in het begin van 2020 door de COVID-pandemie maar won weer snel aan kracht tegen het eind van het jaar. Zelfs in de meest ambitieuze scenario’s, waarin we onmiddellijk en diepgaand actie ondernemen blijft de kans groter dat we de 1,5 °C zullen overstijgen dan dat we eronder blijven.26

Wetenschappers en beleidsmakers gaan steevast uit van zogenaamde overshoot scenario’s, waarbij we binnenkort de 1,5 °C zullen overstijgen om tegen het eind van de eeuw, door netto CO2 uit de atmosfeer te halen, weer te zakken en te stabiliseren rond 1,5 °C of 2 °C, naargelang de ambitie. Dat is geen onbelangrijk detail. Onder de 1,5 °C blijven of overshooten en weer corrigeren is een immens verschil voor het leven op onze planeet. Gletsjers die smelten, koraalriffen die afsterven, plant- en dierensoorten die verdwijnen, mensen die sterven door mislukte oogsten, overhitting, conflicten … tijdens de tientallen jaren boven de 1,5 °C, zullen later niet terug tot leven komen als de temperatuur weer zakt.

Bovendien wordt de opgave moeilijker hoe langer we wachten. Alle broeikasgassen die we te veel uitstoten — jaarlijks tientallen miljarden tonnen — moeten we achteraf in sneltempo weer uit de atmosfeer halen. De technologie om dat te doen staat nog niet op punt en de meeste methodes hebben een negatieve impact op land-, energie- en watergebruik indien ze op grote schaal worden toegepast. In de meest verregaande overshoot scenario’s zal tot 18 % van de wereldwijde landoppervlakte nodig zijn voor negatieve-emissietechnologie, ten koste van primaire bossen, natuurlijke graslanden en land dat gebruikt wordt door kleine boeren en inheemse bevolkingen voor hun levensonderhoud. Deze scenario’s, hoewel dus compatibel met een opwarming van ‘slechts’ 1,5 °C, zijn nog erger voor de biodiversiteit, voedselzekerheid en sociale ongelijkheid dan scenario’s met meer klimaatopwarming.27

We mogen ook niet vergeten dat de doelstelling van het Akkoord van Parijs om “de temperatuurstijging ver onder de 2 °C te houden en inspanningen te leveren om de stijging te beperken tot 1,5 °C” een politiek compromis is, bekomen in een context van multilaterale onderhandelingen met een zeer ongelijke machtsverdeling tussen de deelnemende landen. De kleine eilandstaten en meest kwetsbare landen hebben herhaaldelijk opgeroepen te streven naar een temperatuurstijging ver onder de 1,5 °C. Wetenschappelijk gezien is er niet zoiets als een ‘veilige grens’. Zelfs de huidige stijging van 1 °C zorgt voor aanzienlijke oversterfte, armoede en toename van de ongelijkheid. De gevolgen worden steeds disproportioneel gedragen door de meest kwetsbaren, ook in de geïndustrialiseerde landen.28

Qua broeikasgaseffect is fracking schadelijker dan steenkool, hoewel het wordt gepromoot als een overgangsbrandstof in de energietransitie.

Vanuit het oogpunt van klimaatrechtvaardigheid is de opdracht dus duidelijk: de opwarming beperken tot een absoluut minimum met zo weinig mogelijk overshoot. Om dat te bereiken staan we voor een nu-of-nooit kantelpunt. Om 50 % kans te maken om de opwarming tegen het eind van de eeuw tot 1,5 °C te beperken met minimale overshooting, moet de wereldwijde uitstoot zo snel mogelijk, en ten laatste binnen de komende drie jaar (voor 2025), haar piek bereiken en dan razendsnel dalen om te halveren tegen 2030 en netto-negatieve emissies te halen gedurende de tweede helft van de eeuw. De geïndustrialiseerde landen, die historisch de grootste verantwoordelijkheid dragen voor de uitstoot van broeikasgassen, engageerden zich om het voortouw te nemen en moeten dus een nog ambitieuzere curve bereiken, met reducties van rond de 70-80 % tegen 2030. Dit is alleen haalbaar met een radicale koerswijziging met ongeziene investeringen in energie-efficiëntie, hernieuwbare energie en een onmiddellijke halt aan investeringen in fossiele brandstoffen.

Wat niet kan voor het klimaat, kan blijkbaar wel voor oorlog

Een half jaar geleden kondigden wereldleiders op de klimaatonderhandelingen in Glasgow (COP26) aan dat het einde van steenkool nabij was.29 Hetzelfde jaar van de klimaattop steeg de wereldwijde energiegerelateerde CO2 uitstoot met 6 %, tot een historisch hoogtepunt, wegens een recorduitstoot van steenkool. In Europa steeg steenkoolgebruik met 18 % in 2021, de eerste stijging sinds jaren. Alle ronkende beloftes en de zoveelste goednieuwsshow ten spijt, komt wereldwijd nog steeds 80 % van de energievoorziening uit fossiele brandstoffen.30

Er is een gigantische kloof tussen wat nodig is en wat beleidsmakers doen. De gedane beloftes op de klimaatonderhandelingen schieten tekort om het beoogde doel te bereiken en bovendien slagen landen er niet in die, al ondermaatse, doelstellingen te behalen. Met de maatregelen in voege eind 2020 stevenen we af op een opwarming van 3,2 °C.31 António Guterres, secretaris-generaal van de Verenigde Naties haalde fel uit tijdens de presentatie van het IPCC rapport: “Deze afwijzing van leiderschap is crimineel”.

Een blik op de geldstromen stelt de prioriteiten duidelijk. De VN berekende dat we jaarlijks 2,5 biljoen dollar tekort komen om de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG) te behalen.32 Vorig jaar gaven wereldleiders meer dan 2 biljoen dollar uit aan oorlog en investeerden slechts 750 miljard in hernieuwbare energie en energie-efficiëntie. De totale investering in energie-infrastructuur was 1,9 biljoen, maar het gros daarvan ging naar fossiele brandstoffen.33 Het IPCC-rapport hekelt de gebrekkige vooruitgang in het “in lijn brengen van de geldstromen met de doelstellingen van het Akkoord van Parijs”. Zowel publiek als privaat gaat er nog steeds meer geld naar fossiele brandstoffen dan naar maatregelen om de uitstoot te verlagen of ons aan te passen aan de reeds bestaande opwarming.34 Een recent artikel in Nature stelde vast dat de G20-landen 14 biljoen dollar uitgaven aan economische stimuli tijdens en na de COVID-crisis en dat slechts 6 % daarvan ging naar projecten die zorgen voor een daling van de uitstoot.35 De schamele honderd miljard dollar die de rijke landen jaarlijks beloofden als steun aan ontwikkelende landen op vlak van duurzame transitie krijgen ze niet bij elkaar geschraapt.36

Dit alles staat in schril contrast met de miljarden die ogenschijnlijk probleemloos worden uitgegeven aan fossiele brandstoffen en oorlog. Verschillende overheden verhoogden recent hun militaire budgetten. Duitsland besliste om 100 miljard extra te besteden aan militaire uitgaven. Ook de Vivaldi-regering doet haar duit in het zakje. Ze stipte een budgettair pad uit waarbij de uitgaven voor defensie tegen 2030 zullen opgetrokken worden tot 1,54 % van het bbp, goed voor 14 miljard euro.37 Het ziet ernaar uit dat het budget in 2035 verder zal stijgen naar 2 % van het bbp, nu zowel Vooruit als Groen bereid zijn daarover te spreken.38 De militaire uitgaven waren in 2020 meer dan het dubbele van wat we aan ontwikkelingshulp spendeerden.39 Meer dan tien jaar geleden zei toenmalig VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon: “De wereld is overbewapend en de vrede is ondergefinancierd”. Helaas geldt deze uitspraak nog altijd.

Lock-in: vandaag kiezen voor fossiel is game over voor het klimaat

Om de temperatuurstijging te beperken tot onder de 1,5 °C met minimale overshoot moeten we niet enkel massaal investeren in energie-efficiëntie en hernieuwbare energie, maar ook afstappen van fossiele brandstoffen. Dat betekent: onmiddellijk alle nieuwe investeringen in fossiele infrastructuur stopzetten én de bestaande infrastructuur afbouwen en ombouwen. We kunnen ons absoluut geen nieuwe fossielebrandstofinfrastructuur meer veroorloven. Integendeel, de bestaande moet actief worden omgebouwd.

De huidige bestaande en geplande fossielebrandstofinfrastructuur is goed voor méér CO2 uitstoot dan we ons wereldwijd kunnen veroorloven vanaf nu tot het eind van deze eeuw in een 1,5 °C scenario. In mei 2021 publiceerde het Internationaal Energie Agentschap (IEA) een rapport met als duidelijke boodschap: om klimaatneutraal te zijn tegen 2050 mogen er geen nieuwe olie- of gasvelden of steenkoolmijnen meer worden geopend.40 Maar enkele maanden nadat wereldleiders zichzelf schouderklopjes gaven op de klimaattop in Glasgow, zetten ze het licht op groen voor verschillende nieuwe grootschalige exploratieprojecten voor fossiele brandstoffen.41

Zoals hierboven beschreven zorgen de huidige verschuivingen in het energielandschap, door de oorlog in Oekraïne, voor nog een nieuwe golf aan investeringen in fossiele infrastructuur, met jarenlange uitstoot van broeikasgassen als gevolg die niet te verzoenen is met de klimaatdoelstellingen. Wetenschappers spreken van ‘lock-in’ infrastructuur. Het IEA verwacht de komende jaren een recordgebruik vvan steenkool en waarschuwt dat hoe sneller en ondoordacht de EU probeert af te stappen van Russisch gas, hoe groter de impact op kortetermijnuitstoot van broeikasgassen.42 Onderzoekers van de ngo Natural Resources Defense Council tonen aan dat de pogingen van de VS alleen al om de lng-productie en -export op te voeren, elke kans om de opwarming van de aarde tot 1,5 graden celsius te beperken, kunnen doen mislukken.43

De investeringen in een omwenteling naar schone energie verdienen zichzelf volledig terug. Maar slechts op lange termijn.

António Guterres, VN-secretaris-generaal, stelt de essentie scherp: “Terwijl de grootste economieën alles op alles zetten om van Russische fossiele brandstoffen af te raken, riskeren ze kortetermijnbeslissingen te nemen die langetermijnafhankelijkheid van fossiele brandstoffen creëren en de kans op 1,5°C volledig verkijken. Dit is morele en economische waanzin.”44

Een brede beweging voor brood, vrede en klimaat

De VS sturen schepen volgeladen met lng de oceaan op zonder kopers en beslissen pas ter hoogte van de Europese kust of ze daar aanmeren of verder varen naar Azië, afhankelijk van de hoogste bieder. Oorlogsspeculanten en wapenhandelaars wrijven in hun handen voor woekerwinsten in een van de meest vervuilende industrieën wiens uitstoot niet meetelt op de klimaattop. Intussen tikt de klok voor het klimaat genadeloos verder.

De reden dat we niet van onze fossiele verslaving af geraken is omdat politici blijven werken binnen het kader van de markt, met haar inherente anarchie en het kortetermijnwinstbejag van de rijken der aarde. Zo zullen we nooit de nodige actie ondernemen om kans te maken de piek tot 1,5 °C te beperken. Het is simpelweg niet interessant voor het kapitaal om te investeren in emissiereductie. Het neoliberale consultingbedrijf McKinsey publiceerde in 2020 een rapport “Net-zero Europe”, waarin ze duidelijk stellen dat het op lange termijn niets zou kosten om Europa klimaatneutraal te maken tegen 2050 — wat de huidige (onvoldoende) belofte is. De investeringen verdienen zichzelf volledig terug. Meer zelfs, decarboniseren zorgt voor economische groei, dalende levenskosten en netto jobs. Maar allemaal op lange termijn. En daar zit natuurlijk de adder onder het gras. De auteurs vervolgen: “Zonder tussenkomst zullen ondernemers en consumenten waarschijnlijk andere beslissingen nemen (…) omdat de helft van de benodigde 28 biljoen euro kapitaal geen gunstige investeringen zijn”. Op commerciële gronden is slechts 40 % van de nodige investeringen tegen 2030 te rechtvaardigen.45 De onzichtbare hand van de markt is niet in staat voor de nodige omwenteling te zorgen.

We hebben een globaal plan nodig, om de investeringen te sturen naar wat de maatschappij echt nodig heeft: hernieuwbare energie, ecologische landbouw, publiek transport, publieke watervoorziening, sterke gezondheidszorg, kwaliteitsvol onderwijs en alle andere sociale noden. Daarvoor moeten we de energiesector en andere centrale sectoren opnieuw in publieke handen nemen. Dit is een strijd die ingaat tegen sterke en gevestigde belangen. We kunnen deze enkel winnen met een brede beweging van onderuit. Als de vakbonden, de vredesbeweging en de klimaatbeweging de handen in elkaar slaan en samen opkomen voor brood, vrede en klimaat.

Footnotes

  1. “De Croo: ‘Wanneer energieprijzen hoog blijven, kunnen we de maatregelen doortrekken’”, De Standaard, 17 maart 2022.
  2. Dr Stuart Parkinson, “The carbon boot-print of the military”, Responsible Science, no.2, Winter 2020.
  3. Neta Crawford, “Pentagon Fuel Use, Climate Change, and the Costs of War”, Boston University, 13 november 2019.
  4. Ibid.
  5. “The Sirens of Oil and Gas in the Age of Climate Crisis: Europe’s military missions to protect fossil fuel interests”, Greenpeace Climate for Peace Team, december 2021.
  6. “CLIMATE: U.S. Exempts Military from Kyoto Treaty”, IPS News Agency, 20 mei 1998.
  7. Voor data, zie https://militaryemissions.org/.
  8. REPowerEU: A plan to rapidly reduce dependence on Russian fossil fuels and fast forward the green transition, European Commission, 18 mei 2022.
  9. “Some EU members turn back to coal to cut reliance on Russian gas”, Climate Home News, 15 maart 2022.
  10. “Italy Could Revive Coal Plants to Break Russia Energy Dependence”, Bloomberg Europe, 25 februari 2022.
  11. “Revealed: the ‘carbon bombs’ set to trigger catastrophic climate breakdown”, The Guardian, 11 mei 2022.
  12. Aardgas kan je niet alleen vinden in traditionele gasvelden, maar het zit ook geperst tussen ondergrondse lagen keiharde rotsen. Schaliegas is het aardgas dat uit schaliegesteente of andere harde rotslagen wordt gewonnen. Dat gebeurt via de zeer omstreden techniek van het zogenaamde hydraulic fracking.
  13. “Kan Amerikaans schaliegas ons redden uit de Oekraïnecrisis?”, VRT NWS, 4 maart 2022.
  14. Ibid.
  15. “Overextending and Unbalancing Russia: Assessing the Impact of Cost-Imposing Options”, RAND Corporation, april 2019.
  16. VRT NWS, 4 maart 2022.
  17. “Europa rukt zich verder los van Russische energie: recordhoeveelheid gas komt binnen in lng-terminal Zeebrugge”, VRT NWS, 3 mei 2022.
  18. Ibid 13.
  19. “Engie maakt U-bocht om van Russisch gas af te kunnen raken”, De Standaard, 4 mei 2022.
  20. “De kernuitstap, de groene trofee die al haar glans verloor”, De Tijd, 24 februari 2022.
  21. Wim Vandonck, “Overzicht: België fossielvrij in 10 stappen”, Groen, 10 oktober 2017.
  22. Bart Staes, “Persbericht”, Groen, 9 oktober 2013.
  23. “Loskomen van Russisch gas? Er zit een reukje aan Amerikaans schaliegas: goed voor portemonnee, niet voor mens en milieu”, VRT NWS, 25 maart 2022.
  24. “Schalie-olie in de Verenigde Staten in slechte papieren”, VRT NWS, 24 september 2019.
  25. “België blijft belangrijke draaischijf voor fossiele brandstoffen van Poetin”, Greenpeace, 28 april 2022.
  26. Het IPCC werkt met scenario’s en kansberekeningen. De meest ambitieuze scenario’s geven een kans van slechts 38 % dat de piektemperatuur kleiner dan of gelijk aan 1.5 °C is. Zie VRT NWS, 24 september 2019.
  27. “Global warming of 1.5°C — An IPCC Special Report”, IPCC, 2019.
  28. “Report on the structured expert dialogue on the 2013–2015 review”, United Nations, 4 mei 2015.
  29. “End of Coal in Sight at COP26”, UN Press Release, 4 november 2021.
  30. “Climate change and wars”, Michael Roberts Blog, 10 april 2022.
  31. “Global warming of 1.5°C — An IPCC Special Report”, IPCC, 2019, p. 21
  32. “World Investment Report 2014: Investing in the SDGs: An Action Plan”, United Nations, 2014.
  33. Michael Roberts Blog, 10 april 2022.
  34. “Global warming of 1.5°C — An IPCC Special Report”, IPCC, 2019.
  35. “G20’s US$14-trillion economic stimulus reneges on emissions pledges”, Nature, 2 maart 2022.
  36. “The broken $100-billion promise of climate finance — and how to fix it”, Nature, 20 oktober 2022.
  37. “Regering bereikt akkoord over verhoging Defensie-uitgaven”, De Morgen, 21 januari 2022.
  38. “Ook Groen schuift op naar hoger budget Defensie”, De Standaard, 31 januari 2022.
  39. “Het verhoogde defensiebudget zal het voor burgers niet veiliger maken, integendeel”, MO*, 16 februari 2022.
  40. “Net Zero by 2050 — A Roadmap for the Global Energy Sector”, International Energy Agency, mei 2021.
  41. Kjell Kühne et al, “’Carbon Bombs’ — Mapping key fossil fuel projects”, Energy Policy Volume 166, juli 2022.
  42. “A 10-Point Plan to Reduce the European Union’s Reliance on Russian Natural Gas”, International Energy Agency, maart 2022.
  43. “Sailing to nowhere: Liquefied Natural Gas is not an effective climate strategy”, NRDC, 8 december 2020.
  44. “UN chief warns against ‘sleepwalking to climate catastrophe’”, UN News, 21 maart 2022.
  45. “How the European Union could achieve net-zero emissions at net-zero cost”, McKinsey, december 2020.