Artikel

Waarom de militarisering van de Europese economie onze industrie niet zal redden

Met het plan ReArm Europe/Readiness 2030 wil de Europese Commissie 800 miljard euro in de wapenindustrie pompen. Als militarisering de drijvende kracht achter herindustrialisering wordt, leidt dat ofwel tot oorlog ofwel tot crisis en in beide gevallen tot industriële achteruitgang.

Een weinig duurzame markt en een drijvende kracht voor permanente oorlogen

Als je honger hebt, koop je eten, eet je het op en dan is het weg; er moet dus opnieuw voedsel worden geproduceerd om de honger te stillen. En opnieuw en opnieuw. We moeten ons verplaatsen om naar ons werk te gaan, de familie te bezoeken of op vakantie te gaan. Hiervoor gebruiken we het openbaar vervoer of een privévoertuig. Voortdurend gebruik van openbaar vervoer of een privévoertuig veroorzaakt slijtage. Na verloop van tijd moeten deze transportmiddelen worden gerepareerd of vervangen. Daarom investeren we in ontwikkeling en onderhoud van de transportinfrastructuur en de productie van transportmiddelen. De levenscyclus van een product verzekert de duurzaamheid van een economisch model dat voldoet aan de behoeften en vereisten van de samenleving.

Investeringen in bewapening voeden op hun beurt een vicieuze cirkel waarin vrede een bedreiging voor winst wordt. Zolang er conflicten woeden, zoals oorlog in Oekraïne, genocide in Gaza, de bezetting van Oost-Congo gesteund door Rwanda (met de zegen van de EU), vinden wapens een ‘markt’. Maar als overheden voorraden aanleggen zonder ze te gebruiken, vertraagt de markt en raakt ze verzadigd. Om te overleven moeten fabrikanten deze wapens op het slagveld laten verteren en zo nieuwe bestellingen genereren.

De militarisering van de economie creëert een structurele stimulans voor oorlog, versterkt door de industrielobby. Erger nog, de conflicten dienen zelfs als commerciële showcase. Sommige bedrijven, zoals degene die aan Israël leveren, aarzelen niet om op te scheppen over wapentuig dat “in echte omstandigheden is getest”, waardoor slachtpartijen een marketingargument worden.1

Benjamin Pestieau is verantwoordelijk voor het departement Wereld van de Arbeid van de PVDA.

De Verenigde Staten belichamen deze destructieve logica volledig. Als enige land met een enorm militair-industrieel complex en een sterke wapenindustrie, heeft het de ene oorlog na de andere gevoerd. Alleen al sinds 2001: Afghanistan (2001-2021), Irak (2003-2011), Libië (2011), Syrië, Jemen, militaire steun voor Oekraïne en de genocidale oorlog van Israël tegen de Palestijnen. Deze situatie van permanente oorlog voedt een kolossale sector. In 2024 bedroeg de wapenexport van de VS 318,7 miljard dollar, een stijging van 29% op één jaar tijd (Reuters, januari 2025). Het VS-ministerie van Buitenlandse Zaken zelf rechtvaardigt deze cijfers door de behoefte om “voorraden aan te vullen die naar Oekraïne zijn gestuurd” en om zich voor te bereiden op “belangrijke toekomstige conflicten”.2

In tegenstelling tot wat officieel wordt beweerd, biedt het militariseren van de economie geen enkele bescherming – het verhoogt zelfs het risico op oorlog. De Europese geschiedenis getuigt hiervan: herbewapeningsgolven, met name in Duitsland in de twintigste eeuw, hebben tot twee wereldoorlogen geleid en een continent in puin achtergelaten. Vandaag zou het reproduceren van dit patroon betekenen dat er steeds meer levens worden opgeofferd en dat samenlevingen en gemeenschappen worden vernietigd, om een industrie te voeden die bereid is om alle middelen op te zuigen en die voor haar voortbestaan afhankelijk is van… onze eigen onveiligheid. Zoals econoom Michael Roberts het beknopt samenvat: militair keynesianisme kan alleen werken in een oorlogssituatie.3

De illusie van een economische heropleving door militaire uitgaven

De Europese economie zit op een dood spoor. Duitsland, de grootste industriële macht van het continent, verkeert in een recessie. “Bestaande waardeketens of productiecapaciteiten in onze traditionele industrieën – automobiel, staal, aluminium of chemie – kunnen nieuwe mogelijkheden vinden in een heroriëntering op de bevoorrading van een groeiende industriële defensiebasis”, zegt de Europese Commissie.4 Maar de hoop dat de militarisering van de economie het Oude Continent weer op het groeipad zal brengen, lijkt waarschijnlijk van korte duur.

Investeringen in bewapening voeden een vicieuze cirkel waarin vrede een bedreiging wordt voor de winst. Wapens hebben een “markt” nodig.

Om het effect van verschillende types investeringen in de economie te vergelijken, gebruiken we het zogenaamde multiplicatoreffect. Deze term verwijst naar het fenomeen waarbij een eerste uitgave leidt tot een reeks andere uitgaven, investeringen en economische activiteiten. Als je bijvoorbeeld investeert in een windmolenpark, kan de geproduceerde energie fabrieken van energie voorzien, bedrijven aantrekken en nieuwe banen creëren. Investeren in spoorwegen vergemakkelijkt de handel en het transport van goederen, wat de economische activiteit stimuleert. Het financieren van onderzoek en ontwikkeling (R&D) kan leiden tot innovaties die industriële ontwikkeling stimuleren. De productie van een graafmachine of bulldozer helpt bij de constructie van gebouwen, wegen of bruggen. Ter vergelijking: een tank produceert geen energie, noch innovatie, transport of gebouwen. De constructie van een tank mobiliseert middelen, maar heeft geen blijvend effect op de economie.

Verschillende recente onderzoeken hebben het effect van militaire uitgaven op de economie bestudeerd. Volgens het Instituut voor de Wereldeconomie, een van de toonaangevende economische onderzoeksinstellingen in Duitsland, hebben deze uitgaven een beperkt effect op de groei. Dit komt omdat ze niet aansluiten bij de behoeften van de maatschappij, of het nu gaat om privébedrijven, de staat of consumenten.5 Zoals Paul Van Rompuy, econoom aan de KUL, onlangs aangaf, heeft de Amerikaanse investeringsbank Goldman Sachs berekend dat de multiplicator voor EU-defensie-uitgaven in het kader van het ‘Rearm Europe’-programma na twee jaar slechts 0,5 is.6

Voor het instituut GWS (Gesellschaft für Wirtschaftliche Strukturforschung) kunnen ze op korte termijn, ten tijde van wapenaankopen, een zekere mate van economische dynamiek genereren, maar zonder noemenswaardig langetermijneffect.7 Geert Van Poelvoorde, CEO van ArcelorMittal Europe, vat de situatie helder samen: “Staal leveren voor defensie is geen probleem. 1000 tanks, dat is 30.000 ton, dat kost ons drie dagen productie in één fabriek. Dus nee, de revival van defensie betekent niet automatisch de revival van de staalsector.”8

Deze studies tonen aan dat zelfs de kleine positieve effecten afhangen van verschillende factoren. Dit omvat het percentage van de militaire uitgaven dat daadwerkelijk de lokale industrie ten goede komt, in plaats van geïmporteerde wapens. Ook de financiering van deze uitgaven speelt een rol: gaan ze ten koste van andere begrotingsposten, zoals infrastructuur of openbare diensten?

Vandaag gaat een groot deel van de militaire bestellingen naar landen buiten de Europese Unie, voornamelijk de Verenigde Staten. Tussen juni 2022 en juni 2023 werd 78% van de militaire aanbestedingen gegund aan niet-Europese leveranciers, waarvan 63% aan Amerikaanse bedrijven.9 “We hebben maar een paar jaar om ons te versterken. We gaan kopen van iedereen die snel kan produceren, dus sluiten we niets uit. Maar na drie jaar oorlog in Oekraïne hebben veel Europese fabrikanten hun productiecapaciteit nog niet echt verhoogd”, aldus generaal Frederik Vansina, Chef van de Belgische Defensie (CHOD). Zelfs het beursdagblad L’Echo is bezorgd: “Een massale toename van aankopen ‘made in USA’ zou de Europese economie een grote meevaller kosten. En dat zou onze militaire afhankelijkheid van de Verenigde Staten alleen maar verlengen en nieuwe industriële en technologische onderwerping creëren.”10

Een tweede probleem: deze militaire uitgaven gaan gepaard met een terugkeer naar budgettaire soberheid in Europa, wat wil zeggen dat

Max Vancauwenberge is lid van het departement Wereld van de Arbeid van de PVDA.

ze ten koste gaan van sociale investeringen en investeringen in infrastructuur. Carsten Brzeski, hoofd Global Macroeconomics bij ING, waarschuwt: “Er zal een negatief multiplicatoreffect optreden als een deel van de militaire uitgaven wordt gefinancierd door besparingen elders.”11 Op korte termijn zullen militaire uitgaven dus helemaal geen economische motor zijn; een groot deel van de middelen zal naar het buitenland gaan, terwijl besparingen op sociale uitgaven en productieve investeringen een negatief effect zullen hebben op de groei.

Een onderzoek door Giorgio d’Agostino, J. Paul Dunne en Luca Pieroni – universiteitsprofessoren gespecialiseerd in de analyse van militaire uitgaven – toont aan dat militaire uitgaven op lange termijn zelfs een significant en aanhoudend negatief effect hebben op economische groei. Op basis van gegevens uit 83 landen tussen 1970 en 2014 concluderen de auteurs dat een aanhoudende stijging van de militaire uitgaven het niveau van het bbp per hoofd van de bevolking verlaagt, omdat middelen worden onttrokken aan productievere investeringen.12 Zelfs de RAND Corporation, de denktank verbonden aan het VS-leger, erkent dat investeringen in infrastructuur een groter multiplicatoreffect hebben dan militaire uitgaven13. De conclusie is dat een verhoging van het defensiebudget ten koste van investeringen in infrastructuur een negatief effect zal hebben op de langetermijngroei.14

En in tegenstelling tot wat de oorlogszuchtigen ons willen doen geloven, is de militaire industrie echt geen jobmotor. Onderzoek in de Verenigde Staten toont aan dat voor hetzelfde uitgavenniveau, civiele sectoren zoals gezondheidszorg, onderwijs en groene energie aanzienlijk meer jobs genereren.15 Ook een recent onderzoek van Greenpeace, Arming Europe (2023), keek naar de economische effecten van stijgende militaire budgetten. Het bekeek de periode tussen 2013 en 2023 in Duitsland, Italië en Spanje en kwam tot precies dezelfde conclusie voor Europa.16

Daarom roept econoom Thomas Piketty op om de prioriteiten te verleggen naar “menselijk welzijn en duurzame ontwikkeling”, met massale investeringen in “collectieve infrastructuur (onderwijs, gezondheid, transport, energie, klimaat)”.17

De mythe van de technologische impact

De technologische achterstand van Europa op de Verenigde Staten en China is vandaag de dag een existentiële uitdaging. Mario Draghi, het voormalige hoofd van de Europese Centrale Bank (ECB), waarschuwt in zijn rapport over het Europese concurrentievermogen: “De technologische verandering gaat steeds sneller.[] De EU is zwak in de opkomende technologieën die voor groei zullen zorgen in de toekomst.”18Een duidelijk voorbeeld van deze achterstand zijn batterijen, een essentiële technologie voor de industriële overgang.

Het faillissement van Northvolt is hier een trieste illustratie van. Deze Zweedse start-up werd in 2017 opgericht door een voormalige Tesla-medewerker en moest symbool staan voor de industriële opleving in Europa op het gebied van elektrische batterijen, een strategische sector die grotendeels wordt gedomineerd door Azië. Northvolt kreeg spectaculaire private en publieke financiering (meer dan 15 miljard euro) en heeft een gigantische accufabriek opgestart in Zweden, destijds geprezen als een model van Europese technologische soevereiniteit. Er werkten tot 6.500 arbeiders. Maar in november 2024 vroeg Northvolt het faillissement aan wegens gebrek aan geld, waardoor de ambities van de EU teniet werden gedaan en de Europese belastingbetalers met onbetaalde leningen achterbleven.

Een tank produceert geen energie, noch innovatie, transport of gebouwen. De constructie van een tank mobiliseert middelen, maar heeft geen blijvend effect op de economie.

Dat fiasco benadrukt de structurele tekortkomingen van Europa op het gebied van industriële innovatie. Deze schijnbaar indrukwekkende cijfers krijgen een heel andere dimensie als je ze vergelijkt met een van China’s batterijgiganten, die 25 jaar ervaring heeft op dit gebied en enkel voor onderzoek en ontwikkeling al bijna 21.000 (!) ingenieurs telt.19

De Europese Unie loopt momenteel achter op veel technologiegebieden, zoals geavanceerde digitale technologie, groene technologieën, autonoom rijden, 5G en binnenkort 6G… De uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling liggen ver onder die van de Verenigde Staten en China en de inspanningen zijn versnipperd. De Europese Rekenkamer publiceerde onlangs een rapport waarin ze waarschuwt voor de kritieke achterstand van Europa in de microprocessorsector. Microprocessors, of ‘chips’, vormen het hart van alle elektronische apparatuur, van auto’s tot smartphones, van satellieten tot artificiële intelligentie. De Rekenkamer voegt eraan toe dat de huidige strategie van de Europese Commissie niet genoeg zal zijn om de achterstand in te halen.20 Een paar maanden eerder luidde de Europese Rekenkamer al de noodklok over het gebrek aan investeringen in artificiële intelligentie.21

Nu probeert de Europese Commissie ons gerust te stellen door te beweren dat “een toename in defensie-investeringen positieve overloopeffecten zal hebben in de hele economie, dat het zal bijdragen aan het concurrentievermogen, dat het jobs en innovatie zal creëren in vele sectoren, van luchtvaart tot scheepsbouw, van staal tot ruimtevaart, van transport tot AI”22
. Het voorbeeld dat het vaakst wordt aangehaald om dit idee te stutten is het internet, als het resultaat van Amerikaanse militaire programma’s. Maar die redenering gaat niet op en deze strategie brengt het risico met zich mee dat we technologisch nog verder achterop raken op al deze civiele gebieden.

In haar bestseller The Entrepreneurial State kijkt econome Mariana Mazzucato terug naar het ontstaan van het internet, dat vanaf het begin werd gefinancierd door DARPA, het agentschap van het Amerikaanse Ministerie van Defensie.23Hieruit blijkt dat niet het militaire doel van de investeringen doorslaggevend was, maar de strategische rol die de staat speelde: langetermijnfinanciering van onderzoek, coördinatie tussen universiteiten, bedrijven en laboratoria rond ambitieuze projecten, ongeacht hun onmiddellijke winstgevendheid.

Het is duidelijk dat, hoewel de voorloper van het internet in een militaire context is ontstaan, we dit te danken hebben aan een visionair overheidsbeleid en niet aan de militaire logica zelf. En enkel binnen een civiel kader en door de ambitie van tienduizenden onderzoekers en wetenschappers van het Europees Centrum voor Nucleair Onderzoek (CERN) om hun wetenschappelijke ontdekkingen snel te verspreiden, kon de moderne vorm van het internet zich vanaf het begin van de jaren ’90 ontwikkelen.

Er is dus geen enkele reden om te denken dat we een omweg nodig hebben via investeringen in militair onderzoek. Integendeel, deze omwegen kunnen zelfs contraproductief zijn, omdat het defensiegeheim de verspreiding van innovaties voor burgerlijk gebruik vertraagt. Meer militaire financiering zal vooral ten koste gaan van civiel onderzoek en ontwikkeling, wat mogelijk negatieve effecten heeft op het totale innovatievolume. Wars van de illusies van militaire spin-offs hebben we een echt plan nodig voor massale overheidsinvesteringen in de civiele technologieën van de toekomst, op Europese schaal. Anders zal onze technologische achterstand en de daarmee gepaard gaande de-industrialisatie alleen maar erger worden. We mogen geen geld of brainpower voor essentiële technologische prioriteiten opofferen aan militaire programma’s.

Militaire uitgaven gaan ten koste van energie-, industrie- en klimaattransitie

De militarisering van onze economie is geen oplossing voor de crisis waar de energie-intensieve sectoren, zoals staal en chemie, momenteel mee te maken hebben. De middelen die in de energietransitie zouden moeten worden geïnvesteerd, gaan elders naartoe. Deze sectoren zitten gevangen tussen stijgende energiekosten en om verschillende redenen – weinig industriële vraag.24 Zonder een structurele oplossing voor deze dubbele druk is de hele industriële toekomst van het continent in gevaar.

Energie is de basis van alle economische activiteit. Ze laat treinen rijden, verwarmt huizen en voedt machines die de goederen produceren die we elke dag gebruiken. Zonder veel en betaalbare energie kan er geen industrieel herstel plaatsvinden. Maar vandaag is Europa verstrikt in een problematische afhankelijkheid: gisteren van Russisch gas, vandaag van Amerikaans vloeibaar gas. Deze afhankelijkheid is duur energie kost in Europa twee tot vier keer meer dan in de Verenigde Staten of China25 , instabiel en fundamenteel in strijd met de eisen van de klimaattransitie.

Om onze afhankelijkheid van dure, vervuilende fossiele brandstoffen te doorbreken, is een enorme investering in hernieuwbare energie nodig. Als de Europese Unie haar doelstellingen op het gebied van hernieuwbare energie wil halen, zal ze naar schatting meer dan 570 miljard euro aan investeringen per jaar moeten mobiliseren tegen 2030, en in het decennium erna zelfs 690 miljard euro per jaar. Deze gigantische bedragen moeten de productie van hernieuwbare energie, transport- en opslaginfrastructuren en de transformatie van netwerken financieren.26 Op dit moment wordt er slechts iets meer dan de helft daarvan geïnvesteerd.27

Onderzoek toont aan dat voor hetzelfde uitgavenniveau, civiele sectoren zoals gezondheidszorg, onderwijs en groene energie aanzienlijk meer jobs genereren.

Waarom is er zo’n kloof tussen behoeften en realiteit? Volgens Brett Christophers, econoom en professor aan de Universiteit van Uppsala, is de kapitalistische markt niet in staat om deze uitdaging aan te gaan. In zijn boek The Price is Wrong. Why Capitalism Won’t Save the Planet laat hij zien dat de winstverwachtingen op korte termijn voor hernieuwbare energiebronnen te zwak en onzeker zijn om het benodigde privékapitaal aan te trekken.28 Toch blijft de Europese Commissie in haar plannen vasthouden aan deze koers; de strategie blijft gericht op de markt en de goodwill van de grote energiemultinationals.

Ook de grote energie-intensieve fabrikanten zijn sceptisch over de plannen van de Commissie. Aditya Mittal, CEO van ArcelorMittal, wijst erop dat de energiekosten het moeilijk maken om decarbonisatieprojecten in Europa uit te voeren: “Het blijft van vitaal belang om de hoge energiekosten aan te pakken, want die maken het voor de industrie erg moeilijk om vooruitgang te boeken in belangrijke projecten om de economie koolstofvrij te maken.”29 Wouter Remeysen, CEO van BASF Antwerpen en voorzitter van de chemiefederatie Essenscia, betreurt dat “we op onze honger blijven zitten wat betreft het grootste pijnpunt voor de industrie: de energiekosten. Daar lees ik, behalve groepsaankopen, weinig concreets over.” 30 Het is duidelijk dat die CEO’s vooral de druk willen opvoeren om meer staatssteun en subsidies te krijgen, zodat ze hun winsten kunnen verhogen. Maar het energieprobleem dat ze aan de kaak stellen is wel reëel, en de oplossingen die de Commissie aandraagt zijn grotendeels ontoereikend.

Tussen juni 2022 en juni 2023 werd 63% van de militaire aankoopuitgaven toegekend aan Amerikaanse bedrijven.

Ter vergelijking: China heeft in 2023 meer geïnvesteerd in hernieuwbare energie dan de Verenigde Staten en de Europese Unie samen. En 2023 is geen uitzondering; de afgelopen tien jaar heeft China systematisch meer geïnvesteerd dan de rest.31 “China is, zowel historisch als vandaag [] wereldleider in het stimuleren van investeringen in zonne- en windenergie, zowel in termen van wind- en zonnecentrales die hernieuwbare elektriciteit opwekken, als van de turbine- en celtechnologieën”, legt Brett Christophers uit. Deze resultaten “zijn [] zo ver van marktgestuurde ontwikkelingen als maar denkbaar is. Dit is geen geval van de privésector die investeringskansen ziet, de winstvooruitzichten afweegt en op basis daarvan besluit: gaan we investeren of niet? Het is de staat, [], die alle mogelijke middelen inzet om ervoor te zorgen dat hij levert wat hij heeft gezegd te zullen leveren”, vervolgt de professor van de Universiteit van Uppsala.

Deze energie-uitdaging aangaan is een absolute voorwaarde om onze industrie nieuw leven in te blazen, onze energieafhankelijkheid te verminderen en onze klimaatverplichtingen na te komen. Investeringen in energie-infrastructuur zouden onze industrie ook aanzienlijke kansen bieden. De energietransitie – van de bouw van productiecapaciteit voor hernieuwbare energie tot de opslag ervan, transportinfrastructuur en niet te vergeten alles wat te maken heeft met de isolatie van gebouwen – vereist aanzienlijke hoeveelheden materialen, componenten en technologieën. Dit biedt enorme industriële perspectieven voor de staal- en chemische industrie en het hele industriële weefsel.

Uit een onderzoek van het IMF, dat ook naar Europese landen heeft gekeken, blijkt dat investeringen in hernieuwbare energie een groot multiplicatoreffect hebben: een investering gelijk aan 1% van het bbp leidt tot een toename van het totale bbp met 1,11% tot 1,54% in de jaren daarna, meer dan twee keer zoveel als wanneer hetzelfde bedrag in bewapening wordt gestoken. Deze efficiëntie kan worden verklaard door het feit dat hernieuwbare energie meer lokale werkgelegenheid genereert, de binnenlandse economie meer stimuleert en minder afhankelijk is van import.32 Hiervoor moeten we onszelf bevrijden van het dogma van de markt en de energiesector weer in eigen handen nemen om massaal te investeren. Maar elke euro die aan de defensie-industrie wordt toegewezen, is een euro die we tekortkomen bij deze broodnodige investeringen. Je kunt geen solide industrie opbouwen op militaire uitgaven. Want ons continent zal nooit sterk zijn zonder een solide industriële basis, en voor die sterke industrie hebben we grote hoeveelheden goedkope en groene energie nodig.

Een sociale oorlog tegen de werkende klasse

In heel Europa draaien regeringen de begrotingskranen open voor de strijdkrachten. In België bereikte de ‘Arizona’-coalitie in april een akkoord om de militaire begroting met nog eens 4 miljard euro per jaar te verhogen om te voldoen aan de NAVO-eis van 2% van het bbp. Opvallend is hoe gemakkelijk men deze miljarden plotseling heeft ‘gevonden’, terwijl ons jarenlang is verteld dat “het budget krap is”, dat “er geen geld is” voor pensioenen, gezondheidszorg, onderwijs of huisvesting.

En dit is nog maar het begin. Op de NAVO-top in Den Haag in juni is het doel om de militaire uitgaven verder te verhogen tot ruim boven de 2% van het bbp. De Verenigde Staten stellen 5% voor en willen “snel, meer dan een verdubbeling”. Mark Rutte, secretaris-generaal van de NAVO, legt de lat op “duidelijk meer dan 3 procent, dat is echt de ondergrens”.33 En bij ons is minister van Defensie Theo Francken ook duidelijk: “We hebben binnen de regering afgesproken dat we ook die hogere doelstelling moeten halen.” “De vraag is alleen: moeten we straks van de NAVO naar 3 procent binnen de vijf jaar? Of naar 3,5 procent binnen de tien jaar?”34

De vraag is ‘alleen’ hoe snel die militaire investeringen moeten plaatsvinden. Er is verder geen ruimte voor discussie over deze kolossale bedragen. 3% van het bbp zou voor België neerkomen op bijna 18 miljard euro per jaar. Dat bedrag is vergelijkbaar met de extra jaarlijkse investering die nodig is om de klimaattransitie in België te realiseren.35

Wie betaalt er voor deze exploderende begroting? Voor NAVO secretaris-generaal Mark Rutte lijkt het antwoord voor de hand te liggen: “Gemiddeld geven Europese landen tot wel een kwart van hun nationaal inkomen uit aan pensioenen, gezondheidszorg en sociale zekerheid. We hebben maar een klein deel van dat geld nodig om onze verdediging veel sterker te maken.”36 Volgens econoom Geert Peersman zou het toepassen van de norm van 3,5% van het bbp op militaire uitgaven betekenen dat de pensioenen in België met 20% worden verlaagd.37

Minister van Defensie Theo Francken is duidelijk over zijn visie voor de samenleving: “Wij hebben de Amerikanen jarenlang uitgelachen om hun armoede, hun verslavingen, hun gebrek aan sociaal vangnet of het feit dat je 1.000 dollar moet betalen bij de tandarts. Wij wilden er niet wonen omdat ze al hun geld aan harde veiligheid gaven. Het is natuurlijk veel plezanter om geld uit te geven aan pensioenen, aan werkloosheid, aan een Cubaans gezondheidssysteem waarbij je voor 13 euro met een grote zak medicijnen uit de apotheek kan stappen.

Maar wie heeft nu gelijk?”38 In Duitsland wordt gesproken over het inperken van sociale rechten, het opvorderen van personeel en het verlengen van de werktijden in sectoren die te maken krijgen met de militarisering39. In België publiceerde Vooruit-verkozene Jinnih Beels vlak voor de staking op 31 maart een artikel in het rechts-nationalistische magazine ‘Doorbraak’. Hierin sprak ze zich uit tegen de staking vanwege het oorlogsgevaar en de geopolitieke urgentie.40

Militarisering is kiezen voor een brute samenleving en een sociale oorlog tegen de werkende klasse. Door de angst voor oorlog uit te buiten, legt de regering shocktherapie op om de sociale zekerheid te kunnen afbreken en de werkende klasse te onderwerpen.

Europa her-industrialiseren in plaats van militariseren

De crisis in de Europese industrie kan worden verklaard door te hoge energieprijzen, technologische achterstand, een zwakke vraag en multinationals die weigeren te investeren in de industrie van morgen om het dividend van hun aandeelhouders te beschermen. De de-industrialisatie is al aan de gang. En zoals we hebben gezien, zal de militarisering van de economie dit proces geen halt toeroepen.

Zoals we in een eerder artikel hebben uitgelegd – “De industrie is van ons!”: Negen principes om de Europese industrie te redden41: De Europese Unie heeft al tientallen jaren geen proactief industriebeleid om strategische industriële sectoren te versterken. In plaats daarvan is de industriële ontwikkeling aan de markt overgelaten.In de jaren 2000 richtte de EU zich via de Lissabonstrategie op het versterken van het concurrentievermogen door vrijhandel, deregulering van de arbeidsmarkt en privatisering. Vanaf de jaren 2010 leidde de focus op besparingen tot een decennium van stagnatie en onderinvestering door de overheid. Europa is een tanende wereldmacht geworden, die steeds verder achterop raakt in de race tegen de Verenigde Staten en intussen werd ingehaald door China.”

Vandaag leidt de Europese Commissie ons van de ene doodlopende weg naar de andere: na het mislukken van de ‘de markt lost het op-benadering’, krijgen we nu de oorlogsbenadering. Het afstappen van Russisch gas, dat nu is vervangen door veel duurder Amerikaans schaliegas, heeft de Europese industrie in een crisis gestort. De oorlogszucht en de vlucht naar voren richting militarisering zal deze situatie alleen maar verergeren. Met de militariseringsplannen voor de economie stijgen de aandelenkoersen van defensiebedrijven zoals Rheinmetall, Dassault, BAE Systems, Leonardo, Thales en Saab op de belangrijkste Europese beurzen.42 Maar zoals we hebben gezien, worden de winsten van de wapenhandelaren betaald door de werkende klasse en offeren ze zo de ontwikkeling van onze industrie op.

Militarisering is kiezen voor een brute samenleving en een sociale oorlog tegen de werkende klasse.

De militarisering van onze economie leidt ofwel tot oorlog ofwel tot een crisis en in beide gevallen tot het verval van de industrie. Militarisering leidt tot een crisis, want zonder oorlog is er geen duurzame afzetmarkt. Militarisering leidt tot oorlog, want oorlog is de enige manier om een crisis in de sector te voorkomen. Uiteindelijk leidt dit tot het verval van onze industrie als geheel, omdat militaire uitgaven ten koste gaan van andere strategische investeringen voor onze industrie.

Het is tijd om het roer om te gooien. Europa her-industrialiseren in plaats van militariseren is niet alleen een optie – het is een noodzaak. Deze keuze reikt veel verder dan het industriële vraagstuk. Het is een maatschappelijke keuze. Willen we dat de arbeiders van Europa zonnepanelen, windturbines, milieuvriendelijke huizen en het grootste hogesnelheidsspoornetwerk ter wereld aanleggen? Of zien we liever dat ze wapens produceren die ontworpen zijn om dood en verderf te zaaien? Willen we overheidsgeld investeren in het redden van het klimaat, het creëren van nuttige banen, het garanderen van toegankelijke gezondheidszorg en fatsoenlijke pensioenen? Of willen we het verspillen aan de aanschaf van F-35’s en de uitbreiding van een militair-industrieel complex dat alleen gedijt in tijden van oorlog? Dat is de fundamentele keuze waar we vandaag voor staan – en die keuze staat lijnrecht tegenover de keuze die de Europese Commissie en de Arizona-regering ons willen opleggen. De investeringen van vandaag bepalen de wereld waarin we morgen leven en de wereld die we aan onze kinderen nalaten.

De Europese industrie zullen we niet redden met de logica van een ‘oorlogseconomie’. Deze strategie is een gevaarlijke luchtspiegeling; ze betekent een ramp voor de overheidsfinanciën, prikkelt de vraag niet, compenseert onze technologische achterstand en onze energiehandicap niet en brengt het risico met zich mee dat Europa in een spiraal van conflicten terechtkomt. Omgekeerd kan een industriebeleid voor de lange termijn, dat democratisch is gepland samen met de werknemers, een antwoord bieden op de economische, sociale en klimaatnoodsituatie. Dat is de weg die we moeten bewandelen als we een industrie willen die de mensen dient, in plaats van de winst en oorlogszucht.

De auteurs konden rekenen op de steun van Bram Deraedemaeker , Kirsten Van Gestel en Michele Daniele.

Footnotes

  1. ‘Israel testing new weapons in Gaza for global sales, laying blueprint for ‘automated murder’ with AI: Expert’. z.d. https://www.aa.com.tr/en/middle-east/israel-testing-new-weapons-in-gaza-for-global-sales-laying-blueprint-for-automated-murder-with-ai-expert/3137263#.
  2. https://www.reuters.com/business/aerospace-defense/ukraine-related-demand-sends-us-arms-exports-record-2024-2025-01-24/
  3. Roberts, Michael. 2025. ‘From Welfare To Warfare: Military Keynesianism’. Michael Roberts Blog. 22 maart 2025. https://thenextrecession.wordpress.com/2025/03/22/from-welfare-to-warfare-military-keynesianism/.
  4. ‘Future Of European Defence’. z.d. Europese Commissie. https://commission.europa.eu/topics/defence/future-european-defence_en.
  5. ‘Guns And Growth: The Economic Consequences Of Defense Buildups’. 2025. Kiel Institute. 1 februari 2025. https://www.ifw-kiel.de/publications/guns-and-growth-the-economic-consequences-of-defense-buildups-33747/.
  6. De Standaard. 2025. ‘Meer defensie-uitgaven, goed voor de economische groei? Dat is een fabeltje’, 1 mei 2025. https://www.standaard.be/opinies/meer-defensie-uitgaven-goed-voor-de-economische-groei-dat-is-een-fabeltje/63759251.html.
  7. Kiara Langelage, Marc Ingo Wolter, Steigende Verteidigungsausgaben in Deutschland, Verteidigungsausgaben im ökonomischen Kontext und erste Wirkungsrechnungen auf Branchen, GWS KURZMITTEILUNG 2023 / 3
  8. Van Oost, Marie. 2025. “Geert Van Poelvoorde, topman bij staalreus ArcelorMittal: ‘We hebben nog één jaar om de staalindustrie in Europa te redden'”. De Tijd, 7 maart 2025. https://www.tijd.be/ondernemen/zware-industrie/geert-van-poelvoorde-topman-bij-staalreus-arcelormittal-we-hebben-nog-een-jaar-om-de-staalindustrie-in-europa-te-redden/10596858.html.
  9. ‘The Draghi report on EU competitiveness’. z.d. Europese Commissie. https://commission.europa.eu/topics/eu-competitiveness/draghi-report_en.
  10. Gosset, Olivier. 2025. “L’Europe à marche forcée vers une économie de guerre”. De Echo, 22 februari 2025. https://www.lecho.be/entreprises/defense-aeronautique/l-europe-a-marche-forcee-vers-une-economie-de-guerre/10588845.html.
  11. https://www.reuters.com/world/europe/defence-surge-could-help-jumpstart-europes-flat-economy-2025-03-06/
  12. Giorgio d’Agostino, J. Paul Dunne & Luca Pieroni (2017) Does Military Spending Matter for Long-run Growth?, Defence and Peace Economics, 28:4, 429-436, DOI: 10.1080/10242694.2017.1324723.
  13. In het rapport van de RAND Corporation wordt transportinfrastructuur, zoals het snelwegennet tussen staten, expliciet genoemd als voorbeeld van overheidsinvesteringen met een grote economische impact. Bij uitbreiding kan deze analyse ook worden toegepast op andere productieve infrastructuren, zoals digitale of energienetwerken.
  14. https://www.rand.org/content/dam/rand/pubs/research_reports/RRA700/RRA739-2/RAND_RRA739-2.pdf
  15. https://watson.brown.edu/costsofwar/files/cow/imce/papers/2017/Job%20Opportunity%20Cost%20of%20War%20-%20HGP%20-%20FINAL.pdf & https://watson.brown.edu/costsofwar/files/cow/imce/papers/2019/March%202019%20Job%20Opportunity%20Cost%20of%20War.pdf
  16. Mario Pianta, Chiara Bonaiuti, Paolo Maranzano, Marco Stamegna, Arming Europe. The economic and social consequences of a European arms race, rapport voor Greenpeace, november 2023
  17. Piketty. 2025. ‘Reprendre confiance en l’Europe”. Blog van Thomas Piketty. 18 maart 2025. https://www.lemonde.fr/blog/piketty/2025/03/18/reprendre-confiance-en-leurope/.
  18. “EU competitiveness”. z.d. Europese Commissie. https://commission.europa.eu/topics/eu-competitiveness/draghi-report_en.
  19. Delbeke, Korneel. 2025. 5 minuten laden, 520 km rijden: China’s batterijproducenten geven Europa het nakijken”. De Standaard, 22 april 2025. https://www.standaard.be/economie/5-minuten-laden-520-km-rijden-china-s-batterijproducenten-geven-europa-het-nakijken/60331595.html.
  20. https://www.eca.europa.eu/ECAPublications/SR-2025-12/SR-2025-12_EN.pdf
  21. https://www.eca.europa.eu/ECAPublications/SR-2024-08/SR-2024-08_EN.pdf
  22. ‘Future of European defence’. z.d. Europese Commissie. https://commission.europa.eu/topics/defence/future-european-defence_en.
  23. Mariana Mazzucato, The Entrepreneurial State: Debunking Public vs. Private Sector Myths, Londen, Anthem Press, 2013.
  24. Het zou te lang duren om de redenen voor deze inzinking van de vraag uit te leggen. Een deel van het antwoord is te vinden in het artikel: Negen principes om de Europese industrie te redden. https://lavamedia.be/de-industrie-is-van-ons-negen-principes-om-de-europese-industrie-te-redden/
  25. Ibid.
  26. https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/PDF/?uri=CELEX:52025DC0079
  27. Holman, Rachel. 2024. How The Energy Crisis Sped Up Europe’s Green Transition”. Europese Investeringsbank. 13 december 2024. https://www.eib.org/en/essays/europe-energy-transition-renewable.
  28. Brett Christophers, The Price Is Wrong: Why Capitalism Won’t Save the Planet, Londen, Verso Books, 2024.
  29. ‘ArcelorMittal CEO Comments On The European Commission’s Steels And Metals Action Plan – ArcelorMittal’. z.d. https://corporate.arcelormittal.com/media/news-articles/arcelormittal-ceo-comments-on-the-european-commission-s-steels-and-metals-action-plan.
  30. Van Oost, Marie, en Tom Michielsen. 2025. “BASF zet miljardeninvestering in Antwerpen op de helling”. De Tijd, 29 maart 2025. https://www.tijd.be/ondernemen/chemie/basf-zet-miljardeninvestering-in-antwerpen-op-de-helling/10600270.
  31. 2024b. ‘How The Energy Crisis Sped Up Europe’s Green Transition’. Europese Investeringsbank. 13 december 2024. https://www.eib.org/en/essays/europe-energy-transition-renewable.
  32. Di SerioMatteo FragettaGiovanni MelinaAnthony Waldron, Nicoletta BatiniMario. 2021. ‘Building Back Better: How Big Are Green Spending Multipliers?’ IMF. 19 maart 2021. https://www.imf.org/en/Publications/WP/Issues/2021/03/19/Building-Back-Better-How-Big-Are-Green-Spending-Multipliers-50264.
  33. VRT NWS. 2025. ‘VS wil NAVO-bijdrage verdubbelen naar 5 procent, maar dat zal België niet kunnen betalen | VRT NWS: Nieuws’. VRTNWS, 3 april 2025. https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2025/04/01/navo-top-brussel-belgie-zal-fors-hoger-navo-defensiebudget-niet/.
  34. ‘DPG Media Privacy Gate’. z.d. https://www.hln.be/binnenland/minister-theo-francken-onthult-voor-het-eerst-bij-hln-ik-heb-gevraagd-om-extra-f-35s-in-italie-te-produceren-niet-in-de-vs~ab502713/.
  35. https://climat.be/doc/scpi-report-transition-fr-v20250325-vpublication.pdf
  36. ‘DPG Media Privacy Gate’. z.d. https://www.demorgen.be/nieuws/navo-vraagt-hogere-defensie-uitgaven-moet-belgie-dan-maar-kiezen-tussen-pensioenen-en-straaljagers~b973e5c8/.
  37. ‘VRT MAX’. 15 januari 2025 https://www.vrt.be/vrtmax/a-z/terzake/2025/terzake-d20250115/.
  38. Van de Velden, Wim. 2025. “Minister van Defensie Theo Francken (N-VA): ‘Belgische boots on the ground in Oekraïne? Dat is de logica zelve'”. De Tijd, 15 februari 2025. https://www.tijd.be/politiek-economie/belgie/algemeen/minister-van-defensie-theo-francken-n-va-belgische-boots-on-the-ground-in-oekraine-dat-is-de-logica-zelve/10587667.html.
  39. ‘Organized Labour Against The New Cold War – Rosa-Luxemburg-Stiftung’ 2025. 1 april 2025. https://www.rosalux.de/en/news/id/53248/organized-labour-against-the-new-cold-war.
  40. Ga daarmee naar de oorlog’. z.d. Doorbraak.be. https://doorbraak.be/ga-daarmee-naar-de-oorlog.
  41. Pestieau, Benjamin. Vancauwenberge. Max 2025. “De industrie is van ons!”: Negen principes om de Europese industrie te redden | LAVA”. Lava Media. 2 mei 2025. https://lavamedia.be/de-industrie-is-van-ons-negen-principes-om-de-europese-industrie-te-redden/.
  42. Servoz, Emilie. 2025. ‘Rheinmetall, Thales, BAE, Leonardo… les entreprises de la défense s’envolent en bourse’. Zonebourse, 3 maart 2025. https://www.zonebourse.com/cours/action/THALES-4715/actualite/Rheinmetall-Thales-BAE-Leonardo-les-entreprises-de-la-defense-s-envolent-en-bourse-49214566/.