Artikels

De communistische wortels van Hayao Miyazaki

Owen Hatherley

—16 december 2024

Studio Ghibli staat vooral bekend om het werk van Hayao Miyazaki. Het is niet de Japanse Disney, maar juist de anti-Disney. De films van het bedrijf, dat is opgezet door tekenaars van de Japanse communistische beweging, huldigen creatief werk en menselijke solidariteit, en niet kapitalisme en oorlog.

De wortels van een van de meest suc- cesvolle animatiestudio’s van de afgelo- pen decennia liggen bij Toei Doga, de ani- matieafdeling van een bijzonder grote Japanse filmmaatschappij. In het midden van de jaren zestig waren de werkom- standigheden in de sector verschrikke- lijk. De teams van filmtekenaars produ- ceerden honderden tekeningen per dag voor tv-cartoons zoals Astro Boy.

De productietijden waren krap en kwaliteit was van geen belang. Minstens één tekenaar is op het werk gestorven. De jonge filmtekenaars Hayao Miyazaki ( 1941-) en Isao Takahata ( 1935-2018 ) behoorden tot de bekendste vakbond- safgevaardigden van de Toei-studio.1Op een foto zie je de jonge Miyazaki die met de megafoon in de hand een staking leidt. Twintig jaar later richten Miyazaki en Takahata samen hun eigen studio op, Studio Ghibli.

Owen Hatherley is een Brits auteur en journalist die schrijft over architectuur, politiek en cultuur.

Ghibli moest alles zijn wat bestaande studio’s niet waren, ook al bleef populair entertainment centraal. De rijke, vloei- ende animaties illustreren openlijk de gevaren van milieuvernietiging, oorlog en kapitalisme, maar hun boodschap blijft – zoals hun held, het “ rode varken ” Porco Rosso – onder de politieke radar.

“Ik moet bekennen dat ik Disney-films haat ”, gaf Miyazaki openlijk toe, ook al tekende Ghibli in 1996 een buitenlandse distributieovereenkomst met de multina- tional. De films van Ghibli zijn nooit pro- pagandistisch, maar op hun eigen ont- spannende, nonchalante manier hebben ze bijgedragen aan een bijzondere vorm van ecosocialisme. Miyazaki en Takahata behoren tot de weinige marxistische filmmakers die militant socialist William Morris ( 1834-1896 ) als geestesverwanten zou hebben beschouwd.

De politieke oriëntatie van Studio Ghibli is nooit een geheim geweest. In 1995 beschreef de regisseur van Patlabor en Ghost in the Shell, Mamoru Oshii ( 1951 ), lid van nieuw libertair links, Takahata als een “ stalinist ”, Miyazaki als een “ trotskist” en Studio Ghibli als het “ Kremlin”. De Toei-studio stond, zoals veel studio’s in de jaren zestig, gro- tendeels onder controle van de Japanse Communistische Partij. Hoewel Miyazaki  zegt nooit lidgeld te hebben betaald, bestaat er geen twijfel over dat hij en Takahata ‘fellow travellers’ waren.

De jonge filmtekenaars Hayao Miyazaki en Isao Takahata behoorden tot de bekendste vakbondsafgevaardigden van de Toei-studio.

In hun films vindt men een paar ondeu- gende verwijzingen. De Vliegende Aas in Porco Rosso (1992) weigert bijvoorbeeld dienst te nemen bij de luchtmacht onder Benito Mussolini. “Liever een varken dan een fascist” verklaart hij. In een scène zingt zijn geliefde Gina het volkslied van de Parijse Commune Le Temps des Cerises. Maar Ghibli’s politieke visie komt het dui- delijkst naar voren in de films over het platteland, in Japan en elders, dat zowel een droom als een nachtmerrie lijkt te zijn. Ghibli is gevestigd in Tokio, de groot- ste metropool ter wereld. De afwezigheid van een nabijgelegen platteland maakt wellicht dat de studio er zoveel belang aan hecht. In My Neighbor Totoro ( 1988 ) troosten de wezens van een vervormd fantasiebos twee stadskinderen wier moeder wordt behandeld voor een chronische ziekte.

Sorry, dit artikel is alleen voor leden. Inschrijven of Login als u al een account hebt.