Artikel

Waarom we extreemrechts moeten ‘abnormaliseren’ en zijn voedingsbodem bestrijden

Olivier Goessens

—15 december 2022

De verregaande normalisering van Vlaams Belang komt van bovenaf. Lessen trekkend uit Italië en Frankrijk pleit historicus Olivier Goessens voor het weer ‘abnormaliseren’ van extreemrechts. Maar ook voor een sociaal rechtvaardig beleid dat breekt met de neoliberale status quo en zo de voedingsbodem van extreemrechts bestrijdt.

Het slotevent van de betoging tegen extreemrechts op 1 december vulde de grote zaal van de Viernulvier tot de nok. | Dominique Willaert

Nu Vlaams Belang opnieuw zeer hoog scoort in de peilingen en Filip Dewinter met zijn boek Omvolking door Vlaanderen toert, woedt volop het debat over hoe we met de opmars van extreemrechts moeten omgaan.1 In het geval van Dewinter spitste dat debat zich toe op de vraag of het legitiem is van onze universiteiten om een publiek forum te geven aan een boodschap die haat aanwakkert tegen migranten en moslims. De rectoren van de KUL, UAntwerpen en UGent vonden van wel. Honderden lesgevers, onderzoekers en studenten vonden van niet en lieten dat onder andere weten in een reeks open brieven.

In Gent, waar Dewinter kwam spreken op uitnodiging van de rechtse studentenvereniging KVHV, vond op 1 december 2022 een protestmars plaats met zo’n achthonderd mensen die eindigde in een groot slotevent tegen extreemrechts. Initiatiefnemer Igor Willems nam daar een duidelijk standpunt in: “KVHV heeft zich vanavond beroepen op het recht van vrije meningsuiting. En sommigen, waaronder onze rector, gaan daar in mee. Dat recht op vrije meningsuiting is er om mensen te beschermen die kritiek hebben op machthebbers. Niet om haat tegen andere mensen aan te wakkeren, ze tegen elkaar op te zetten en verdeeldheid te zaaien. Het recht, beste rector, dat jij vandaag in hun naam verdedigt, zal extreemrechts morgen afbreken.”

Olivier Goessens is medewerker van de studiedienst van de PVDA. Hij studeerde geschiedenis en was jarenlang actief bij Comac, de studentenbeweging van PVDA. Daarna werkte hij nog enkele jaren in een supermarkt.

Dat er ongeveer tien keer meer mensen luisterden naar de toespraak van Willems dan er aanwezigen waren op de lezing van Dewinter stemt tot hoop. De bonte coalitie die deelnam aan het slotevent – jongeren, muzikanten, theatermakers, activisten, journalisten, historici, syndicalisten en nog veel meer – vertegenwoordigt samen een breed en divers democratisch front tegen extreemrechtse haat.

Maar niet iedereen verdedigt nog het elementaire principe dat er voor extreemrechts geen plaats is in een democratie. Voor onze ogen speelt zich een normalisering van extreemrechts af, aangestuurd van bovenaf. Terwijl het pakweg tien jaar geleden nog ondenkbaar was om te besturen met extreemrechts, bestaat er vandaag duidelijk een opening bij het establishment om samen te werken met Vlaams Belang.

Opkuisen

Die normalisering houdt in dat niet alleen de partij Vlaams Belang maar ook haar ideeën steeds meer als normaal worden voorgesteld. Dat uit zich onder meer in het overnemen van extreemrechts taalgebruik en standpunten door gevestigde politici en opiniemakers. Een voorbeeld daarvan zagen we na de rellen na de voetbalmatch België-Marokko op 27 november 2022. Zinloos geweld en vandalisme zijn natuurlijk niet goed te praten. Maar sommige politieke reacties waren minstens even problematisch als de feiten zelf.

Traditionele politici die de rellen veroordeelden, deden dat in een stijl die niet anders kan omschreven worden dan het achterna hollen van extreemrechts. De reactie die het meest over de tongen ging, was die van de voorzitter van Vooruit Conner Rousseau: “Mijn bloed kookt bij de beelden van de rellen. Dat crapuul uit achtergestelde wijken moeten we streng straffen. Die wijken moeten we opkuisen.”

Dat laatste woord is een bewuste knipoog naar de beruchte slogan “grote kuis” van Vlaams Blok uit de jaren negentig. In 2016 raakte Jan Jambon (N-VA) nog in de problemen toen hij zei “ik ga Molenbeek opkuisen”, wat gezien werd als een stigmatiserende uitspraak die opzettelijk flirtte met extreemrechts. Toen zijn partijgenoot Theo Francken een jaar later dezelfde term gebruikte over het Maximiliaanpark in Brussel waar zich vluchtelingen hadden verschanst, ontstond opnieuw grote consternatie en moest Francken zich publiekelijk excuseren. In vergelijking daarmee viel de controverse deze keer mee. In eigen rangen kreeg hij wel kritiek van de jongerenbeweging van Vooruit Jongsocialisten, maar Rousseau bleef achter zijn uitspraak staan.2

Ook Vincent Van Quickenborne (Open VLD) kwam niet in de problemen toen hij als ‘oplossing’ voor de rellen onder meer een oud extreemrechts voorstel naar voren schoof om kindergeld af te pakken van de ouders van jongeren die hij omschreef als “tuig”. Een pleidooi voor buitenproportionele repressie met opnieuw een stigmatiserende bijklank, al zei hij er nog bij dat hij geen specifieke gemeenschap viseert.

Annelies Verlinden (cd&v) daarentegen sprak over “jongeren die niet veel ophebben met onze cultuur, normen en waarden” en “mensen die zich niet willen inschrijven in onze samenleving”. Relschoppen zou volgens haar dus geen deel uitmaken van de Belgische cultuur (wel van de Marokkaanse?). Impliciet herkauwt ze het extreemrechtse cliché dat zulke feiten niet zouden voorkomen indien migranten zich beter zouden ‘integreren’. De uitspraak van Verlinden verschilt inhoudelijk weinig van de reactie van Vlaams Belang voorzitter Tom Van Grieken op de rellen: “We zitten met een Marokkanenprobleem”.

Debat over normalisering in de media

Het is een voorbeeld van de gespleten tong van Van Grieken, die enerzijds beweert dat hij zijn partij wegstuurt van de racistische koers van het verleden en anderzijds af en toe zelf zulke openlijk racistische uitspraken doet. Onder journalisten, redacteurs en bestuurders is een debat gaande over hoe de media hiermee moeten omgaan. Meer en meer zien we dat de balans overhelt naar het behandelen van Vlaams Belangers als normale politici. Historicus Vincent Scheltiens gaf op de meeting in Gent het voorbeeld van de racistische reactie van Vlaams Belang op de voetbalrellen: “Wat doet de openbare omroep de dag erop? In haar twee duidingsprogramma’s nodigt ze telkens een extreemrechts woordvoerder uit. Wat een gigantische versnelling van de normalisering van extreemrechts.”

Anderzijds was het ook wel de VRT die met de Pano-reportage over Schild & Vrienden aan het licht bracht hoe gortig het er achter de schermen nog steeds aan toegaat bij extreemrechts. Bepaalde journalisten durfden ook scherp te reageren op de manier waarop traditionele politici Vlaams Belang naar de mond praatten naar aanleiding van de rellen. Zo schreef Jan-Frederik Abbeloos in De Standaard:

“Het Vlaams Belang is niet bepaald zenuwachtig over het feit dat andere partijen hun terrein proberen te veroveren. Het maakte vooral dankbaar gebruik van de gespierde pensée unique om het discours verder naar rechts te duwen. De partij sprak een hele week consequent en onbeschroomd over een Marokkanenprobleem. (…) Alleen parlementslid Jos D’Haese van de PVDA beschuldigde het Vlaams Belang openlijk van racisme in het Vlaams Parlement. Maar veel partijen hebben een poging tot veroordelen of doodzwijgen ingeruild voor een poging tot overstemmen. Dat gaat het Vlaams Belang niet zomaar laten gebeuren, zo toonde deze week aan.”

Rousseau, Elchardus en het Deense model

Dat uitgerekend de voorzitter van Vooruit het voortouw nam in het overnemen van Vlaams Belang retoriek na de rellen, heeft te maken met de strategie van voorzitter Conner Rousseau. Het weekend na de rellen kwam Rousseau opnieuw met die strategie naar buiten. Op een partijcongres over verkiezingsjaar 2024 beloofde hij dat de topprioriteit voor zijn partij is om te verhinderen dat N-VA en Vlaams Belang een meerderheid halen in het Vlaams parlement. Daarvoor wil de jonge voorzitter Vooruit herpositioneren als centrumpartij en stemmen afpakken van Vlaams Belang. En dat hoopt hij dan weer te doen door de ideeën van Vlaams Belang over te nemen in thema’s als veiligheid en migratie. Vandaar dat hij weigerde terug te komen op zijn uitspraak over ‘opkuisen’.

In plaats van stil te staan bij de sociale verzuchtingen van de mensen, zet Elchardus’ ‘flinkse aanpak’ de extreemrechtse mythes kracht bij dat migratie de oorzaak is van zowat alle maatschappelijke kwalen en dat moslims een bedreiging vormen voor ‘onze’ cultuur.

Voormalig ‘huisideoloog’ van de Vlaamse socialisten Mark Elchardus kreeg in Vlaanderen veel aandacht voor zijn boek Reset, dat deze strategie theoretisch probeert te onderbouwen. In een eerdere bijdrage in Lava stelde ik Elchardus’ “flinkse” pleidooi al eens aan de kaak.3 Samengevat luidt zijn advies voor Vooruit: neem een nationalistisch en ‘migratiekritisch’ wereldbeeld aan, sluit een politiek huwelijk met N-VA én behandel Vlaams Belang als een normale partij. Dat laatste bracht hij zelf in de praktijk door een hartelijk gesprek aan te gaan met Tom Van Grieken in diens podcast, waarbij hij tips gaf om het cordon sanitaire te doorbreken.

Elchardus pleit onomwonden voor de totale normalisering van extreemrechts, zogenaamd om te tonen dat men bereid is om naar de misnoegde kiezers te luisteren. Maar in plaats van stil te staan bij de sociale verzuchtingen van die mensen, zet Elchardus de extreemrechtse mythes kracht bij dat migratie de oorzaak is van zowat alle maatschappelijke kwalen en dat moslims een bedreiging vormen voor ‘onze’ cultuur. Hij luistert in feite beter naar de politici van Vlaams Belang dan naar hun kiezers. Daar kom ik nog op terug.

Of Conner Rousseau het helemaal eens is met de visie van Elchardus valt nog af te wachten. Maar ook hij verdedigde zijn ‘opkuisen’-uitspraak door te stellen dat hij daarmee toont dat hij ‘luistert naar de mensen’. Bovendien was hij daarmee niet aan zijn proefstuk toe. Denk maar aan zijn uitspraak in april ‘22 dat hij ‘zich niet meer in België voelt’ wanneer hij door Molenbeek rijdt. Ook toen probeerde Rousseau in te spelen op negatieve vooroordelen over moslims, op een gelijkaardige manier als Vlaams Belang dat doet.

Rousseau sprak ook al zijn bewondering uit voor het ‘Deense model’ en vloog in 2022 naar Kopenhagen voor een ontmoeting met de Deense sociaaldemocraten. Die proberen zich onder leiding van premier Mette Frederiksen populair te maken door het migratieprogramma van extreemrechts uit te voeren. Om een voorbeeld te noemen: het ballonnetje dat Van Quickenborne opliet over kindergeld, is in Denemarken al een feit. Ouders waarvan de kinderen te vaak spijbelen, kunnen gestraft worden door een deel van hun kindergeld te verliezen. Tenminste: de regel geldt enkel voor migranten, niet voor “echte” Denen. Als dat is waar Rousseau de mosterd haalt, dan valt te vrezen dat het niet enkel bij straffe uitspraken blijft.

Extreemrechts normaliseren maakt hen alleen maar groter

De vraag is natuurlijk of de aanpak van Rousseau werkt. Apache analyseerde de ‘Grote Peiling’ van december 2022 – nota bene afgenomen tijdens en na de veelbesproken voetbalrellen. Terwijl Vooruit (toen nog sp.a) bij de verkiezingen van 2019 nog stemmen terugwon van Vlaams Belang, is dat bij deze peiling niet meer het geval: “Vooruit behoudt wel ongeveer de helft van zijn oude kiezers maar wint (statistisch significant) geen kiezers meer terug van Vlaams Belang. Veel twijfelaars bij Vlaams Belang zijn dus… van idee veranderd en keerden terug naar de stal van Van Grieken. De grote wingewesten van Vooruit zijn CD&V (13%), Open Vld (10%) en Groen. (…) Maar de droom dat de socialistische partij de aan extreemrechts verloren schapen zou kunnen terugwinnen, is dus nog lang geen realiteit.”4

Demonstrant op die Nie pleuje voor haat en racisme-betoging.

Dat niet de kopieën, maar wel het origineel profiteert van het overnemen van extreemrechtse standpunten zou niet meer mogen verbazen. In Vlaanderen hebben we dit allemaal nog maar pas meegemaakt met de N-VA. Ooit triomfeerde Bart De Wever dat hij ‘het monster de keel overgesneden’ had. Maar niet alleen zoog zijn partij het Vlaams Belang electoraal leeg, N-VA laafde zich ook ideologisch aan de beeldspraak en het programma van extreemrechts.

Concurreren met extreemrechts op haar eigen terrein is echter, om een metafoor van De Wever te gebruiken, als dansen met de duivel: het is niet de duivel die verandert, maar jijzelf. Omdat de N-VA aan populariteit verloor door haar sociaal afbraakbeleid in de federale regering, ging de partij zich steeds harder profileren op extreemrechtse thema’s om toch maar het imago van anti-establishmentpartij te behouden waarmee ze tien jaar lang de verkiezingen hadden gewonnen.

Concurreren met extreemrechts op haar eigen terrein is echter, om een metafoor van De Wever te gebruiken, als dansen met de duivel: het is niet de duivel die verandert, maar jijzelf.

Uiteindelijk liet De Wever zelfs zijn eigen regering vallen over een thema dat Vlaams Belang op de agenda had gezet. Daarna onderhandelde hij twee maanden lang met Vlaams Belang over de vorming van een Vlaamse regering, wat neerkomt op het doorbreken van het cordon sanitaire. Vandaag zien we de gevolgen van die strategie. Enerzijds is de normalisering van het extreemrechtse ideeëngoed sterk toegenomen, anderzijds gaan kiezers die hierdoor beïnvloed raken na enige tijd het origineel terug verkiezen boven de kopie.

In de peilingen is Vlaams Belang al enige tijd opnieuw groter dan N-VA. Volgens de recente ‘Grote Peiling’ zou Vlaams Belang haar beste resultaat ooit neerzetten. Precies zoals Tom Van Grieken het had voorspeld in een tweet met screenshots van reacties van traditionele politici op de rellen na België-Marokko: “Eerst win je de strijd om de ideeën, dan de strijd om de stemmen”.

Extreemrechts terug ‘abnormaliseren’

“We moeten ons verzetten tegen die normalisering van extreemrechts” zei auteur en politiek filosoof Dirk Verhofstadt op het slotevent na de betoging in Gent. “Tegen media die hen een forum geven, tegen uitspraken als ‘Vol-is-vol’ [een verwijzing naar Open VLD voorzitter Egbert Lachaert die deze oude Vlaams Blok slogan in de mond nam], tegen een beleid dat asielzoekers ‘s nachts op straat doet slapen, tegen Bart De Wever die twee maanden lang onderhandelingen voerde met Vlaams Belang voor de vorming van een Vlaamse regering. Extreemrechts is een gevaar voor de democratie. Denk aan de bestorming van het Capitool in de Verenigde Staten. De complottheorieën van Thierry Baudet. De dehumanisering van vreemdelingen door Alternative Für Deutschland. De manier hoe Fratelli D’Italia vluchtelingen terugdrijft in zee. De deportatieplannen van de conservatieven in de UK. De uitschakeling van critici door Poetin. De moorden door extreemrechtse daders als Breivik en Tarrant. En neen, de fascisten van de toekomst zullen er niet uitzien als Hitler en andere nazi’s. Het zullen afgeborstelde mannen en vrouwen zijn in nette maatpakken. Ze proberen zich niet langer te laten betrappen op foute uitspraken. Maar nu en dan zien we een glimp van hun toekomstbeeld. Zo zei Tom Van Grieken op 1 september 2021, ik citeer: ‘… in 2024 gaan we de rekening presenteren aan al die linkse leerkrachten’ Geloof me, beste vrienden, het zullen niet alleen de leerkrachten zijn en het zullen niet enkel de linksen zijn die hij zal viseren.”5

We moeten extreemrechts terug ‘abnormaliseren’. Waar extreemrechts aan de macht komt, leidt dat altijd tot de grootste misdaden tegen de menselijkheid. Tot vervolging van politieke tegenstanders, vakbonden, kritische kunstenaars en sociale zondebokken zoals joden, moslims of migranten.

We moeten extreemrechts terug ‘abnormaliseren’. Waar extreemrechts aan de macht komt, leidt dat altijd tot de grootste misdaden tegen de menselijkheid. Tot vervolging van politieke tegenstanders, vakbonden, kritische kunstenaars en sociale zondebokken zoals joden, moslims of migranten. Tot de inperking van vrouwenrechten en de verheerlijking van een traditioneel gezinsbeeld waarin geen plaats is voor LGBT+ mensen. Tot opgeklopt nationalisme en militarisme. Tot geweld, moord en uiteindelijk zelfs genocide. Door Vlaams Belang en hun ideeën te normaliseren, maken we dezelfde duistere krachten weer wakker waartegen de Verzetshelden van de vorige eeuw hun leven hebben geriskeerd, opdat hun kinderen en kleinkinderen – wij dus – in vrijheid zouden kunnen leven.

Lessen uit Italië

Dat de normalisering echt kan leiden tot een extreemrechtse machtsovername, zien we onder meer in Italië. Daar sneuvelde het taboe om met extreemrechts te regeren al in de jaren 1990 door toedoen van de rechtse populist Silvio Berlusconi. Deze bouwpromotor en clubeigenaar van AC Milan was ook zowat de grootste eigenaar van commerciële media in Italië. Hij gebruikte zijn media-imperium niet alleen om zichzelf in de politiek te lanceren, maar ook om extreemrechts te helpen om hun imago op te poetsen. In het land waar het fascisme is ontstaan nam Berlusconi er genoegen mee dat de partij van oude Mussolini-aanhangers zich witwaste met een nieuwe naam en nieuwe look, zonder dat de ideeën of het programma echt veranderden. Eerst nam hij ze op in zijn regering, samen met nog een andere extreemrechtse partij, het separatistische Lega Nord. Daarna nam hij ze zelfs op in zijn eigen partij.

Onder leiding van Giorgia Meloni scheurden de neo-fascisten zich daarvan in 2012 opnieuw af onder alweer een nieuwe naam: Fratelli D’Italia. Stapsgewijs slaagde extreemrechts erin om het publieke debat in Italië te domineren en hun standpunten op te dringen aan andere partijen. Het Italiaanse migratiebeleid bijvoorbeeld werd de afgelopen jaren steeds hardvochtiger. Dat hielp echter niet om de onvrede bij de bevolking te doen afnemen. Blijkbaar zat de onvrede over het sociaal beleid veel dieper, en precies daar weigerde het Italiaanse politieke establishment iets aan te veranderen.

De uiterst rechtse Matteo Salvini werd minister bevoegd voor onder meer migratie. Hij trachtte zich populair te maken door vluchtelingen geen opvang te bieden, maar hield zijn handjes netjes af van het neoliberale sociaaleconomisch beleid.

In Italië passeerden maar liefst drie redders van de democratie de revue alvorens Giorgia Meloni triomfantelijk het premierschap overnam. Telkens waren ‘vernieuwing’, ‘verandering’ en ‘vooruitgang’ de buzzwoorden. Telkens was meer-van-hetzelfde de realiteit. Na een carrière als bankier bij Goldman Sachs en als voorzitter van de Europese Commissie stichtte Romano Prodi een nieuwe sociaaldemocratische partij die Italië moest verlossen van Berlusconi en zijn extreemrechtse coalitiepartners. Hij schopte het twee keer tot premier, maar als door de wol geverfde establishmentpoliticus hield hij religieus vast aan de Europese besparingsdoctrine.

Prodi legde de voedingsbodem voor de populistische Vijfsterrenbeweging. Die werd in de regering gehesen door de volgende redder, de jonge technocraat Matteo Renzi, in alweer een coalitie van ‘het minste kwaad’: de sociaaldemocraten voerden een neoliberale arbeidsmarkthervorming door, maar beweerden dat het met rechts aan de macht nóg zou erger zijn. Deze regering spreidde het bedje voor de opmars van het uiterst rechtse Lega van Matteo Salvini. Die werd minister bevoegd voor onder meer migratie. Hij trachtte zich populair te maken door vluchtelingen geen opvang te bieden, maar hield zijn handjes netjes af van het neoliberale sociaaleconomisch beleid.

De druppel was de regering van nationale eenheid onder leiding van de voormalige voorzitter van de Europese Centrale Bank Mario Draghi, de laatste profeet van de verlichte technocratie. Deze regering, die uit alle partijen behalve Fratelli D’Italia bestond, verhoogde enerzijds de pensioenleeftijd en verlaagde anderzijds de belastingen voor grote bedrijven. Uiteraard spuwde het volk de traditionele politiek massaal uit. Nu de weg van het minste kwaad helemaal was uitgewandeld, schoot enkel nog het ergste kwaad over. In september 2022 won Meloni de verkiezingen en werd ze premier van de derde grootste economie van Europa.

Voedingsbodem

Dat zoveel Italianen in 2022 voor extreemrechts hebben gestemd – en nog een groter aantal niet is gaan stemmen – heeft het establishment enkel aan zichzelf te danken. Niet alleen omwille van de normalisering, maar ook omdat al die verschillende regeringspartijen telkens opnieuw hebben vastgehouden aan een neoliberaal beleid van loonmatiging en besparingen op sociale uitgaven. Dat doet de sociale onvrede toenemen en het vertrouwen in de politiek afnemen. En bovenal is dát de voedingsbodem van extreemrechts, niet het ‘lakse’ migratiebeleid zoals Elchardus en co beweren. Dat is ook in België zo. Onderzoek naar de verkiezingsresultaten van 2019, 2014 en 2009 toont aan dat het vertrouwen in de politiek in die tien jaar gekelderd is.6 De mensen zijn kwaad op de politiek en zoeken een alternatief. In Franstalig België vinden ze dat alternatief niet bij extreemrechts maar net bij een anti-racistische partij, de PVDA.

Wat extreemrechts zo gevaarlijk maakt, is dat het de woede van de mensen naar beneden richt, naar zondebokken onderaan de sociale ladder. Het houdt niet het beleid of het systeem, maar kwetsbare groepen zoals migranten verantwoordelijk voor de problemen in de samenleving. Net daarom is het essentieel dat er een cordon sanitaire bestaat tegen zulke partijen die haat en racisme spuien voor eigen gewin. Voor extreemrechtse politici moeten we geen enkel begrip tonen, maar om hen het gras voor de voeten weg te maaien moeten we net wél luisteren naar de woede van de mensen die zich door extreemrechts laten misleiden.

Wat extreemrechts zo gevaarlijk maakt, is dat het de woede van de mensen naar beneden richt. Net daarom is het essentieel dat er een cordon sanitaire bestaat tegen zulke partijen die haat en racisme spuien voor eigen gewin

Dat is wat theatermaker Dominique Willaert afgelopen zomer in de Denderstreek deed. Zijn conclusie: “het gros van de kiezers kun je aan democratische zijde terugwinnen met een doortastend sociaal beleid.”7 Als we ons enkel blindstaren op het racisme, dan lijkt alles hopeloos. Wanneer we echter de bredere sociale voedingsbodem voor extremisme beschouwen, dan zien we ook beweegredenen die gegrond zijn in de realiteit.

Is het niet terecht dat mensen kwaad zijn wanneer traditionele politici nog maar eens plannen opmaken om te besparen op onze pensioenen, terwijl die reeds de laagste zijn van al onze buurlanden? Is het niet terecht dat mensen hun geduld verliezen als ze al jaren op de wachtlijst voor een sociale woning staan en de rij enkel langer zien worden? Is het niet terecht dat mensen gefrustreerd zijn dat ze steeds harder en flexibeler moeten werken, maar wel hun koopkracht zien dalen? Vlaams Belang is een valse profeet die geen enkele van deze problemen zal oplossen, en dat moeten we duidelijk maken aan de mensen. Maar dat kan enkel als we naar hen luisteren en hardop durven zeggen dat de traditionele politiek de brede werkende klasse in de steek heeft gelaten.

Geen minste kwaad, maar sociale rechtvaardigheid

Dat is een diagnose die de traditionele partijen weigeren te maken. Toen Conner Rousseau afgelopen weekend zijn plan om Vlaams Belang te verslaan wereldkundig maakte, benadrukte hij nog eens dat hij voor ‘realistisch socialisme’ staat. Daarmee bedoelt hij dat hij niet zal ingaan op de eisen van het gemeenschappelijk vakbondsfront of de voorstellen van de linkse oppositie om doortastend op te treden tegen de hoge energieprijzen en koopkrachtcrisis. Dat Vooruit gemakkelijker programmapunten van extreemrechts overneemt dan van het syndicaal middenveld is een teken des tijds, symbolisch bekrachtigd door de beslissing van het partijcongres om het vaste zitje van de voorzitters van ABVV en de socialistische mutualiteit in het partijbureau te schrappen.

“Het ‘realistisch socialisme’ van Conner Rousseau is er een van sussende cheques en blussende premies. Voor vrije loononderhandelingen geen plaats. Wegens onrealistisch. Ook in die sectoren waar het grootbedrijf dubbel zoveel winst boekt als vorig jaar. (…) Een ding is zeker: met zo’n ‘realisme’ krijg je de koopkrachtcrisis niet klein”, reageerde Peter Mertens van PVDA op het loonakkoord van Vivaldi, dat vasthoudt aan de blokkering van de lonen en slechts een kleine eenmalige premie toelaat, enkel voor de meest winstgevende bedrijven. Het akkoord komt tot op de letter overeen met wat de Vlaamse werkgeversfederatie Voka reeds in het voorjaar van 2022 vroeg, bij monde van de toenmalige voorzitter Wouter De Geest. Inmiddels liet Voka weten dat 80% van de Vlaamse bedrijven niet van plan is om die premie toe te kennen.

Rousseau beweert dat een stem voor zijn partij niettemin nuttig is, omdat Vooruit tenminste niet aan de automatische loonindexering raakt. Het is het gekende riedeltje van het minste kwaad: ‘wij aanvaarden de neoliberale consensus, maar schaven de scherpste randjes ervan af of vertragen het tempo van de sociale afbraak een beetje’. In tijden van hoge inflatie en astronomische overwinsten van bepaalde multinationals, kan een partij die vasthoudt aan de loonblokkering echter nooit antwoorden bieden aan de sociale woede. Integendeel, het beleid van Vivaldi voedt de voedingsbodem waarop extreemrechts floreert.

Paringsdans tussen extreemrechts en establishment

Dat de strategie van het minste kwaad geen dam kan opwerpen tegen extreemrechts, is veelvuldig bewezen in Italië. Toch is dat de enige tactiek die het Europese establishment tot nu toe naar voren heeft geschoven. In Frankrijk bijvoorbeeld presenteerde de ex-bankier en partijloze technocraat Emmanuel Macron zich als de redder van de democratie, die zou verhinderen dat de extreemrechtse Marine Le Pen ooit aan de macht zou komen. Hij kreeg daarvoor in 2017 zowat de hele economische elite en quasi alle grote media achter zich. Als president schoof Macron echter net als zijn voorgangers de facturen voor het redden van de banken, de steun aan de bedrijven of het (bescheiden) klimaatbeleid telkens door naar de werkende klasse.

Wanneer de getroffen werkers op het platteland een geel hesje aantrokken om te protesteren, reageerde de ‘verlichte’ Macron met ongeziene repressie en politiegeweld. Het resultaat is dat Marine Le Pen populairder is dan ooit en Macron zijn meerderheid in het parlement verloren heeft. Volgens peilingen maakt Le Pen de grootste kans om de volgende president te worden. Het Franse establishment zou een nieuwe Macron uit de hoed kunnen toveren, maar dat zal niet blijven werken (kijk maar naar de drie ‘Macrons’ in Italië). Een deel van de Franse elite begrijpt dat en wendt zich daarom zélf naar extreemrechts. Miljardair en media-magnaat Vincent Bolloré financierde bijvoorbeeld al de kiescampagne van de extreemrechtse en elitaire Eric Zémmour.

Wanneer de getroffen werkers op het platteland een geel hesje aantrokken om te protesteren, reageerde de ‘verlichte’ Macron met ongeziene repressie en politiegeweld. Het resultaat is dat Marine Le Pen populairder is dan ooit.

Het is belangrijk om te onderstrepen dat van zodra alle andere pistes zijn uitgeput, het establishment zonder blikken of blozen samenwerkt met extreemrechts om haar agenda uit te voeren. De financiële markten, die in 2015 nog moordend waren voor de linkse regering van Syriza in Griekenland, reageerden positief op de overwinning van Meloni. Ook de Italiaanse werkgeversorganisatie Confindustria sloot Meloni meteen in de armen. Op een congres van Confindustria beloofde de nieuwe extreemrechtse premier dat ze getrouw de aldaar besproken hervormingen zou uitvoeren: “Ik zal doen wat nodig is voor Italië”.

De toenadering tussen de elite en extreemrechts is dus een paringsdans die van twee kanten komt. Meloni verklaarde in de aanloop naar de stembusgang van 2022 haar trouw aan de Europese Unie en de NAVO, twee instellingen die haar partij eerder had bekritiseerd. Ook Marine Le Pen slikte de bezwaren die ze in 2017 nog tegen de EU had in voor de verkiezingen van 2022. Sinds de oorlog in Oekraïne heeft Vlaams Belang dan weer korte metten gemaakt met haar kritische houding tegenover de NAVO. Dat zijn duidelijke signalen vanuit extreemrechts aan het establishment dat ze klaar zijn om de politieke macht uit te oefenen.

En die signalen vallen niet in dovemansoren. De economische elite geeft de richting aan voor het brede establishment in de koerswijziging dat extreemrechtse regeringsleiders vanaf nu geen probleem meer vormen. Kopstukken van de Europese Unie pikten dat meteen op: zowel Ursula Von Der Leyen als Charles Michel feliciteerden Meloni met haar overwinning en maakten duidelijk dat zij vanaf nu bij de club hoort. Ook onze premier Alexander De Croo (Open VLD) tweette zijn felicitaties en voegde eraan toe: “Ik kijk ernaar uit om samen te werken in de EU en de NAVO”.

Extreemrechts verslaan én breken met het status quo

Dat laatste punt indachtig is het des te meer alarmerend dat de economische elite in Vlaanderen al enkele jaren geen graten meer ziet in samenwerking met Vlaams Belang. Tijdens de onderhandelingen tussen N-VA en Vlaams Belang voor het vormen van een Vlaamse regering in 2019, maakte Voka duidelijk dat het cordon sanitaire voor hun part mag sneuvelen: “Het programma is belangrijker dan wie erin zit. […] Wij gaan vanuit Voka en vanuit de werkgevers kijken wat er precies in het regeerakkoord staat. En wat er goed is voor onze bedrijven, de mensen en Vlaanderen.” Dat toont aan dat we in ver stadium van de normalisering van extreemrechts zitten en dat een regering met Vlaams Belang inderdaad geen science fiction meer is, zoals Conner Rousseau terecht zei.

Enkel een strijdbare beweging voor een rechtvaardig toekomstbeeld kan mensen terugwinnen die hun woede en verlangen naar verandering vandaag alleen bij de rattenvangers van Vlaams Belang weerspiegeld zien.

De retoriek tegen migranten overnemen en tegelijk vasthouden aan een sociaaleconomisch beleid van het minste kwaad gaat het tij echter niet keren. Deze strategie gaat extreemrechts net groter en sterker maken. De sociale en democratische uitdagingen zijn met elkaar verbonden. Als we de democratie willen redden moeten we niet vasthouden aan het status quo, maar net vechten voor verandering. Voor eerlijke fiscaliteit, die eindelijk de grote vermogens en multinationals doet betalen in plaats van de werkende klasse. Voor vrije loononderhandelingen, zodat waar de winsten omhoog gaan ook de lonen kunnen stijgen. Voor de bevriezing van de prijzen van energie en andere levensnoodzakelijke goederen en diensten, zodat de koopkracht van de bevolking beschermd blijft.

Enkel een sociaal rechtvaardig beleid dat breekt met de agenda van de economische elite kan de voedingsbodem van extreemrechts bestrijden. Enkel een strijdbare beweging voor een rechtvaardig toekomstbeeld kan mensen terugwinnen die hun woede en verlangen naar verandering vandaag alleen bij de rattenvangers van Vlaams Belang weerspiegeld zien.

Editor’s note: Campagne ‘Extreem rechts, nee bedankt!‘ heeft als missie in Brussel en Vlaanderen organisaties aan te sporen om in de aanloop van de verkiezingen in 2024 mensen aan te spreken. Mensen die twijfelen of die denken dat extreemrechts oplossingen kan aanbieden voor de grote problemen die we kennen: de toename van de sociale ongelijkheid, de wooncrisis, de stijgende prijzen… Ze willen mensen bewapenen om in gesprek te gaan met diegenen die mogelijkerwijze voor extreemrechts zouden stemmen. Meer informatie op hun website.

Footnotes

  1. Waarom ‘omvolking’ een racistische complottheorie is, lees je in Basile Peeters’ opiniestuk “Lezersbrief: Beste rector, waarom geeft u een vrij podium aan een racistische complottheorie?”, Schamper, 1 december 2022.
  2. “Jongsocialisten Brussel hekelt verrechtsing van het discours”, Jongsocialisten, 2022.
  3. Olivier Goessens, “Er is geen rechtse maar een linkse reset nodig”, Lava, 31 maart 2022.
  4. Karl van den Broeck, “Vooruit lijkt dan toch geen Vlaams Belang-kiezers terug te winnen”, apache, 7 december 2022.
  5. Joël De Ceulaer, “Dirk Verhofstadt: ‘De Wever is het typevoorbeeld van de politicus die altijd de schuld op iemand anders steekt’”, De Morgen, 12 november 2022.
  6. Goovaerts et al, “Proteststem of ideologische stem? De determinanten van het stemgedrag op 26 mei 2019. Nota op basis van de data van het EoS Represent project”, KULeuven.
  7. Frederik Polfliet, “Dominique Willaert luistert naar woekerend onbehagen in de Denderstreek”, apache, 27 oktober 2022.