Volgens de Senegalese minister van Buitenlandse Zaken Aïssata Tall Sall was de militaire interventie in Niamey op 26 juli “de staatsgreep te veel” die een ongewone opschudding veroorzaakte in Afrika en de rest van de wereld. Niger is een belangrijk land in de strijd tegen het jihadisme in de Sahel. Maar deze staatsgreep is ook tekenend voor de veranderende relatie met de democratie en het Westen in de regio.
“Epidemie”, “besmetting” … Het medisch jargon drukt angst en een zekere wanorde uit. De opeenvolging van staatsgrepen verbijstert commentatoren: zes in Sahel-Afrika sinds 2020, in vier landen – twee in Mali en Burkina Faso en één in Guinee en Niger – wat moeten we daarvan denken? In het geval van Mali en Burkina Faso leidden de verspreiding van terrorisme en de onderliggende politieke spanningen ertoe dat het leger in actie kwam. In Niger daarentegen is het aantal jihadistische aanvallen de afgelopen maanden aanzienlijk gedaald. Daarnaast wordt Conakry, de hoofdstad van Guinee, niet rechtstreeks geconfronteerd met de islamistische dreiging: de rebellerende soldaten hebben Alpha Condé afgezet, die zich in 2021 een derde ongrondwettelijke ambtstermijn had toegeëigend. Volgens onderzoeker Yvan Guichaoua zijn al deze staatsgrepen, ondanks hun verschillen “populistisch” 1. De Kameroense politicoloog Achille Mbembe omschrijft ze als “neosoeverein 2“. Alle coupplegers bekritiseren buitenlandse inmenging, zowel de onwettelijkheid als de ineffectiviteit ervan. “We kunnen enkel op onszelf vertrouwen”, zei kapitein Ibrahim Traoré, president van de overgangsregering van Burkina Faso, in een toespraak op 21 oktober 2022. “Ons volk heeft besloten om zijn lot weer in eigen handen te nemen en zijn autonomie op te bouwen met meer betrouwbare partners”, zei kolonel Sadio Camara, de minister van Defensie van Mali op 13 augustus in Moskou.
Echter, de Russische invloed en de crisis van het Franse imperialisme zijn niet de enige verklaringen voor de recente gebeurtenissen. De opeenvolging van staatsgrepen in de Sahel benadrukt vooral het einde van twee periodes. Ten eerste is er die van de afgelopen tien jaar, waarin het beheer van de veiligheidscrisis die de subregio verwoestte, werd geïnternationaliseerd onder leiding van Frankrijk en de Verenigde Naties. De Sahelstaten “nemen het initiatief terug”, merkt directeur Sahel van de International Crisis Group Jean-Hervé Jézéquel op. Daarnaast loopt de langere periode van democratisering, die in 1991 begon met het einde van de Koude Oorlog ten einde. In de woorden van de Senegalese politicoloog Gilles Yabi, een ware “autoritaire oprisping”, die niet-Franstalig Afrika niet spaart (verwoestende repressie in Ethiopië, eindeloze post-electorale crisis in Kenia, burgeroorlog in Soedan). Er wordt nu gevreesd dat er zich een “kartel” van muiters, een “kaki-putschistische alliantie”, zal vormen in West-Afrika, wat een “kantelpunt” zou zijn in de subregio, volgens Bakary Sambe, directeur van het Timboektoe Instituut 3. Het vernietigende einde van deze cycli op hetzelfde moment verbijsterde de waarnemers van deze opeenvolging van staatsgrepen.
De destabilisatie van de Sahel lijkt op de geopolitieke veranderingen in de wereld in het klein.
In Niger heeft de staatsgreep van 28 juli bovendien een opportunistische dimensie die op zijn zachtst gezegd verontrustend is. Echter, in een poging hun bedrijfsbelangen te beschermen, hebben de rebellenofficieren een algemene beweging gekopieerd die zowel de subregio als de rest van de planeet treft. De destabilisatie van de Sahel lijkt een vergrotende spiegel te zijn van de geopolitieke herpositionering die we in de hele wereld terugzien: het “neosoevereinisme” van de coupplegers weerspiegelt dat van andere staten die een autonoom buitenlands beleid proberen te voeren (Turkije, Saoedi-Arabië, Zuid-Afrika, enz.). De opkomst van de militaire dictatuur is de laatste belichaming van de democratiecrisis en van de autoritaire tendensen die wereldwijd worden waargenomen. Het falen van de internationale veiligheid in de Sahel weerspiegelt de wereldwijde vraagtekens bij het multilateralisme en de afwijzing van Frankrijk in Afrika.
Daarnaast illustreert de groeiende invloed van de Verenigde Staten, China en Rusland de herschikking van de internationale betrekkingen 4. In deze context is de staatsgreep een middel om zich aan te passen aan zowel de crisis van de staat als de crisis van de democratie. Het leger wil, tenminste op de korte termijn, de spanningen en tegenstellingen verminderen door de macht in eigen handen te concentreren. In Afrika beweren legers al lang dat ze crisissituaties kunnen oplossen die worden verergerd door de structurele zwakte van instellingen en de staten zelf. In de Sahel-zone is de pronunciamiento (oproep tot opstand tegen de regering, nvdv) nu ook een antwoord op een veiligheidsdreiging die de civiele autoriteiten niet in bedwang kunnen houden . “We steunden de staatsgrepen in Mali, Guinee en Burkina Faso met opgetrokken neus, omdat ze tot op zekere hoogte gerechtvaardigd waren. [De leiders] hadden nergens meer controle over 5”, geeft de Guinese schrijver Tierno Monénembo toe. De paradox is dat de legers van de subregio, die zelf te maken hebben met corruptie en omkoperij, noch hun effectiviteit noch hun professionaliteit hebben laten zien. Dat blijkt uit de “blunders” waaraan ze zich regelmatig schuldig maken in de strijd tegen het terrorisme. Bovendien is de duur van de “democratische overgang” vaak onzeker.
In Afrika beweren legers al lang dat ze crisissituaties kunnen oplossen die worden verergerd door de structurele zwakte van instellingen en staten.
Maar hoe democratiseer je staten die door hun geschiedenis zo afhankelijk zijn van de buitenwereld? Slechts 45% van de staatsbegroting is afkomstig uit Nigeriaanse bronnen 6. Armoede en financiële ongelijkheid ondermijnen het land voortdurend. Niger is de partner van Algerije en Nigeria in de aanleg van de Trans-Sahara Gas Pipeline (TSGP), die Zuid-Europa zal bedienen via de Middellandse Zee. Dat brengt financiële vooruitzichten met zich mee die doen watertanden, ook bij het leger. Maar het land staat op de 189e plaats van de 191 in termen van menselijke ontwikkeling 7 en heeft te lijden onder de economische groeivertraging als gevolg van de Covid-19-epidemie en de sancties tegen Rusland. Hoewel Niger de op twee na grootste uraniumproducent ter wereld is, heeft 85% van de bevolking geen toegang tot elektriciteit. Dit alles ondanks de verklaarde vastberadenheid om corruptie te bestrijden. Zo heeft President Mohamed Bazoum bijvoorbeeld de arrestatie bevolen van Ibrahim Moussa, bekend als “Ibou Karadjé”, het voormalig hoofd van de presidentiële transportafdeling. Hij wordt beschuldigd van verduistering van openbare middelen. Tegen een achtergrond van ongelijkheid, de strijd tegen corruptie en de strijd tegen irredentisme, hebben Nigeranen sinds de onafhankelijkheid al vier staatsgrepen meegemaakt: in 1974, 1996, 1999 en 2010 en een mislukte poging in 2021.
Steun, angst of fatalisme?
Zelfs als we rekening houden met de manipulatie en volksopjutting die op sociale media worden verergerd, lijken de meest recente gebeurtenissen – zoals die onlangs plaatsvonden in Burkina Faso en Mali – door de bevolking te worden geaccepteerd, indien niet uit steun, dan toch uit angst en fatalisme. Terwijl pogingen om te betogen ter ondersteuning van president Bazoum in de kiem zijn gesmoord, met tientallen arrestaties, intimidatie en geweld tegen journalisten, heeft de democratie in de ogen van de bevolking haar waarde niet bewezen. De staatsgreep van Niamey veroorzaakte een intens debat in Afrika over de deugden en beperkingen van een “geïmporteerd politiek systeem” 8. “We moeten staatsgrepen absoluut verbannen uit onze ruimte,” vat Alioune Tine, directeur van het Africa Jom Center, samen op X (voordien Twitter), “maar we moeten ook de diepgewortelde politieke oorzaken, ‘slecht bestuur’, corruptie en straffeloosheid verbannen.”
De coupplegers proberen een alternatieve legitimiteit op te bouwen door steun te zoeken op de straat, vooral bij jongeren, en van religieuze autoriteiten en traditionele stamhoofden. De uitbreiding van het terrorisme heeft de landen van de Sahel gedestabiliseerd sinds de interventie van de NAVO in Libië in 2011. Een deel van de troepen van de Islamitische Staat (OEI) is nu verspreid in de regio na hun nederlaag in Syrië en Irak in 2019. Het terrorisme heeft lokale wortels. Waar ze voet aan de grond krijgen, kunnen jihadisten handige methoden en wreedheden gebruiken om een vorm van orde te herstellen op de ruïne van de staat. Ze spreken recht, beschermen handelaars, regelen landgeschillen en openen scholen onder de sharia, die vrouwen discrimineert. “Jihadistisch bestuur rust op twee onlosmakelijk verbonden pijlers: terreur en de dramatische afwezigheid van openbare diensten”, vertelt socioloog Jean-Pierre Olivier de Sardan. “De bevolking voorzien van een effectieve en duurzame openbare veiligheidsdienst is daarom de absolute prioriteit om deze twee pijlers tegelijkertijd aan te pakken 9.”
Hoewel Niger de op twee na grootste uraniumproducent ter wereld is, heeft 85% van de bevolking geen toegang tot elektriciteit.
De aanpak van Frankrijk, die uitsluitend veiligheid oplegde, heeft de situatie niet hersteld, ondanks de eliminatie van honderden terroristen sinds 2014 10. De koppige weigering van Parijs om de nodige conclusies te trekken in Mali heeft ertoe geleid dat de destabilisatie naar Niger wordt geëxporteerd 11. Bovendien creëert de langdurige aanwezigheid van buitenlandse legers een parallelle economie die middelen onttrekt en lokale sociale verdeeldheid verergert. De arrogantie van buitenlandse mogendheden – Frankrijk in het bijzonder – die ter plekke hun visies en methoden dicteren, zonder noodzakelijkerwijs resultaten te boeken, voedt de wrevel van de Afrikaanse legerleidingen. Afgezien van zijn eigen koloniale en postkoloniale verantwoordelijkheden, staat Frankrijk symbool voor een internationale orde die “losgeslagen” en ineffectief is. Het dient als voorbeeld voor coupplegers wiens “neosoevereiniteit” ruimte biedt aan buitensporige overeenkomsten met China en genereuze concessies aan de Wagner-milities12.
Men wijt het falen van de strijd tegen het terrorisme aan de “internationale gemeenschap” (lees: het Westen) waarvan het morele gezag tanende is. Bamako was niet bang om het vertrek van de United Nations Multidimensional Integrated Stabilization Mission in Mali (Minusma) te eisen. De Afrikaanse Unie en de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten (ECOWAS) lijden ook onder de legitimiteitscrisis waarmee multilaterale organisaties te kampen hebben. Binnen de gemeenschappen van de subregio worden hun oorlogsretoriek en de sancties die ze opleggen als kunstmatig en onrechtvaardig beschouwd. Die straffen de bevolking immers meer dan de militaire vergaderingen, wanneer ze bijvoorbeeld de handel belemmeren door grenzen te sluiten. De Afrikaanse Unie toont altijd dat ze machteloos staat tegenover veiligheidsproblemen 14. De Ceasefire Monitoring Brigade (Ecomog), opgericht door Ecowas en geleid door Nigeria, wordt vaak als voorbeeld genoemd. Deze brigade kwam met succes tussen in Sierra Leone (1990-1997), maar kreeg dan kritiek vanwege buitengerechtelijke executies. Bovendien heeft ECOWAS nooit druk uitgeoefend op staatshoofden in de subregio die een ongrondwettelijke derde termijn nastreefden (Alassane Ouattara in Ivoorkust, Alpha Condé in Guinee enz.)
De “marionettenregimes van het Westen”
ECOWAS heeft “twee belangrijke dingen gemist”, zegt de Centraal-Afrikaanse journalist Seidik Abba. “Ze zijn te weinig betrokken bij het voorkomen van staatsgrepen (Guinee, Mali) en bij het reageren op de veiligheidsuitdaging “.15 De huidige “heropleving” van de organisatie is te wijten aan het risico van regionale destabilisatie en het activisme van haar huidige voorzitter, Bola Tinubu uit Nigeria. Die wordt gemotiveerd door zowel interne politieke kwesties als de status van zijn land als continentale macht. Het idee van militaire interventie ligt altijd gevoelig en verdeelt het continent diep: met uitzondering van Kaapverdië zijn de leiders van ECOWAS (dat de vier geschorste landen die betrokken zijn bij de staatsgreep, heeft afgestoten) voor, maar ze moeten de interne weerstand van parlementariers en de media overwinnen. Op 19 augustus nam de Afrikaanse Unie slechts “akte” van de keuze van de regionale organisatie, terwijl ze haar voorkeur voor diplomatie bevestigde. Naburige mogendheden, met name Algerije en Tsjaad, zijn terughoudend.
Men wijt het falen van de strijd tegen het terrorisme aan de “internationale gemeenschap”, lees het Westen, waarvan het morele gezag tanende is.
Elke militaire interventie brengt risico’s met zich mee, vooral in burgergebieden. De bevolking van Niamey, een stad die al onder Bazoum onder de oppositie viel, kwam in actie om de door de rebellerende generaals opgerichte Nationale Raad voor de Bescherming van het Vaderland (CNSP) te verdedigen. Toch hebben de militaire coupplegers geen duidelijke politieke plannen die verder gaan dan patriottische slogans en “pragmatisch” pan-Afrikanisme, zoals de Guinese kolonel Mamadi Doumbouya het uitdrukte. Er zijn wel sterke symbolische maatregelen genomen: Ouagadougou zegde zijn belastingverdrag met Frankrijk op, Conakry verbiedt buitenlandse bedrijven om een hoofdkantoor in Guinee te bouwen en roept op om grondstoffen lokaal te verwerken. Zullen de coupplegers de hulpbronnen van het land ten dienste stellen van het land of zullen ze enkel zichzelf helpen?
Kapitein Traoré van Burkina Faso stond in de belangstelling in de marge van de Rusland-Afrika-top in Sint-Petersburg in juli 2023, toen hij Afrikaanse staatshoofden botweg bekritiseerde voor “bedelen”, ondanks het feit dat Afrika rijk is aan mineralen. “Een slaaf die niet in opstand komt, verdient geen medelijden”, verklaarde hij. “De Afrikaanse Unie moet stoppen met het veroordelen van Afrikanen die besluiten om tegen hun eigen westerse marionettenregimes te vechten.” De vergelijking met Thomas Sankara, wiens rode baret hij draagt, werpt zich op, maar kan hij ook oplossingen aandragen voor de internationale arbeidsverdeling die het continent in een ondergeschikte positie houdt? In Niger benoemde de CNSP op 7 augustus Ali Lamine Zeine als premier. Hij is een econoom die zijn land vertegenwoordigde bij de Afrikaanse Ontwikkelingsbank en in de jaren 2000 de dialoog aanging met de internationale financiële instellingen. In deze hoedanigheid heeft hij het beleid verdedigd dat jonge Afrikaanse staten heeft verstikt.
Oorspronkelijk verschenen in Le Monde diplomatique, september 2023.
Footnotes
- France Culture, 10 augustus 2023.
- Clarisse Juompan-Yakam, “Achille Mbembe: “La critique de la Françafrique est devenue le masque d’une indigence intellectuelle”, Jeune Afrique, Parijs, 9 augustus 2023.
- Oumar Kandé, “Situation au Niger, intervention de la Cedeao, sécurité au Sahel : l’analyse de Bakary Sambe de Timbuktu Institute”, 11 augustus 2023.
- Lees “La guerre en Ukraine vue d’Afrique, Le Monde diplomatique, februari 2023.
- Tierno Monénembo, “Au Sahel, la guerre froide deviendra chaude », Le Point Afrique,Parijs, 18 augustus 2023.
- “Rapport provisoire d’exécution du budget de l’État à fin mars 2023” (Voorlopig verslag over de uitvoering van de staatsbegroting tot eind maart 2023)”Ministerie van Financiën van Niger.
- Rapport sur le développement humain 2021/2022. Temps incertains, vies bouleversées : façonner notre avenir dans un monde en mutation” (Rapport over menselijke ontwikkeling 2021/2022. Onzekere tijden, veranderde levens: vormgeven aan onze toekomst in een veranderende wereld) (PDF), Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP), 2022.
- Gilles Olakounlé Yabi, “L’inconsistance du procès de la démocratie après chaque coup d’état en Afrique de l’Ouest” West African Think Tank, 11 augustus 2023.
- Jean-Pierre Olivier de Sardan, “Une sécurisation au service du peuple est-elle possible au Sahel” 15 maart 2023.
- Marc Antoine Pérouse de Montclos, Une guerre perdue. La France au Sahel, Jean-Claude Lattès, Parijs, 2020.
- Lees Rémi Carayol, “La France partie pour rester au Sahel”, Le Monde diplomatique, maart 2023.
- Lees Philippe Leymarie, “Le temps des mercenaires”, Le Monde diplomatique,augustus 2023.
- Hubert Kinkoh, “Why aren’t more African Union decisions on security implemented?”, Institute for Security Studies, 17 augustus 2023.13Hubert Kinkoh, “Why aren’t more African Union decisions on security implemented?”, Institute for Security Studies, 17 augustus 2023.
- “Le point sur la situation au Niger depuis deux semaines” Brut Afrique, 8 augustus 2023.