Artikel

Seksueel geweld door klassenverschillen

Apolline Dupuis

—26 juni 2024

Met de opkomst van klassenmaatschappijen kwam ook de systematische onderdrukking van de vrouw. Een blik op de economische fundamenten van seksistisch en seksueel geweld en de gevolgen ervan, van de werkplek tot de campus.

 

“Verkrachting zal vrouwen blijven bedreigen zolang het kapitalisme baat heeft bij de onderdrukking van vrouwen”1 Angela Davis

Waarom worden vrouwen seksueel misbruikt door mannen? Ligt het in de natuur van mannen? Is er een verband met hoe onze economie werkt? Welke feministische klassen-analyse kunnen we maken?

Sinds de jaren 1970 bestrijdt de feministische beweging het probleem van geweld tegen vrouwen, op theoretisch, politiek en praktisch niveau2. Silvia Federici stelt vast dat “we vooral sinds het einde van de jaren 1970 getuige zijn van een escalatie van geweld tegen vrouwen. Die toename zien we zowel thuis, in publiek als op institutioneel niveau.3

In feministisch jargon spreken we vaak over gendergerelateerd geweld om seksistisch en seksueel geweld tegen vrouwen aan te duiden. In het Engels wordt het acroniem GBV gebruikt, dat staat voor gender based violence. Vrouwen ervaren een veelheid aan soorten geweld die allemaal onder deze termen vallen, maar ik richt me hier op seksueel geweld. Dit artikel neemt vooral verkrachting als voorbeeld, zelfs al is dit slechts de uiterste vorm is van een breed continuüm aan seksueel geweld.

Eeuwen van legaal en verzwegen seksueel geweld

Friedrich Engels zei het al in de 19de eeuw in De oorsprong van het gezin, van de particuliere eigendom en van de staat: de onderdrukking van de vrouw is een historisch, geen biologisch probleem4.

Historica Maëlle Bernard begint haar boek Histoire du consentement féminin: du silence des siècles à l’âge de la rupture (De geschiedenis van vrouwelijke instemming: van de stilte van eeuwen tot het tijdperk van breuk, nvdv) met een blik op seksueel geweld in de twee grote antieke steden, Athene en Rome. Ze legt het geweld uit en koppelt het aan het huwelijk. Meisjes die eerst onder het gezag van hun vader stonden, trouwen in de puberteit met een man van in de dertig en hebben zich nu naar zijn gezag te schikken. De mannen hebben het laatste woord over hen en hun lichaam.”Hun lichamen behoren nu toe aan hun echtgenoten. Ze zijn hun trouw en vruchtbaarheid verschuldigd”, schrijft Maëlle Bernard. Ze vervolgt: “De verkrachting van een slavin – indien niet gepleegd door haar meester – is een misdrijf tegen haar eigenaar omdat zijn eigendom is beschadigd, de verkrachting van een burgervrouw is een misdrijf tegen haar echtgenoot en die van een jong meisje wiens vader een burger is, is een misdrijf tegen hem. Het vrouwelijk lichaam behoort nooit toe aan de vrouw zelf, maar altijd aan de man, omdat het garant staat voor hun eer5. Vrouwen worden ook geklasseerd op basis van het feit of ze “bevuild” zijn of niet. Enkel de verkrachting van een vrouw die al getrouwd is of van een jonge maagd die nog niet getrouwd is, komt in aanmerking als strafbaar door de echtgenoot of vader. In alle andere gevallen is het volkomen legaal.

In de middeleeuwen kon men zich niet voorstellen dat een vrouw niet zou instemmen met de seksuele verlangens van een man. In hoofse literatuur wordt het verzet van vrouwen tegen de seksuele daad geërotiseerd. In deze tijd en tegenover deze heersende cultuur zien we de eerste strategieën opduiken om te bewijzen dat er geen instemming was. Toch blijft verkrachting een belangrijk oorlogswapen tussen koninkrijken: “Verkrachting maakte in de late middeleeuwen deel uit van het oorlogsrecht; de vijand werd gestraft door maagden te onteren of te executeren”7. Hierin speelt het christendom een belangrijke rol: dat legt een dubbele standaard op voor maagdelijkheid bij meisjes en jongens. Meisjes moeten hun kuisheid bewijzen met een intact maagdenvlies.

Wat de sociale klasse van de jonge meisjes ook is, hoe zuiver ze zijn, wordt bepaald door dit kostbare maagdenvlies: “De zuiverheid van het vaginale lichaam betekent dat elke aanval erop – of het nu dat van een prinses of van een wasvrouw is – wordt beschouwd als heiligschennis van dezelfde orde als een vredesverdrag schenden; een kerk in brand steken of een moord plegen. (…) het verlies van maagdelijkheid – zelfs zonder toestemming – verontreinigt voor altijd het vrouwelijk individu en verhindert haar de heiligheid te bereiken: lichamelijke integriteit en morele perfectie zijn daarom nauw met elkaar verbonden”8. In werkelijkheid, schrijft Mathilde Larrère in Rage Against the Machism, “maakt men zich echter weinig zorgen over de verkrachting van vrouwen uit de volksklassen, want ‘eer’ is een nobele waarde”9. Verkrachting is dus ook een kwestie van klasse.

In de teksten van die tijd zijn er veel passages over mannelijke solidariteit. Groepen mannen verkiezen een verkrachting te verzwijgen om het imago van een van hun leden niet te bezoedelen. Dezelfde logica vinden we in burgerlijke families, die de verkrachting van een van hun vrouwen liever geheimhouden, om schaamte en oneer te vermijden. Dat gaat zo door tot het einde van de middeleeuwen. In de 14de en 15de eeuw in Frankrijk vertegenwoordigde verkrachting slechts 3 procent van de gepleegde misdaden. De cultuur van zwijgen, die tot #Metoo zo overheerste, is de norm.

Lange tijd ging verkrachting niet over instemming of niet, maar over oneer en “ontvoering” (diefstal)10. Pas in de 18de eeuw ontstond het concept van instemming en werd seksueel geweld beschouwd als een misdaad tegen vrouwen, niet als schade voor een familie.

In Europa krijgen we in de 18de eeuw met de industriële revolutie, een breuk met voorgaande eeuwen. Mannen, vrouwen en kinderen werken allemaal samen in de fabrieken. Mensen trouwen steeds later, maar de aanwezigheid van het maagdenvlies voor de huwelijksnacht blijft een vereiste. Dat versterkt de controle over de lichamen van jonge vrouwen door de mannen in de familie. Inderdaad, “het ontmaagden van een maagdelijke vrouw is het recht en de plicht van de echtgenoot. De huwelijksnacht wordt opgevat als een overgangsritueel, waarbij de echtgenoot zijn bruid in bezit neemt en een huwelijksleven inluidt dat gericht is op voortplanting”11. De eerste seksuele daad maakt van een jong meisje een vrouw. Deze huwelijksnacht, zo symbolisch, is niettemin erg traumatiserend voor veel vrouwen, omdat de maatschappij elke voorlichting over hun lichaam en hun seksualiteit weigert. Pas in de 20ste eeuw verschijnen de eerste handleidingen – in Frankrijk, met Léon Blum – hoewel deze zich puur richtten op de biologische en reproductieve functies van het menselijk lichaam..

Maar ook in de 18de eeuw zien we een verschuiving in de juridische en maatschappelijke opvatting over verkrachting en de opkomst van het begrip instemming. De 18de-eeuwse definitie van verkrachting is echter niet dezelfde als de 21ste-eeuwse. Op dat moment is “verkrachting nog steeds een heel specifiek misdrijf: het geldt enkel als misdrijf als een vrouw zich tijdens de seksuele handeling heeft verzet, om zo te bewijzen dat ze niet heeft ingestemd. Binnen het huwelijk is er geen verkrachting: tijdens de ceremonie beloven de vrouw en de man elkaar eeuwigdurende en onveranderlijke toestemming, tot aan de dood; dit is de huwelijkse plicht”. Als een vrouw van seksualiteit gaat houden, wordt het gezien als een zwakte, waar ze tegen moet vechten om haar deugd te laten zegevieren. In het Franse wetboek van strafrecht van 1832 (het wetboek van Napoleon) staat dat “een echtgenoot die geweld gebruikt tegen zijn vrouw geen verkrachting pleegt en dat hetzelfde oordeel zelfs moet worden genomen in het geval van een scheiding van tafel en bed*1213. In België wordt het Napoleontisch Wetboek, dat de basis vormt van ons Burgerlijk Wetboek, toegepast van 1804 tot 1954. Het gaat uit van de totale handelingsonbekwaamheid van getrouwde vrouwen. Vanaf 1810 wordt de huwelijkse plicht een verplichting en vanaf 1816 mogen vrouwen niet meer scheiden14. Pas in 1927, honderd jaar later, maakt het echtscheidingsrecht een einde aan deze “levenslange toestemming”. Het duurt nog tot 1994 voor verkrachting binnen het huwelijk, zelfs met geweld, verboden wordt. Bijna 200 jaar lang blijft verkrachting binnen het huwelijk legaal.

In het tijdperk van de Verlichting moet verzet tegen verkrachting – dat nu bewezen kan worden – bewezen worden door te schreeuwen. Zonder te schreeuwen was er toestemming. Vandaag de dag weten we echter hoezeer de shock slachtoffers van verkrachting kan verlammen. Ondertussen ontwikkelt ook de medische wereld theorieën en bewijst in 1857 dat een vrouw “in staat moet zijn om verkrachting te voorkomen door energieke bewegingen van het bekken”15, en dat als ze daar niet in slaagt, dan komt dat omdat ze het wil.

We zijn dus nog niet aan een revolutie voor vrouwenrechten. Volgens Maëlle Bernard is “het bewijs dat verwacht wordt in een verkrachtingszaak in wezen dus niet echt veranderd van de middeleeuwen tot het einde van de 20ste eeuw”.16

In de 19e eeuw neemt de seksuele relatie de vorm aan van een strijd, waarin de vrouw zich verzet voor het plezier en de man moet zegevieren. Als vrouwen nee zeggen, zegt de collectieve verbeelding volop dat ze in werkelijkheid ja bedoelen. De erotisering van het vrouwelijk verzet, gezien als een komedie van verzet, betekent dat dit verzet voortdurend in twijfel wordt getrokken en nooit wordt geloofd. “Dankzij” het onderzoek van Ambroise Paré (die werkt in de 16de eeuw), kende de toenmalige geneeskunde een speciale rol toe aan de baarmoeder, die toen werd ontdekt. Het wordt beschreven als een “matrix” die het leven van vrouwen domineert, als dieren die seks nodig hebben om te overleven en niet in staat zijn om zichzelf onder controle te houden. Dus hoe kan een vrouw dan de avances van een man weigeren?

De psychoanalyse van Charcot en zijn leerling Freud speelde een belangrijke rol in de essentialisering van seksueel geweld. Die laatste verzon een theorie over het “oorspronkelijk seksuele minderwaardigheidscomplex”. In Drie verhandelingen over de theorie van de seksualiteit schrijft Freud: “Wanneer het kleine meisje haar eigen tekort ervaart bij het zien van het mannelijk geslachtsorgaan, is dat niet zonder aarzeling en opstand. Zoals we hebben gezien, heeft ze nog steeds goede hoop om op een dag zo’n orgaan te krijgen en het verlangen daarnaar duurt veel langer dan de hoop.”Hij probeert wetenschappelijk te bewijzen dat vrouwen inferieur zijn omdat hun geslacht hen van nature hysterisch, neurotisch en simulators maakt. Dat denkkader zet de deur open voor seksueel geweld.

Uit recente cijfers blijkt dat “23 procent denkt dat vrouwen graag gedwongen worden en dat geweld seksueel opwindend is voor hen”17. Van de jongeren tussen 15 en 25 jaar denkt een derde dat het normaal is om aan te dringen op seks en dat het geen verkrachting is, zonder een expliciet ‘nee’ van de partner. Het slachtoffer wordt door 16 procent van de respondenten ook verantwoordelijk gehouden als ze provocerend of sexy gekleed was.18 Deze opvattingen komen niet uit het niets. De geschiedenis heeft inderdaad een denkkader gecreëerd dat seksueel geweld in de hand werkt.

Naast seksueel geweld en verkrachting in de strikte zin van het woord, is er ook in het huwelijk een duidelijke ongelijkheid tussen de partners, vooral als het gaat om overspel. Terwijl overspel van de vrouw in alle gevallen strafbaar is, zelfs met de dood, is de man enkel strafbaar als hij overspel pleegt in de echtelijke woning19. Van waar komt deze dubbele standaard? We hebben het al gehad over eer en deugd, maar er is nog een ander element. Het controleren van de trouw van vrouwen, en dus hun seksualiteit, helpt om zeker te zijn van verwantschap en vaderschap. Voor de werkende klasse doet het er weinig toe, maar erfenissen zijn een belangrijke reden om controle uit te oefenen op vrouwen.

Seksueel geweld is niet ontstaan tijdens het kapitalisme, maar het zou verkeerd zijn om te beweren dat er geen verband is tussen seksueel geweld en de positie van de ‘superuitgebuite’ vrouwen van dit economische systeem. Het kapitalisme, zijn gezinsmodel en de mondiale ongelijkheid spelen een proactieve rol in seksueel geweld.

Seksueel geweld en de manier waarop onze seksualiteit en geweld worden gevormd zijn verre van biologisch, maar historisch bepaald. Wat wij biologisch vinden, zoals het ongeremde en oncontroleerbare verlangen van mannen, is geen diepgewortelde mannelijke natuur, maar aangeleerd gedrag, met schadelijke gevolgen. Mannen worden opgevoed in een cultuur waarin alles hen doet geloven dat ze een echte man zijn, als ze veel seks hebben. Vrouwen wordt geleerd dat ze kwetsbaar en controleerbaar moeten zijn, ook in bed. We denken dat dat gedrag gewoon de natuur is van de genders, maar mocht de cultuur veranderen, zouden we dat gedrag ook zien evolueren.

Relaties van ongelijkheid en afhankelijkheid leiden tot geweld

Toen de mensheid meer begon te produceren dan ze nodig had, kregen we productieoverschotten. Op dat moment ontstaat de klassenmaatschappij en daarmee ook de oorsprong van de onderdrukking van vrouwen. Daarover is een antropologische consensus, geïnspireerd op het marxisme. Ook toen was er een seksuele arbeidsverdeling, maar in tegenstelling tot nu hadden vrouwen geen minderwaardige positie, want ze hielpen mee in de productie. De seksuele arbeidsverdeling in primitieve samenlevingen was meer complementair dan hiërarchisch20.

Het patriarchaat is een systeem van overheersing dat vrouwen discrimineert. Volgens Walby is het “een systeem van sociale structuren en praktijken waarin mannen vrouwen domineren, onderdrukken en uitbuiten”21. Het wordt vaak gezien als ahistorisch, maar is in feite in de loop der tijd geëvolueerd. Hoewel het zeker niet is ontstaan met het kapitalisme, zijn auteurs zoals Silvia Federici van mening dat het patriarchaat zulke significante veranderingen heeft ondergaan sinds de introductie van deze nieuwe economische vorm, dat we kunnen spreken van een ‘herziening’. Je kan het patriarchaat niet los zien van zijn ‘remaking by capitalism’, volgens de theorie van Federici22, en de miljarden euro’s die het kapitalisme daarmee bespaart. Je kan met name de realiteit van vrouwen op de arbeidsmarkt en thuis niet zomaar buiten de analyse houden.

Federici: “De wet van de kapitalistische winst bevordert geweld tegen vrouwen op elk vlak. Het dwingt ons om steeds minder te investeren in het proces van sociale reproductie, terwijl er tegelijkertijd van vrouwen steeds meer werk wordt verwacht”23. Stel je voor dat huishoudelijk werk publiek wordt georganiseerd, dan moeten openbare diensten zodanig gefinancierd worden dat de winsten van het kapitaal en het spaargeld van staten sterk afnemen.

Werkneemsters en seksueel geweld

Op de Belgische arbeidsmarkt werkt, volgens de gegevens voor 2022, 40,7 procent van de werkende vrouwen deeltijds, tegenover slechts 10,7 procent van de mannen. De redenen waarom vrouwen en mannen deeltijds werken verschillen. Bij vrouwen zijn ze systematisch gelinkt aan het feit dat voltijds werken én het huishouden doen onmogelijk te combineren valt. Bovendien werken vrouwen en mannen ook niet in dezelfde sectoren: vrouwen werken vooral in de laagstbetaalde sectoren (diensten, gezondheidszorg, enzovoort). Ook de komst van een kind is een bepalende factor in de loonongelijkheid binnen het koppel. Dat veroorzaakt een langdurige daling van 43 procent in het inkomen van vrouwen tot 8 jaar na de geboorte.24

Wat zijn de gevolgen van deze ongelijkheden? Volgens Belgische overheidsstatistieken: “Bij heteroseksuele koppels in Wallonië en op basis van de inkomens van 2021 bedroeg het inkomen van de vrouw gemiddeld 37,9 procent van het inkomen van het koppel, tegenover 62,1 procent voor de man. Dit percentage komt overeen met een situatie waarin het inkomen van de man 1,64 keer zo hoog is als dat van de vrouw”25. Een ongelijke relatie die de deur opent voor geweld. Hoe kun je ontsnappen aan een gewelddadige relatie als je zeker weet dat je er op financieel vlak niet de middelen voor hebt? Vooral met jonge kinderen?

Het recht op echtscheiding is een belangrijk resultaat van de strijd tegen seksueel geweld en van vrouwenemancipatie. Niettemin zijn “gescheiden moeders uit de arbeidersklasse die de enige zorgverlener zijn van hun kinderen zijn, de belangrijkste economische slachtoffers van een scheiding”26. Scheiden – het inkomen van twee mensen terugbrengen tot één loon – leidt tot economische kwetsbaarheid, die vooral vrouwen treft en hen in armoede stort. Een studie over echtscheidingen in de Europese Unie toonde aan dat scheiden leidde tot “een gemiddeld verlies van levensstandaard van 19 procent voor vrouwen en slechts 2,5 procent voor mannen”27. Studies tonen ook aan dat deze verarming niet alleen het directe gevolg is van echtscheiding, maar ook van de verhoogde kwetsbaarheid van vrouwen binnen heteroseksuele koppels, in de verdeling van professionele en huishoudelijke arbeid28. Bessière en Gollac, auteurs van Le genre du capital (Het geslacht van kapitaal, nvdv): “Het moment van scheiding onthult daarom vooral de economische ongelijkheid tussen mannen en vrouwen die op de loer ligt in heteroseksuele echtelijke relaties. De breuk versterkt deze reeds bestaande ongelijkheden nog”.29

Kortom, de geïnstitutionaliseerde situatie van afhankelijkheid en ondergeschiktheid van vrouwen, inherent aan het functioneren van het kapitalisme en haar voortbestaan, accentueert seksueel geweld. Volgens Federici: “(…) moedigt de hele organisatie van sociale reproductie, van het gezin en van seksuele relaties geweld tegen vrouwen aan, omdat ze vrouwen in een positie van afhankelijkheid van mannen plaatst. Simpelweg het feit dat reproductief werk enorm wordt gedevalueerd, dwingt vrouwen tot voortdurende economische afhankelijkheid van mannen en heeft hen extreem kwetsbaar gemaakt”.30

Geweld: van fabriek tot campus

Verkrachting is een seksueel misdrijf. In 98 procent van de gevallen wordt seksueel geweld gepleegd door mannen31. In twee van de drie gevallen kende het slachtoffer de aanvaller.

Volgens een studie uit 2021, gebaseerd op een algemene steekproef van de Belgische bevolking, heeft 6 procent van de respondenten tussen 16 en 69 jaar in hun leven te maken gehad met seksueel geweld. Voor 44 procent van hen gebeurde dat de laatste keer in de afgelopen twaalf maanden. Uit hetzelfde onderzoek blijkt dat tussen de 16 en 24 jaar 19,6 procent van de vrouwen en 5,9 procent van de mannen zegt slachtoffer te zijn geweest van verkrachting.32

Seksueel geweld komt in eerste plaats voor binnen een liefdesrelatie. Volgens cijfers van Amnesty en SOS Viol uit 2014 werden of worden 24,9 procent van de Belgische vrouwen gedwongen tot seks door hun partner of echtgenoot. Verkrachting binnen de relatie treft dus één op de vier vrouwen in ons land. De studie toont ook aan dat één op de vijf vrouwen in België het slachtoffer is van verkrachting.33

Ook op de werkvloer vindt vaak seksueel geweld plaats, waar de machtsverhoudingen tussen de bezittende en de niet-bezittende klasse het duidelijkst zijn. In een recent onderzoek van de CSC en de CNE had 100 procent van de respondenten te maken gehad met ongepast gedrag op het werk. 9 procent was in 2016 fysiek mishandeld op de werkplek. In de dienstenchequesector is één op de drie vrouwelijke werknemers slachtoffer geweest van seksueel geweld op de werkplek34. Dit voorbeeld toont de correlatie tussen de kwetsbaarheid van vrouwen en seksueel geweld.

Studentencampussen zijn ook plaatsen waar seksistisch en seksueel geweld schering en inslag is. In de laatste studie, uitgevoerd door onderzoekers van de UCLouvain, meldt “2,1 procent van de mannen, 7,6 procent van de vrouwen en 14 procent van de mensen die zichzelf omschrijven als anders dan man of vrouw, verkracht te zijn op de universiteit” 35. Deze keer richtte het onderzoek zich op een specifiek deel van studenten. Het vertelt ons ook dat: “Slachtoffers van verkrachting verhoudingsgewijs talrijker zijn onder studenten die lid zijn van een studentenvereniging, een regionale kring of een kot delen36. 20,1 procent van de vrouwen die lid zijn van een studentenvereniging, regionale kring of een kot delen, geeft aan te zijn verkracht”.37

Op 16 november 2023 waren er in België al 24 femicides gepleegd, vrouwen die vermoord werden omdat ze vrouw waren.38 Dat is meer dan op hetzelfde moment het jaar ervoor. In 2021 werden 25 femicides gepleegd en in 2020 28. Als we de femicides in 2023 analyseren per leeftijdscategorie, zien we dat 9 van de 24 femicides gepleegd werden tegen vrouwen die met pensioen zijn of bijna met pensioen zijn. Het feit dat vrouwen een gesegmenteerde loopbaan hebben, betekent ook dat ze lagere pensioenen ontvangen. In België leven vrouwen met een gemiddeld pensioen van 1.077 euro bruto per maand39, 500 euro minder dan het minimumloon. Uit een rapport van het ABVV: “In België ligt het gemiddelde pensioen voor vrouwen nu 26 procent lager dan het gemiddelde pensioen voor mannen. Bijna de helft van alle vrouwen ontvangt een pensioen van minder dan 1000 euro per maand”40. Opnieuw wordt het verband tussen economische afhankelijkheid en geweld overduidelijk.

Wettelijk heeft België zich ertoe verbonden geweld tegen vrouwen proactief te bestrijden. In maart 2016 ratificeerde het land het Verdrag van Istanbul41. De cijfers laten echter zien dat we onze inspanningen moeten verdubbelen, als we seksueel geweld drastisch willen verminderen en mensen voorlichten over dit onderwerp. De strijd tegen seksueel geweld is ook een economische kwestie.

Klassenjustitie

Aangezien 7 van de 8 slachtoffers hun aanvaller kenden42, en de slachtoffers uit alle sociale milieus komen, gaan verschillende onderzoekers ervan uit dat de aanvallers ook uit alle sociale milieus komen43. Toch zijn er aanzienlijke verschillen in de manier waarop zaken van seksueel geweld worden behandeld in de rechtbanken. De manier waarop klachten worden behandeld is een beslissende factor voor slachtoffers om al dan niet naar het politiebureau te gaan, of daders al dan niet effectief gestraft worden. Dat bepaalt dus ook het klimaat van straffeloosheid dat rond deze kwestie heerst.

De Franse socioloog Laurent Mucchielli schrijft: “Uit slachtofferenquêtes blijkt dat seksueel geweld waarbij de dader het slachtoffer kent, voorkomt in alle sociale groepen en in ongeveer gelijke proporties. Aan de andere kant is er in verkrachtingszaken die door assisenrechtbanken worden behandeld een sterke oververtegenwoordiging van daders uit arbeidersmilieus, of zelfs uit de meest achtergestelde randgroepen van deze groep. Van de 488 betrokken daders had bijna 90 procent een vader uit een arbeidersmilieu”. Vervolgens wordt de status van de volwassen mannen in de rechtszaak beschreven, van wie 45 procent arbeider of bediende was, 41 procent werkloos en slechts 7 procent leidinggevend personeel. Toch maakt kaderpersoneel 40 procent van de beroepsbevolking uit. Dit betekent dat “meer dan 90 procent van de verkrachters die berecht worden in assisenrechtbanken uit de arbeidersklasse komt”.44

Mucchielli vraagt zich af wat er gebeurd is met de niet-veroordeelde daders die niet uit een arbeidersmilieu komen. Hij poneert twee hypothesen. Ten eerste hebben degenen die verkrachtingen plegen uit welgestelde milieus het sociale kapitaal (contacten, pressietactieken), economische kapitaal (goede advocaten betalen) en culturele kapitaal (kennis over hoe ze zichzelf moeten verdedigen) waarmee ze kunnen voorkomen dat de feiten aan het licht komen, kunnen onderhandelen met de politie en zo hun positie en imago kunnen behouden. Het is een fenomeen van onderjuridisering. Net zoals mannen elkaar beschermen, beschermen de rijken elkaar ook. Ten tweede krijgen achtergestelde groepen specifieke en voortdurende aandacht “van medische en sociale diensten, onderwijsdiensten, politie en justitie, wat leidt tot een betere opsporing van illegale handelingen die in deze middens worden gepleegd”45. Deze hypotheses worden ondersteund door etnoloog Véronique Le Goaziou46.

Bij de behandeling van klachten van slachtoffers is de sociale achtergrond van het slachtoffer dat aangifte doet van invloed. Er is over het algemeen wantrouwen, het vermoeden dat er gelogen wordt. “Slachtoffers van seksuele misdrijven worden ervan verdacht dat ze hun ongeluk hebben uitgelokt door ongeoorloofd gedrag”47. In de zoektocht naar het perfecte slachtoffer, kunnen we aannemen dat klassendiscriminatie een rol speelt. Tot nu toe zijn er echter weinig gegevens over dit onderwerp.

Er wordt gediscrimineerd op basis van klasse in de rechtbanken. Maar ook op basis van ras. De marxistische interpretatie van de oorsprong van seksueel geweld impliceert dat die antiracistisch is. Terwijl racistische theorieën wijzen naar mannen van een ander ras als de oorsprong van seksueel geweld, zoals Angela Davis uitlegt in wat zij de “mythe van de zwarte verkrachter” noemt48. Deze racistische theorie van seksueel geweld is in België een realiteit, zowel politiek, gerechtelijk, als in de media. Femonationalisme is een concept ontwikkeld door Sara Farris. Het betekent dat feminisme wordt gebruikt voor racistische doeleinden door neoliberale en extreemrechtse politieke krachten49. Een toenemend aantal rechtse en extreemrechtse vrouwen beweert feminist te zijn, maar gebruikt tegelijkertijd xenofobe taal.50

In de behandeling van klachten over seksueel geweld door de Belgische justitie, blijft het grootste probleem het gebrek aan middelen die onze regeringen uittrekken voor de strijd tegen geweld op vrouwen. Slechts 4 procent van verkrachtingsklachten leidt tot een veroordeling51. In de praktijk veroordeelt België verkrachting niet.

Vrouwen in opstand tegen geweld

Door seksistisch en seksueel geweld los te koppelen van de maatschappelijke rol van vrouwen onder het kapitalisme, verdoezelen we de economische fundamenten van dit geweld. Dit leidt tot een oppervlakkige analyse die zich alleen richt op de ideologie die dit geweld mogelijk maakt.

Seksistisch en seksueel geweld is al eeuwen aan de gang, maar vrouwen zijn er altijd tegen in opstand gekomen. Elk jaar herinnert 8 maart, de internationale dag gewijd aan de strijd voor vrouwenrechten sinds Clara Zetkin52, ons aan het belang om onvermoeibaar en verenigd te zijn en aan de noodzaak om een andere maatschappij op te bouwen – het socialisme – om een einde te maken aan de uitbuiting van vrouwen.

De internationale feministische strijd krijgt ook in België vorm. De vrouwenstakingen hebben sinds 2017 tot een heropleving van de mobilisaties geleid. Op 8 maart 2024 kwamen 15.000 mensen op straat in Brussel om te strijden voor vrouwenrechten en te reageren tegen machistisch en kapitalistisch geweld. Wanneer wordt beweerd dat vrouwen liegen, zeggen feministen “wij geloven jullie”. Wanneer slachtoffers in sociaal isolement zitten, zeggen feministen “je bent niet alleen”. Wanneer hun lichaam legaal of legitiem onteigend wordt, reageren feministen met “mijn lichaam, mijn keuze”. En als ze op de werkvloer of in het nachtleven worden lastiggevallen, antwoorden feministen met “je hand op mijn kont, mijn vuist in je gezicht”. Ze weigeren de alomtegenwoordigheid en de onzichtbaarheid van geweld in onze maatschappij nog langer te negeren. Ze gaan in tegen het idee dat dit individuele problemen zijn en bestrijden het seksisme en de maatschappij die het voortbrengt.

Niets is onveranderbaar. De strijd lijkt misschien nog lang, maar dat betekent niet dat hij tevergeefs is. Als de feministische beweging zich niet wil laten vangen door de listen van het systeem53, heeft ze er alle belang bij om de feministische strijd te verbinden met de strijd voor een gelijkwaardige samenleving.

Footnotes

  1. Davis, A. (2018 [1981]).Femmes, race et classe, Parijs,Des femmes-Antoinette Fouque (p.139).
  2. Le Goaziou, V. (2013). Les viols en justice: une (in) justice de classe?.Nouvelles Questions Féministes, 32, 16-28.https://doi.org/10.3917/nqf.321.0016.
  3. Federici, S. (2022). La guerre du capitalisme contre les femmes et la reproduction. In: Jean-François Deluchey ed,La valeur néolibérale de l’humain: Capitalisme et biopolitique à l’ère pandémique(pp.241-253). Paris: Éditions Kimé.https://doi.org/10.3917/kime.deluc.2022.01.0241.
  4. Engels, F. (1884). Engels, De oorsprong van het gezin, van de particuliere eigendom en van de staat.
  5. Bernard, M. (2021). Histoire du consentement féminin – Du silence des siècles à l’âge de la rupture, Parijs, Éditions Arkhê (p.15).
  6. . Maagden zijn de belichaming van onschuld en zuiverheid. Zij zijn de toekomstige baarmoeders van de natie, via hen wordt sociale status en eer doorgegeven6Elsa Dorlin, “La naissance de la ‘mère’”, in La matrice de la race, Poche / Sciences humaines et sociales (Pari,: La Découverte, 2009), 10936, www.cairn.info/la-matrice-de-la-race–9782707159052-p-109.htm.
  7. Bernard, M. (2021). Histoire du consentement féminin – Du silence des siècles à l’âge de la rupture, Parijs, Éditions Arkhê.
  8. Larrère, M. Rage against the machism, Bordeaux, Éditions du Détour, 2020, 224 p., illustraties van Fred Sochard, ISBN: 979-10-97079-63-5. (p. 210)., M. Rage against the machism, Bordeaux, Éditions du Détour, 2020, 224 p., illustraties van Fred Sochard, ISBN: 979-10-97079-63-5. (p. 210).
  9. George Vigarello 4.G. Vigarello, “L’Ancien Régime, la violence et le blasphème. Histoire du viol du XVIe au XXe siècles”, Parijs, Le Seuil, 2000.
  10. Bernard, M. (2021). Histoire du consentement féminin – Du silence des siècles à l’âge de la rupture, Parijs, Éditions Arkhê,
  11. We zouden de “scheiding van lichamen” kunnen definiëren als de voorloper van echtscheiding.
  12. Larrère, M. Rage against the machismo, Bordeaux, Éditions du Détour, 2020, 224 p., illustraties van Fred Sochard, ISBN: 979-10-97079-63-5 (p.220)., M. Rage against the machismo, Bordeaux, Éditions du Détour, 2020, 224 p., illustraties van Fred Sochard, ISBN: 979-10-97079-63-5 (p.220).
  13. Piret, R. Le Code Napoléon en Belgique de 1804 à 1954. In: Revue internationale de droit comparé. Vol. 6 nr. 4, oktober – december 1954, pp. 753-791; doi: https://doi.org/10.3406/ridc.1954.9094 www.persee.fr/doc/ridc_0035-3337_1954_num_6_4_909
  14. Larrère, M. Rage against the machismo, Bordeaux, Éditions du Détour, 2020, 224 p., illustraties van Fred Sochard, ISBN: 979-10-97079-63-5 (p.212)., M. Rage against the machismo, Bordeaux, Éditions du Détour, 2020, 224 p., illustraties van Fred Sochard, ISBN: 979-10-97079-63-5 (p.212).
  15. Bernard, M. (2021). Histoire du consentement féminin – Du silence des siècles à l’âge de la rupture, Parijs, Éditions Arkhê.
  16. amnesty.be. “Sondage Sur le Viol: Chiffres2020”, Amnesty International Belgique, 4 maart 2020. www.amnesty.be/campagne/droits-femmes/viol/article/sondage-viol-chiffres-2020.
  17. amnesty.be. “Sondage Sur le Viol: Chiffres2020”, Amnesty International Belgique, 4 maart 2020. www.amnesty.be/campagne/droits-femmes/viol/article/sondage-viol-chiffres-2020.
  18. Vatin, F. (2002) Évolution historique d’une pratique : le passage de l’adulère à l’infidélité.Sociétés,no75, 91-98. https://doi.org/10.3917/soc.075.0091.
  19. https://lavamedia.be/de-strijd-voor-vrouwenemancipatie-das-klasse/. .
  20. Walby, S. (1989). Theorising patriarchy. Sociology, 23(2), 213-234. www.jstor.org/stable/42853921.
  21. Federici, S. Caliban en de heks. Femmes, Corps et Accumulation Primitive, Marseille/Geneva-Parijs, Éditions Senonevero/Éditions Entremonde, 2014, hoofdstuk 2.
  22. Federici, S. (2022). La guerre du capitalisme contre les femmes et la reproduction In: Jean-François Deluchey ed,La valeur néolibérale de l’humain: Capitalisme et biopolitique à l’ère pandémique(pp. 241-253). Parijs, Uitgeverij Kimé.https://doi.org/10.3917/kime.deluc.2022.01.0241..
  23. Sébastien Fontenay en Ilan Tojerow, “The “Other” Child Penalty: Arbeidsongeschiktheid na het moederschap en hoe vaderschapsverlof kan helpen”, n.d.
  24. Iweps. “Écarts de Revenus Au Sein des Couples – Iweps, 7 december 2023. www.iweps.be/indicateur-statistique/ecarts-de-revenus-sein-couples/#:~:text=En%20moyenne%2C%20au%20sein%20des,le%20revenu%20de%20la%20femme.
  25. Bessière, Céline en Sibylle Gollac. Le genre du capital: comment la famille reproduit les inégalités. Collectie L’envers des faits. Parijs, la Découverte, 2020.
  26. Bessière, Céline en Sibylle Gollac. Le genre du capital: comment la famille reproduit les inégalités. Collectie L’envers des faits. Parijs, la Découverte, 2020.
  27. Uunk, Wilfred. “The Economic Consequences of Divorce for Women in the European Union: The Impact of Welfare State Arrangements.European Journal of Population / Revue Européenne de Démographie 20, no. 3 (2004): 251 -85. www.jstor.org/stable/20164271.
  28. Bessière, Céline en Sibylle Gollac. Le genre du capital: comment la famille reproduit les inégalités. Collectie L’envers des faits. Parijs, la Découverte, 2020.
  29. Federici, S. (2022). La guerre du capitalisme contre les femmes et la reproduction. In: Jean-François Deluchey ed,La valeur néolibérale de l’humain: Capitalisme et biopolitique à l’ère pandémique(pp. 241-253), Parijs, Éditions Kimé. https://doi.org/10.3917/kime.deluc.2022.01.0241.
  30. Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen,”Ervaringen van vrouwen en mannen met psychologisch, fysiek en seksueel geweld”, n.d. https://igvm-iefh.belgium.be/nl/publicaties/ervaringen_van_vrouwen_en_mannen_met_psychologisch_fysiek_en_seksueel_geweld.
  31. Schapansky, E., Depraetere, J., Keygnaert, I., & Vandeviver, C. (2021). Prevalence and associated factors of sexual victimization: Findings from a national representative sample of Belgian adults aged 16–69. International journal of environmental research and public health, 18(14), 7360.
  32. Dedicated (2019). Etude des opinions et des comportements de la population belge en matière de violences sexuelles. Enquête uitgevoerd voor Amnesty International en SOS Viol www.amnesty.be/IMG/pdf/2020-resultats-sondage-dedicated-violences-sexuelles.bd.pdf
  33. acvcsc. web. sitefinity. webapp. “Violence et Harcèlement Sexuel Au Travail, n.d. www.lacsc.be/csc-militant/themes/bien- procentC3 procentAAtre-au-travail/violence-et-harcelement-sexuel-au-travail?t=1700091784544.
  34. Harcèlement et sexisme parmi les étudiants – rapport 2023 (uclouvain.be) (p.43)) (p.43)
  35. Een kot-à-projet (KAP) is een studentenvereniging die een vrijwilligersproject uitvoert.
  36. Harcèlement et sexisme parmi les étudiants – rapport 2023 (uclouvain.be) (p.43)) (p.43)
  37. StopFeminicide, “Update 2024 : Au moins 4féminicides” . Stop Feminicide (blog), 28 februari 2024. http://stopfeminicide.blogspot.com/.
  38. ABVV (n.d.). Dag voor Gelijk Loon v/m. www.abvv.be/dag-voor-gelijk-loon-vm.
  39. ABVV (n. d.). Vrouwen willen een fatsoenlijk pensioen. Op 13 mei 2023 gelezen op www.fgtb.be/les- vrouwen-willen-een-pensioen-waardig.
  40. “Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld”, n.d.
  41. amnesty.be. “Sondage Sur le Viol : Chiffres2020” . Amnesty International België, 4 maart 2020. www.amnesty.be/campagne/droits-femmes/viol/article/sondage-viol-chiffres-2020..
  42. Véronique Le Goaziou, “Les viols en justice : une (in)justice de classe?” Nouvelles Questions Féministes 32,no.1 (2013): 1628, https://doi.org/10.3917/nqf.321.0016.
  43. Laurent Mucchielli, “3. Contre-enquête sociologique2. La spécificité des viols collectifs”, in Le scandale des “tournantes”, Op le vif (Parijs: La Découverte, 2005), 5584, www.cairn.info/le-scandale-des-tournantes–9782707145420-p-55.htm.
  44. Mucchielli, L. (2012). Le viol, aspects sociologiques d’un crime: 19mai 2011. In: L. Mucchielli,Vous avez dit sécurité(pp. 69-72). Nîmes, Champ social.
  45. Le Goaziou, “Les viols en justice”.
  46. Regnard-Drouot, C. 2009. Dénoncer et dire la souillure. Les femmes victimes d’attentats à la pudeur devant la cour d’assises du Var auxixesiècle. In Chauvaud, F., & Malandain, G. (Eds.),Impossibles victimes, impossibles coupables : Les femmes devant la justice (xixe-xxesiècles).Presses universitaires de Rennes. doi :10.4000/books.pur .137343.
  47. Davis, A. (2018 [1981])Femmes, race et classe, Parijs,Des femmes-Antoinette Fouque.
  48. Sara R. Farris,In the Name of Women’s Rights.The Rise of Femonationalism, Durham, Duke University Press, 2017, 258 pp.
  49. Sara Farris en Catherine Rottenberg, “Droitisation du féminisme occidental?”in De l’usage du genrevertaald door Nicolas Thommes, Alternatives Sud (Pari,: Éditions Syllepse, 2018), 11325, https://doi.org/10.3917/syll.cetri.2018.02.0113.
  50. “Que fait la Belgique contre le viol ? Deux ans de campagne, l’heure du bilan”, Amnesty International Belgique, 27 januari 2022, www.amnesty.be/infos/actualites/viol-belgique-bilan.
  51. Françoise Picq, “Journée internationale des femmes : à la poursuite d’un mythe’, Travail, genre et sociétés 3,no1 (2000): 16168, https://doi.org/10.3917/tgs.003.0161.
  52. Nancy Fraser, “Féminisme, capitalisme et ruses de l’histoire”, Cahiers du Genre50, no1 (2011): 16592, https://doi.org/10.3917/cdge.050.0165.