Politieke partijen hebben het vaak over de nationale begroting om besparingen op overheidsuitgaven te verdedigen. Maar waarover hebben ze het dan? En over welke uitgaven hebben ze het nooit?
De rechtse partijen stellen dat er moet worden gesneden in de sociale zekerheid. Ze viseren vooral langdurig zieken en werklozen, om het overheidstekort terug te dringen en de nieuwe Europese begrotingsregels te volgen1. Afgelopen mei stelde Georges-Louis Bouchez in L’Écho voor om “de Europese regel, d.w.z. een tekort van 3% en een schuld van niet meer dan 60% van het bbp, in de grondwet vast te leggen”.2 De liberalen pleiten voor een besparing van iets meer dan 5 miljard euro per jaar door de groeinorm te verlagen die nodig is om de gezondheidszorg voor een vergrijzende bevolking te betalen.3Ze krijgen gezelschap van de nationalisten van de N-VA in het noorden van het land, die een besparingskuur van bijna 12 miljard euro willen voor de sociale zekerheid. Deze twee partijen, die beide als beste uit de bus kwamen bij de verkiezingen van 9 juni, richtten hun pijlen op werkzoekenden. Volgens Bouchez is het feit dat ze niet actief zijn “een echte aderlating voor de overheidsfinanciën van ons land”.4
Als we echter kijken naar de begrotingscijfers van de staat (OESO-gegevens), zien we dat de uitgaven voor werkloosheid slechts 6 miljard euro bedragen op een totale begroting van 300 miljard euro. Als we het over langdurige werkloosheid hebben, is het cijfer zelfs minder dan 2 miljard euro. Het overige geld gaat naar andere soorten interventies zoals economische werkloosheid of het voormalige brugpensioen (SWT). Bovendien nemen de uitgaven voor werkloosheid ook helemaal niet toe. Ze zijn zelfs met 33% gedaald sinds 2013: toen bedroeg de uitgave 9 miljard euro.
Het is moeilijk te begrijpen dat partijen uitgaven viseren die eigenlijk niet actief bijdragen aan de groei van de staatsschuld. Rechts valt vooral de werklozen aan om een kloof te creëren tussen arbeiders en “profiteurs”, wat hen politieke voordelen oplevert. Maar het is een illusie om te geloven dat werklozen straffen ook maar enigszins zal bijdragen aan het verminderen van de staatsschuld.
Er zijn wel sommige uitgaven – gezondheidszorg of pensioenen bijvoorbeeld – die stijgen als gevolg van de vergrijzing van de bevolking (uitgaven voor gezondheidszorg zijn vooral gericht op ouderen). Maar willen we echt de uitgaven voor ouderenzorg verlagen? Of hun pensioenen verlagen? Bepaalde vormen van overheidsbeleid zouden natuurlijk heroverwogen kunnen worden, bijvoorbeeld door meer geld ter beschikking te stellen voor preventie of medische centra. Dan hoeft er ook niet betaald te worden voor zorg wanneer er gezondheidsproblemen ontstaan. Maar dit is iets heel anders dan praten over besparingen uit principe.
Hoewel de totale kosten van werkloosheid, vooral langdurige werkloosheid, niet alarmerend snel stijgen, zijn er andere (niet-)evoluties in de overheidsfinanciën die beter in de gaten moeten worden gehouden.
In een tijd waarin de opwarming van de aarde wereldwijd centraal staat, stijgt het Belgische budget voor milieubescherming niet langer, maar daalt het zelfs. Dit is niet te wijten aan een verkeerde toewijzing van middelen, maar aan een gebrek aan middelen.
Hoewel het waar is dat de staatsschuld aanzienlijk is (522 miljard euro in 2024), komt de bezorgdheid over hoe ze zal worden gefinancierd niet uit de lucht vallen. Sommige hervormingen in het verleden hebben die staatsschuld net aangemoedigd en verergerd. Vaak wordt er gewezen naar sociale uitgaven. Maar in de realiteit kost bedrijfsondersteuning ook veel. Onder bedrijfsondersteuning verstaan we in het bijzonder de Tax Shift van de regering-Michel en bepaalde loonsubsidies die rechtstreeks ten goede komen aan werkgevers. Alleen al voor 2024 kosten deze maatregelen 21,4 miljard euro. Dat komt overeen met het volledige overheidstekort van 21,5 miljard euro in 2024, ofwel tien keer de kosten van langdurige werkloosheid. Als we een beetje teruggaan in de tijd, blijkt dat de Tax Shift en de loonsubsidies die rechtstreeks ten goede komen aan werkgevers de Belgische staat sinds 2018 meer dan 134 miljard euro hebben gekost, en zelfs meer dan 263 miljard euro sinds 2005. Dat is de helft van de Belgische staatsschuld. Deze maatregelen zijn niet per definitie schadelijk, maar voordat we het hebben over besparingen op de sociale zekerheid, moeten we kijken of we niet te veel cadeaus hebben gegeven aan mensen die ze niet nodig hebben.
Kosten van de tax shift en loonsubsidies voor bedrijven (in miljoenen euro’s) | ||||||||
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | Totaal (2018-2024) | |
Kosten van loonsubsidies en lagere bijdragen | 12.726 | 8.466 | 8.972 | 9.954 | 10.333 | 12.317 | 11.461 | 74.229 |
Nettokosten van de tax shift | 7.566 | 7.872 | 7.562 | 8.261 | 9.114 | 9.616 | 9.959 | 59.950 |
TOTAAL | 20.292 | 16.338 | 16.534 | 18.215 | 19.447 | 21.933 | 21.420 | 134.179 |
Opmerking: Voor de jaren vóór 2018 is alleen rekening gehouden met de kosten van loonsubsidies en verlaging van de socialezekerheidsbijdragen, waarmee we uitkomen op een totaal van €263.334 miljoen over de periode van 2005 tot 2024.
Bronnen: Nationale Bank van België (NBB), Federaal Planbureau (FPB) en Katholieke Universiteit Leuven (KUL))
Footnotes
- Ludovic Voet, “Een spook waart door Europa: de terugkeer van de besparingen”, Lava nr. 28 https://lavamedia.be/een-spook-waart-door-europa-de-terugkeer-van-de-besparingen/
- https://www.lecho.be/dossiers/elections-en-belgique/georges-louis-bouchez-mr-il-faut-etre-un-peu-moins-genereux-sur-les-aides-sociales/10546707.html
- https://www.levif.be/belgique/politique/comment-le-mr-veut-faire-des-economies-dans-les-soins-de-sante/
- Zie het hierboven geciteerde interview met Georges-Louis Bouchez in l’Écho.