magma

De lgbtq+-beweging: in het hart van de klassenstrijd

Rosalie Forget

—25 november 2024

Als weerwoord op discriminatie is solidariteit tussen werknemers en de lgbtq+-gemeenschap cruciaal om een maatschappij op te bouwen waarin sociale rechtvaardigheid primeert op winst.

De tientallen vlaggen herkennen, de zoektocht of je zowel non-binair1 als lesbisch kan zijn en het verschil tussen biseksualiteit en panseksualiteit zijn enkele onderwerpen die erg spelen binnen de lgbtq+-gemeenschap. Dit zijn belangrijke kwesties voor mensen die hun eigen identiteit willen opbouwen door zich te identificeren met andere individuen die op hen lijken, zoals bekende personen. In een maatschappij waarin heteroseksuele en binaire genderpatronen de maat aangeven,2leidt een afwijking hiervan vanzelfsprekend tot isolatie, vandaar de behoefte om samen te komen met anderen die een soortgelijke ervaring delen.

Vandaag de dag nemen deze kwesties veel plaats op in het publieke debat. Hoewel het makkelijk en geruststellend is om je te omringen met ‘veilige’ mensen die je begrijpen, houdt de onderdrukking buiten deze beschermende bubbel stand. Sensibilisering van de verschillende queer3concepten kost tijd. We zouden in de idealistische val trappen wanneer we denken dat dit individueel waargemaakt kan worden. Maar we kunnen nog altijd verandering brengen in dit onderdrukkende systeem om onze leefomstandigheden te verbeteren, in samenwerking met mensen binnen en buiten onze gemeenschap.

Lgbtq+ in de frontlinie van het kapitalisme

Het kapitalisme benadeelt de 99% altijd. Voor de lgbtq+-gemeenschap heeft geweld een diepere impact.

We zijn studenten met minder kans op financiële steun van onze ouders vanwege onze seksuele geaardheid of genderidentiteit. We zijn huurders die hindernissen ondervinden bij de zoektocht naar een woning, vooral bij koppels van hetzelfde geslacht of transpersonen. We zijn werknemers met een lager salaris dan onze cisgender4 en hetero collega’s. De koopkracht van lesbische koppels blijft mathematisch lager dan die van heteroseksuele koppels vanwege de loonkloof tussen mannen en vrouwen5. We zijn patiënten die gestigmatiseerd, gediscrimineerd en essentiële preventieve zorg ontzegd worden. Wij, de intersekse6 bevolking, worden verminkt vanaf onze geboorte omdat we ingrepen ondergaan zonder toestemming die onze lichamen voor het leven tekenen.

We worden overal afgewezen. Deze afwijzing veroorzaakt een stijging van het aantal zelfmoordpogingen, van 22% naar 43% voor transpersonen, met een piek van 60% voor intersekse personen, vergeleken met 3% voor heteroseksuele en cisgender personen.7

Ook wij maken deel uit van de werkende klasse

Kortom, de leefomstandigheden van lgbtq+-personen hebben de grootste invloed op de kwaliteit van hun levens.

Op vlak van gezondheidszorg moeten we onze zorg bevrijden van de marktlogica en massaal investeren om werknemers te beschermen, hun de tijd geven om opleidingen te volgen en de bescherming van patiënten te garanderen. Om het hoge zelfmoordcijfer te bestrijden, is het belangrijk om voldoende en toegankelijke psychologen op te leiden. Dit is zowel een noodzaak voor jongeren als voor de lgbtq+-gemeenschap.

Rosalie (21 jaar) oud en studeert elektromechanica in Brussel

Op het vlak van onderwijs moeten we een einde maken aan het beleid van de regering MR-Engagés. Zij sluiten studenten liever uit van het hoger onderwijs dan het te herfinancieren om studies toegankelijker te maken en beurzen aan te bieden die aan onze behoeften voldoen. Om huisvesting te garanderen, moet er een einde gemaakt worden aan de straffeloosheid van grote vastgoedeigenaren door meer openbare woningen te bouwen en een bindend huurkader in te voeren.

De belangen van de lgbtq+-gemeenschap en de werkende klasse zijn innig met elkaar verweven en roepen logischerwijs op tot een gezamenlijke strijd.

De belangen van de lgbtq+-gemeenschap en de werkende klasse zijn duidelijk innig met elkaar verweven en roepen logischerwijs op tot een gemeenschappelijke strijd in alle sectoren.

Als het kapitalisme koste wat kost winst opdringt, heeft de werkende klasse er alle baat bij om zich in te zetten voor aan andere samenleving, waar het welzijn van het volk voorrang heeft op de kapitaalaccumulatie door een minderheid.

We maken deel uit van de werkende klasse in de brede zin van het woord, en dat is altijd al zo geweest. We zijn arbeiders, verpleegkundigen, kassamedewerkers, studenten enz. We krijgen allemaal met dezelfde moeilijkheden te maken: de last van werken tot 67 jaar, de druk van maandelijkse betalingen van rekeningen, bijvoorbeeld. Sterke openbare diensten, die opnieuw gefinancierd worden, zullen iedereen ten goede komen, maar voor ons zijn ze van bijzonder belang!

Versterking van de solidariteit tussen de werkende klasse en de lgbtq+-zaak

De strijd voor sociale rechten zal niet op magische wijze de discriminatie van onze gemeenschap doen afnemen. Zonder sensibilisering en opleiding van alle professionals die betrokken zijn bij lgbtq+-kwesties, kunnen we de ieders levenskwaliteit niet verbeteren en zal de discriminatie van de gemeenschap blijven duren. De verminking van intersekse baby’s 8 kan niet enkel gestopt worden door een herfinanciering van de gezondheidszorg, maar het is wel een cruciale voorwaarde. Op dezelfde manier zal de bouw van meer openbare woningen geen punt zetten achter de discriminatie waar lgbtq+-koppels mee geconfronteerd worden bij de zoektocht naar een huis. De traditionele vertegenwoordigers van de werkende klasse moeten ertoe komen om lgbtq+-personen te verwelkomen, hen aanspreken om zich bij hun gelederen te voegen en hun ervaringen en behoeften naar het hart van de strijd brengen.

Pride mag niet langer een maand zijn waarin bedrijven een regenboog op hun profielfoto plakken, maar moet een strijdmoment worden.

Tegelijkertijd worden kansen om werknemers massaal te mobiliseren rond actuele kwesties die de lgbtq+-gemeenschap aangaan, vaak verkeken. Afgelopen april bijvoorbeeld was er sprake van opschudding in de lgbtq+-gemeenschap wegens de publicatie van Dora Moutots boek Transmania. Dit is een enorm transfoob boek, waarvan de auteur wijd en zijd wordt gesteund door extreemrechts. Deze uitgave lokte heftige reacties uit en leidde tot betogingen in Frankrijk en België. Slechts weinig mensen van buiten de lgbtq+-gemeenschap sloten zich aan bij de betogingen. Deze kwestie ligt op het kruispunt van de strijd tegen extreemrechts en tegen transfobie. Sterkere banden tussen de wereld van de arbeid en de lgbtq+-gemeenschap zouden een bredere mobilisatie en een krachtiger weerwoord hebben opgeleverd, terwijl deze twee strijden tegelijkertijd ook nog eens versterkt worden.

Feminisme als strijdmodel

Vrouwen worden bijzonder onderdrukt onder het kapitalisme, dat is niets nieuws. Ze vochten voor erkenning op de werkplek, maar moesten ook vechten voor de steun van de vakbonden en arbeidersbewegingen in het algemeen, die uitsluitend uit mannen bestonden. De strijd van de arbeidsters in de Ford-fabriek van Dagenham in 1968 geldt als sprekend voorbeeld. De vrouwen waren verantwoordelijk voor het naaiwerk van de stoelhoezen in Fordauto’s, terwijl de mannen de assemblage van de mechanische onderdelen voor hun rekening namen. Omdat de arbeidsters het lager loon dan hun mannelijke collega’s niet meer slikten, eisten ze een loonsverhoging, maar zonder succes. Dit veranderde op de dag dat ze zich mobiliseerden en in staking gingen om hun rechten te verdedigen. Aanvankelijk kwam er geen greintje steun van de vakbonden. De arbeidsters hebben dus een dubbele strijd gevoerd: enerzijds tegen de fabrieksbazen, anderzijds met de vakbondsafgevaardigden om hun steun te winnen. Dankzij hun aanzienlijke inspanningen behaalden deze arbeidsters een overwinning die twee jaar later leidde tot de eerste wet op gelijke beloning in het Verenigd Koninkrijk: de Equal Pay Act 1970.

Het veranderde niet alleen de wet, maar ook de vakbonden. Er werd een nationaal actiecomité voor vrouwenrechten opgericht, waarin vrouwen van verschillende vakbonden samenkwamen om vrouwenrechten op de werkvloer af te dwingen.

Vandaag de dag kunnen vrouwenrechten en werknemersrechten niet meer los van elkaar worden gezien. 8 maart is daar het bewijs van. Een datum waarop vakbonden elk jaar sterke eisen stellen: Meer plaatsen in de kinderopvang, loonsverhogingen, bestrijding van seksistisch en seksueel geweld, kortere werktijden enzovoort. Dit zijn uiteraard eisen die niet enkel vrouwen aangaan. Meer koopkracht zou iedereen ten goede komen. Vrouwen hebben echter een bijzonder belang bij hogere lonen, aangezien zij vaker werken aan een minimumloon. Eenheid rond deze kwesties en erkenning van hun bijzondere positie zorgt ervoor dat steeds meer vrouwen betrokken raken bij vakbondsstrijd en de beweging versterken, hoewel ze in het begin werden uitgesloten. In dit opzicht vertoont hun beginsituatie veel overeenkomsten met die van de lgbtq+-gemeenschap. Het kan als voorbeeld dienen om voort te bouwen op deze kwesties en om perspectieven te bieden voor gezamenlijke strijd.

Allen verenigd

Het kapitalisme vreest onze tientallen vlaggen niet. Er is maar één ding waar het bang voor is: eenheid. Kapitalisme verdeelt om makkelijker te kunnen heersen: het zet buitenlanders tegen Belgen op, werklozen tegen werknemers, Walen tegen Vlamingen, enzovoort. Daarom moeten we op elke mogelijke manier inspanningen leveren: arbeiders-, vakbonds- en lgbtq+-bewegingen om een gemeenschappelijk front te vormen en de overwinningen binnen te halen die we allemaal zo hard nodig hebben. Deze eisen horen bijvoorbeeld thuis op Pride, toen afgelopen mei meer dan 100.000 mensen bijeenkwamen om hun trots te vieren. Toch ontbreekt er ruimte voor politieke eisen. Maar dat is iets dat we kunnen opbouwen. 8 maart is niet langer een dag met kortingen op strijkijzers; op dezelfde manier kan Pride ophouden simpelweg de maand van regenboogprofielfoto’s van bedrijven te zijn en zich ontpoppen tot een moment van strijd, solidariteit en een verenigd front.

Dit artikel verschijnt in de jongerenrubriek Magma van Lava Media. Hier vind je al de artikels verschenen in die rubriek: https://lavamedia.be/category/articles-nl/magma/

Footnotes

  1. Een persoon die zich niet of slechts gedeeltelijk identificeert met het vrouwelijke en/of mannelijke gender.
  2. Een gendervisie gebaseerd op de binariteit tussen man en vrouw, in tegenstelling tot een gendervisie gebaseerd op een spectrum.
  3. Synoniem voor lgbtq+
  4. Een persoon wiens geboortegeslacht overeenkomt met zijn of haar genderidentiteit. Antoniem van transgender.
  5. https://www.insee.fr/fr/statistiques/fichier/1378018/es464g.pdf
  6. Een persoon wiens geslachtskenmerken qua anatomie, hormonen en/of chromosomen niet typisch mannelijk of vrouwelijk zijn
  7. https://www.observatoire-sidasexualites.be/health-4-lgbti/
  8. https://www.youtube.com/watch?v=X5ikY4q0hVo